Check in deze situaties je kinderopvangtoeslag en voorkom dat je moet terugbetalen

Binnenland | Wil je weten

12-02-2021 | Renée Brouwer

Ontvang jij maandelijks kinderopvangtoeslag? Met deze handige tips houd je de controle over je eigen situatie en voorkom dat je later moet terugbetalen.

Na de affaire met de kinderopvangtoeslag werd de Belastingdienst in grote verlegenheid gebracht. Gedupeerde ouders moesten onterecht duizenden euro’s terugbetalen. Hoewel ze er niks aan konden doen, kan het verstandig zijn om je eigen situatie rondom toeslagen ook goed in de gaten te houden. Zo kom je later niet voor verrassingen te staan.

Kinderopvangtoeslag

Als werkende of studerende ouder heb je recht op kinderopvangtoeslag en soms ook kindgebonden budget. Of en hoeveel je maandelijks ontvangt, hangt af van je situatie. Hoeveel verwacht je bijvoorbeeld jaarlijks te verdienen? En van welke opvang en hoeveel uur maak je elke maand gebruik?

Meestal vul je het aan het begin van een nieuw jaar in, maar volgens de Belastingdienst is het net zo belangrijk om je situatie gedurende het hele jaar te blijven beoordelen. Verandert er iets? Dan heeft dat ook invloed op de toeslag waar je recht op hebt.

Lees ook
Claudia en haar kinderen moesten 8 keer verhuizen door toeslagenaffaire: ‘Ik woonde op een camping’

Tien situaties

Voorkom dat je moet terugbetalen en check met deze tien situaties je persoonlijke en financiële gegevens bij Mijn Toeslagen van de Belastingdienst:

1. Je neemt minder opvanguren af
Ga je na de lockdown vaker thuis werken? Vergeet dan niet je maandelijkse opvanguren aan te passen. Heb je tijdelijk helemaal geen opvang nodig? Zet dan je opvanguren op 0 uur. Zo wordt je kinderopvangtoeslag tijdelijk stopgezet. Heb je weer opvang nodig? Pas de opvanguren dan gewoon weer aan.
2. De kinderen gaan vaker naar opa en oma
Nemen je (schoon)ouders de opvang van de kideren over, waardoor ze niet meer naar de opvang hoeven? Zet je kinderopvangtoeslag dan meteen stop.
3. Je gaat meer of minder verdienen.
Geef je nieuwe inkomen altijd direct door als je inkomen wijzigt. Verwacht je binnenkort een verandering en wil je nu alvast weten welke gevolgen dit voor je kinderopvangtoeslag heeft? Op de site van de Belastingdienst kun je altijd een proefberekening maken.
4. Je start je eigen bedrijf.
Hartstikke leuk als je voor jezelf gaat beginnen, maar vaak weet als je beginnend ondernemer nog niet meteen wat je precies gaat verdienen. Maak daarom een schatting en geef het door. Check vervolgens elk kwartaal of je schatting nog klopt.
5. Je verliest je baan.
Hoewel de werkloosheid ondanks de crisis verder daalt, waren er in december 2020 368.000 mensen werkloos. Heb jij ook je baan verloren? Vanaf het moment dat je geen werk meer hebt, heb je nog drie maanden recht op kinderopvangtoeslag. Daarna vervalt je recht. Geef het daarom meteen door.
6. Je stopt met werken en gaat een studie volgen.
Duik je (weer) de boeken in? Ook dan heb je recht op kinderopvangtoeslag. Aan de hand van je nieuwe situatie berekent de Belastingdienst op hoeveel toeslag je recht hebt.
7. Jij en je partner gaan uit elkaar.
Ook een relatiebreuk heeft gevolgen voor de kinderopvangtoeslag. Geef je nieuwe situatie daarom door. Extra tip: de Belastingdienst heeft een handige ‘Scheiden checklist’ om te zien wat je nog meer moet regelen.
8. Je hebt nog een kind dat naar de opvang gaat.
In dat geval heb je recht op meer toeslag.
9. Je kind wordt vier en gaat naar de basisschool.
Zodra je zoon of dochter naar school gaat, heb je als ouders alleen nog recht op kinderopvangtoeslag voor de Buitenschoolse Opvang. Om uit te rekenen hoeveel dat precies is, heb je de gegevens van je nieuwe opvangcontract nodig.
10. Het opvangtarief verandert.
Kinderopvangcentra kunnen elk jaar per 1 januari hun tarieven veranderen. Vul deze wijzigingen altijd in bij Mijn Toeslagen.