Het ziekteverzuim in de zorg lag in het tweede kwartaal van dit jaar iets lager dan in het eerste kwartaal, maar beduidend hoger dan in dezelfde periode een jaar geleden.
Van de bijna een miljoen mensen die in de sector werken, zaten er dagelijks gemiddeld zo’n 75.000 noodgedwongen thuis in de maanden april, mei en juni. Dat becijfert het in verzuimdata gespecialiseerde bedrijf Vernet.
Het verzuim komt daarmee uit op 7,79 procent. In de eerste drie maanden van 2022 lag dit cijfer hoger, op 9,83 procent. Vergeleken met dezelfde periode een jaar geleden zijn nu echter meer zorgmedewerkers ziek. In het tweede kwartaal van 2021 zat dagelijks 6,97 procent thuis.
De cijfers gaan over medewerkers van ziekenhuizen, instellingen voor geestelijke gezondheidszorg, gehandicaptenzorg en verzorging, verpleging en thuiszorg.
Vooral het kortdurende verzuim nam toe in vergelijking met vorig jaar. “Een voor de hand liggende verklaring hiervoor is de Covid-besmettingsgolf met de omikronvariant en de daaropvolgende griepgolf”, concludeert Vernet. Ook het langdurige verzuim nam toe.
Verder steeg ook het langdurige gemiddelde, van de laatste vier kwartalen. Dat ligt nu op 8,06 procent, tegen 6,98 procent een jaar eerder.
Horeca, supermarkten en winkels wachten op overheid voor nieuwe coronamaatregelen
