Pfizer en Moderna maken dus gebruik van een zelfde soort bouwtekening, AstraZeneca en Janssen hebben een andere aanpak. Dit zijn vectorvaccins, die werken op basis van een onschadelijk gemaakt verkoudheidsvirus. Daarin zit de code die ervoor zorgt dat je lichaam ook spike-eiwitten, en daarmee antistoffen, aanmaakt. Nét even anders dus, maar met vergelijkbaar resultaat.

Verschillen

Terug naar Pfizer en Moderna. De Nederlandse overheid heeft van Pfizer veel meer vaccins ingekocht. Op het moment van schrijven, zijn er hiermee 8,6 miljoen prikken gezet, tegenover 900.000 van Moderna. De beschermingsgraad van deze twee is bijna gelijk: 95 procent voor Pfizer, tegenover 94.1 procent voor Moderna.

Waar wél verschil in zit: bij Pfizer ben je al na zeven dagen na je tweede prik maximaal beschermd, voor Moderna moet je veertien dagen rekenen. Daarnaast is Pfizer goedgekeurd voor mensen van zestien jaar of ouder, voor Moderna ligt die grens op achttien jaar.

Houdbaarheid

Ook qua houdbaarheid zit er verschil tussen de vaccins. Moderna blijft erg lang goed, zo’n zes maanden bij een temperatuur van vijfentwintig tot vijftien graden onder nul. In een gewone koelkast blijft het goedje dertig dagen goed.

Pfizer doet wat moeilijker. Deze vaccins moeten namelijk bij een temperatuur van min tachtig worden vervoerd én bewaard. Als een flesje eenmaal ontdooid is, is het slechts vijf dagen houdbaar.

Bijwerkingen

De bijwerkingen van beide vaccins komen grotendeels overeen, al zit er onderling wel flink wat verschil in het percentage mensen dat hier last van heeft.

Volgens de officiële bijsluiters komt pijn op de plek van de prik bij Moderna het vaakst voor (92 procent, tegenover ruim 80 procent voor Pfizer). Moeheid komt bij Moderna vaker voor (70 procent tegenover Pfizers 60 procent) net als spierpijn (62 procent versus 30 procent). Voor beide geldt wél: heb je er last van? Geen zorgen, het duurt meestal maar een tot drie dagen.

Lees ook
Dit moet je weten voordat je op vakantie gaat met het Janssen-vaccin