“Hoe lang ben je nu single?” “Eh…” Ik probeer de rekensom in mijn hoofd te maken. Blijkbaar kijk ik verward, want hij lacht. “Dus zo lang?” “Nou ja”, mompel ik. “Ik denk dan: single… als in geen vaste relatie of single wanneer voor het laatst iets aangegaan?”
Ik denk aan de korte relaties van de laatste tijd en de verzoening met een ex tijdens corona.
“Als je het hebt over een vette relatie”, zeg ik “… dan ben ik vijf jaar single. “Wat versta je onder vet?” “Nou het hele pakket, met houden van en echt verliefd zijn. Toekomstplannen maken. Vakanties en zo.” Hij knikt begripvol.
Ik friemel wat aan mijn jurk. Dit is precies de reden waarom ik niet graag date. Dat ik het gevoel krijg dat ik uit moet leggen waarom ik alleen ben. Omdat er dan iets mis met je is. Voor mij is het een bewuste keuze en dat wil ik helemaal niet hoeven toelichten. Want dan denkt de man in kwestie: wat moet ze hier met mij? Het feit is dat ik heus graag een relatie wil, maar niet puur om het hebben van een. Het moet echt iets toevoegen aan mijn leven, als je snapt wat ik bedoel.
Het is een leuke kerel. Online was het een snelle match, hij was de enige zonder vis of schuimkraag op zijn profiel. Tijdens het appen maakte hij meteen duidelijk dat hij gescheiden is, kinderen heeft en wat hij leuk vindt. Na wat sneue affaires durf ik een date wel aan met Tom. Die in real life net zo normaal is als hij online doet overkomen.
Goed, ik ben niet de gemakkelijkste hoor ik vaak. Vooral van Anna, de vriendin die heilig gelooft in affirmaties en veel sneller tevreden is dan ik. Toen ik gevoelens kreeg voor een vriend die bezet is, had zij dé oplossing: manifesteer. “Doe alsof je al gelukkig bent samen en laat het dan los.” En wat volgens haar ook hielp was: masturberen en vlak voor je hoogtepunt aan hem denken. Klaarkomen op je wensdroom, dat idee. Geloof me, je dagelijks inbeelden dat je bij iemand bent naar wie je heimelijk verlangt, is alleen maar pijnlijk. Ik raad het niemand aan.
Achteroverleunend, met een arm op de bar, vertelt Tom over zijn werk, de hechte vriendengroep van de sportvereniging en het uitstekende contact met z’n exen. Mannen zien dat wel vaker als een soort flirt-verkooppraatje. Alsof het indruk op een vrouw maakt hoe goed je nu nog met een oude liefde bent. Dat hij op de praatstoel zit en weinig aan mij vraagt valt op, maar ik vind het wel prettig. Er ontbreekt echter iets belangrijks: humor.
Tom heeft, helaas, geen greintje lol in zich. “Zitten we dan, op een doodnormale dinsdagavond een hele fles wijn leeg te drinken”, zegt hij. “Ik wist niet dat daar speciale avonden voor waren”, antwoord ik. Een weerwoord daarop laat hij liggen. Ergens baal ik van mezelf en vind ik dat ik hem een kans moet geven. Toch is het waar: de eerste vijf minuten bij een eerste ontmoeting zijn doorslaggevend. En ik weet al meer dan een uur: dit wordt ‘m niet. Nu maar hopen dat ik tegenval.
“Ik wil graag een tweede date”, zegt hij zelfverzekerd terwijl hij me voor laat gaan bij de deur van de bar. Het is koud buiten. “Je bent echt een leuke vent”, zeg ik, als ik rillend naar buiten stap. Hij lacht onzeker. “Maar laten we het bij deze ontmoeting houden.” Ik haal mijn fiets van het slot. “O, oké”, stamelt hij. Ik voel me meteen rot. “Sorry Tom, het ligt niet aan jou.” Lekker afgezaagd maar beter weet ik het niet af te ronden.
Bij thuiskomst lees ik zijn appje. “Ik snap het niet. Deed ik iets verkeerd?” “Nee, dat deed je zeker niet. Als ik eerlijk ben: ik twijfelde of ik wel weer toe was aan daten en ik besefte vandaag gewoon dat ik beter nog even alleen kan blijven.”
“Heb je dat echt geappt?” vraagt Anna de volgende dag als ze ’toevallig’ langskomt om te kijken of er nog geneukt is.. “Maaike!” Ze schreeuwt bijna. “Wat je hem in feite zegt is: door jou weet ik nu dat ik liever single blijf.” “Nee, dat waren niet mijn woorden. Je draait het nu om”, en ik pak de telefoon erbij voor bewijs.
Ze zucht. “Weet je dat het ook een soort affirmatie is?” Ik rol met mijn ogen, want ik haat dat woord. “Wat?” “Jezelf de hele tijd vertellen dat je liever alleen bent.” Ik haal mijn schouders op en zeg laconiek: “Blijkbaar vind ik het niet zo erg, want als iemand me vraagt hoe lang ik single ben, weet ik het correcte antwoord niet eens.” “Ha!”, lacht ze net even te hard. “Maar dat is gewoon omdat jij niet kunt rekenen.”
