Toch fietst twintig procent van de vrouwen zonder een centje pijn door deze levensfase heen. Van de overige tachtig procent heeft een derde heel ernstige klachten en twee derde klachten waar goed mee te leven valt.

Van Dijken: “Opvliegers zijn eigenlijk de enige gemeenschappelijke factor in de overgang, iedereen krijgt ze. Daarnaast zijn sommige vrouwen bijvoorbeeld alleen heel moe, terwijl anderen juist een breed spectrum aan pittige klachten ervaren. Zij hebben het echt heel zwaar, maar dat is gelukkig lang niet bij iedereen het geval.”

Lees ook
Deze gyneacoloog legt uit waarom de overgang vaak verward wordt met burn-out

Nu of nooit

Geloof het of niet: er is licht aan het einde van de tunnel. Veel vrouwen ervaren een verandering in mindset na hun overgang en kiezen meer voor zichzelf. “Het is een verandering in motivatie, het is het gevoel van ‘nu ben ik aan de beurt’. Ik zie dat vrouwen echt andere keuzes gaan maken.”

Die verandering uit zich op verschillende manieren. Van Dijken: “Vrouwen stoppen met een baan waar ze van balen, beginnen aan een opleiding of stappen uit slechte relaties. Zo had ik vanmiddag een vrouw in mijn spreekuur die altijd al advocaat wilde worden en na haar overgang aan een opleiding Rechten begon. Ze heeft nu een topbaan als advocate, dat is zo mooi om te zien.”

Van Dijken denkt dat deze grote stappen sneller worden genomen omdat je na de overgang officieel in een andere levensfase belandt, eentje waar je nog helemaal niet bij wilt horen. “Je vruchtbare jeugdperiode is afgesloten en je wordt er ineens mee geconfronteerd dat je tijd op aarde beperkt is. Als je nog iets anders wilt doen met je leven, now is the time.”

Lees ook
Praten over overgang op werk is taboe: ‘Jongere collega’s lachen erom’

Seksleven

Een ander groot voordeel is dat veel vrouwen veel betere sex hebben tijdens en na de overgang. “Er wordt vaak gepraat over alle kommer en kwel, maar het seksleven van veel vrouwen verbetert vaak juist.

Je hoeft geen rekening meer te houden met menstruatie of risico op een zwangerschap. Je kunt op latere leeftijd vaak beter aangeven wat je prettig vindt én rond de overgang gaan de kinderen meestal uit huis, dus kun je vrijen op momenten die eerst niet konden.”

Tip

Wat raadt Van Dijken vrouwen aan die zich zorgen maken over hun (toekomstige) overgang? Met stip op één: “Laat je niet gek maken. Dit overkomt iedere vrouw en je kunt niets beïnvloeden, dus zoek goede informatie op en blijf niet met klachten rondlopen.

Maak bijvoorbeeld een afspraak met je huisarts of een menopauze-verpleegkundige, of bezoek een informatieavond in het ziekenhuis. Ik zeg altijd maar zo: ‘een slimme meid heeft zich op haar overgang voorbereid’.”