Entertainmentjournalist Eric de Munck checkt voor LINDA. wekelijks in bij een BN’er. Soms gaat het om goede vrienden, dan weer collega’s… of hebben ze elkaar juist nog nooit ontmoet. Deze week presentator en programmamaker Raven van Dorst (38).
Na twee succesvolle seizoenen ontvangt Raven sinds afgelopen woensdag wederom de meest uiteenlopende BN’ers in een verse reeks Boerderij Van Dorst.
Een nieuw seizoen Boerderij Van Dorst, dat betekent ook zélf talloze interviews geven. Hoe is dat voor jou?
“Een beetje part of the deal, het hoort er gewoon bij. Je hebt eigenlijk gewoon twintig keer hetzelfde gesprek op een dag, haha. Maar als mensen daardoor je programma beter weten te vinden, is iedereen blij.”
Is het tv-gebeuren makkelijker geworden door de jaren heen, of vraag je jezelf nog weleens af wat je in deze poppenkast doet?
“Weet je wat het is, ik denk dat ik voor mezelf een heel mooi eilandje heb gecreëerd. Want aan de ene kant went het wel een beetje, maar ik voel me ook nog steeds geen onderdeel van de showbizz op de één of andere manier. Ik heb ook niet zo heel erg veel met andere mensen te maken, dat scheelt ook. Ik maak mijn eigen programma met m’n team en dan zit je toch met elkaar in een bubbel.”
Vroeger kregen succesvolle tv-sterren zakken fanmail via de post, hoe komen de reacties tegenwoordig tot jou?
“Enorm veel via social media natuurlijk. Echt enorm veel, te veel om allemaal te lezen zelfs. Vooral op Instagram. Kijk, als mensen iets zien wat ik met Nachtdieren heb gemaakt of Boerderij Van Dorst, een bepaald gesprek of een thema, en zich daar in herkennen, krijg ik heel persoonlijke en lange verhalen. Het is bijna een dagtaak om naar hen wat terug te schrijven. En ik krijg zelfs af en toe nog een briefkaart, die sturen ze dan ouderwets op naar BNNVARA, dat vind ik echt nog wel heel geinig.”
Onlangs ontving jij de Diversity Award voor je inzet in de lhbtq-gemeenschap, hoe kijk jij naar zo’n prijs?
“Nou ja, ik heb in eerste instantie geprobeerd om vooral wat ruimte voor mezelf te maken. Maar omdat de camera dan zo op je gericht staat doe je dat automatisch ook voor anderen. Dus dat ik dan nu een rolmodel ben, dat vind ik af en toe nog steeds komisch. Ik ken mezelf namelijk al achtendertig jaar en ben echt verre van een rolmodel, maar dat terzijde, haha.
Maar ik had er zelf echt wel iets aan gehad als ik jonger was geweest, iemand zoals mezelf in de media had gezien. Dus ik ben me er zeker van bewust dat dit de situatie is af en toe, voor sommige mensen. Ik probeer daar wel respectvol mee om te gaan, met die positie. Sommige mensen gebruiken hun platform juist om mensen af te zeiken, maar ik denk vooral dat als je aandacht krijgt, je er maar beter iets goeds mee kan doen.”
Er is nog veel onbegrip in de wereld over gender en diversiteit, hoe belangrijk is het voor jou om je daarover uit te spreken?
“Ik vind niet dat gender je hele identiteit moet bepalen, weet je wel? Voor sommige mensen is dat misschien wel zo, maar bij mezelf heb ik dat idee niet. Ik doe dingen gewoon op mijn manier. Ik vind het ook echt vrij irrelevant hoor, je gender of je geslacht. In mijn geval heb ik ook niet gevraagd om er steeds mee bezig te moeten zijn, dat is een beetje tegen wil en dank.
Maar goed, de dialoog is belangrijk. Er zijn nog allemaal ouderwetse groeperingen, ik zie dat een beetje als een soort spastische beweging van mensen, die bang zijn om hun rol in de maatschappij kwijt te raken. Het is een soort traditie dat dezelfde mensen altijd aan de macht zijn, en in het nieuws, en nu verandert dat een beetje. Dat hoop ik en het lijkt ook wel echt zo. Het wordt een stuk democratischer en gelijkwaardiger, maar sommige mensen zijn daar dan bang voor. Een kat in het nauw maakt rare sprongen, denk ik dan.”
Het nieuwe seizoen Boerderij Van Dorst is begonnen, hoe veel weet jij van de gasten voor je ze ontvangt?
“Ik denk altijd: als je iemand gaat interviewen en je weet alles al, dan is het alleen maar vragen naar de bekende weg. Dus ik krijg meestal een klein bio’tje of ik kijk even op de Wikipedia-pagina van diegene, zodat ik de hoofdlijnen weet. En ik heb uiteraard ook gewoon een redactie en daar bespreken we onder elkaar wat er belangrijk is om te bespreken en welke thema’s we moeten aanstippen. Maar ik ga niet alles van tevoren helemaal uitkienen, dat vind ik ook een beetje flauw.”
Wie van je gasten was uiteindelijk compleet anders dan je vooraf dacht?
“Dit seizoen begon met Theo Maassen en Arnon Grunberg. Bij Theo dacht ik echt een enorme machogast te gaan zien, dat gevoel had ik. Die vooroordelen slaan natuurlijk nergens op. Theo bleek echt een hele lieve, warme gozer te zijn. Het was alsof er twee oude vrienden ineens op bezoek kwamen die ik al jaren niet had gezien, zo voelde dat een beetje.”
Hoe kies jij überhaupt de samenstelling van je gasten op de boerderij uit?
“Aan het begin van ieder seizoen kom ik samen met de redactie en dan zeggen we: ‘wat gaan we uitvreten op die boerderij en wie gaan we vragen?’, haha. Ik lever zelf een aantal namen in en dan kijken zij naar de beschikbaarheid en zoeken zij er ook vaak iemand bij die daar goed naast zou kunnen werken.” Lachend: “Soms gaat dat snel, maar soms duurt het echt heel lang.”
Nachtdieren is een succes, Boerderij Van Dorst ook, hoe fijn is het dat je bij de publieke omroep de kans krijgt om deze programma’s te maken?
“Het is heel fijn om voor BNNVARA te werken, omdat het daar niet gaat om kijkcijfers, maar vooral om inhoud en de thematiek van programma’s. Het draait er om hoe het programma ontvangen is en of het een discussie losmaakt. Er zijn heel veel andere factoren dan alleen kijkcijfers en dat vind ik ook zo enorm fijn aan voor de publieke omroep iets maken.”
Ik heb ook het gevoel dat ik steeds meer van jou terugzie in je programma’s, juist omdat ze de tijd krijgen om te groeien.
“Dat idee heb ik zelf ook wel hoor, met Nachtdieren bijvoorbeeld was het tijdens corona echt even mager, lastiger om te maken. Maar nu was dit weer het eerste seizoen daarna en we hebben weer zoiets van: wow, wat is het toch een bijzonder programma. En ik heb zelf misschien ook iets meer zelfvertrouwen gekregen om ’s nachts met een camera over straat te lopen. In het begin was dat heel erg aftasten, wat ook wel heel leuk was.”
Hoeveel kapers zijn er door jouw succes bij BNNVARA al op de kust?
“Ach ja, die zijn er wel. Maar dan moeten ze wel echt van goeden huize komen hè? Ik zit namelijk echt heel erg lekker bij BNNVARA en geloof ook dat ik daar goed bij pas. Ik zie echt niet waar ik anders naartoe zou moeten op dit moment.”
En een eigen talkshow, dagelijks live?
“Ik een talkshow? Maar heb ik al twee eigen talkshows, alleen niet in de studio en live. Op de boerderij en in de nacht. Ik vind zo’n live talkshow echt gedoe. Er zijn ook al zo verschrikkelijk veel talkshows, moet ik mezelf daartussen gaan zien te wurmen. Mensen weten van gekkigheid nu al niet meer waar ze naar moeten kijken.”
Maar kijk jij dan al wel verder wat je nog zou willen op televisie?
“Nou ja, de boerderij is het derde seizoen ingegaan, van Nachtdieren hebben we vijf series gemaakt. Ik ben wel een beetje aan het verkennen wat ik dan nog meer wil. Ik heb het gevoel dat ik er lekker in zit, ben ook zelfverzekerder over die hele televisiewereld, ik vind het leuk en het gaat ook nog eens goed.
Maar dan kom ik op een punt waarop ik wel weer een beetje zou willen experimenteren. Je moet ook vooral niet op je lauweren gaan rusten, af en toe moet je jezelf ook uit blijven dagen. Ik denk dat ik nu ook meer voor elkaar kan krijgen dan vroeger, en is het dus belangrijker om goed na te denken over wat ik dan zou willen proberen. Niet meteen een talkshow doen, omdat dat nu eenmaal het hoogst haalbare is wat je op televisie kan doen bijvoorbeeld.
Ik denk dat er hele andere mooie dingen te maken zijn en goede thema’s te onderzoeken en te bespreken zijn, taboes te doorbreken. Dat is echt wel iets waar ik mee verder wil.”
Boerderij Van Dorst is dus terug, ik zit klaar voor de buis, hoe was dit derde seizoen om te maken?
“Ze zijn tot nu toe allemaal heel erg leuk, echt goede energie. Het is bijna Libelle om te zeggen zo, haha, maar het was enorm gezellig allemaal. En heel divers, het is ’t meest gemêleerde gezelschap tot nu toe denk ik. Dat is echt heel cool.”
