Volgens mij moeten we een andere naam zoeken voor de overgang of de menopauze, of ie nu peri is of niet. Want wat mij opvalt, is dat niet alleen het lichaam maar ook je brein langzaam een beetje stuk gaat. Hoe vaak ik wel niet onder de douche sta en bij het wassen van m’n haar al niet meer weet of ik daarvoor nu wel of niet het gezicht heb gereinigd met mousse, is niet te zeggen.
Vooral die routineklussen, dat wat je voorheen gedachteloos en met name foutloos deed, daar is sinds een jaar mega de klad in gekomen.
Gisteren liep ik met de groene vuilcontainer in het achterommetje. Ik wilde hem aan straat zetten, toen ik zag dat die van de buurvrouw nog in de tuin stond. Die is laat, dacht ik, aangezien ik altijd als laatste van de straat de bak verplaats. Maar het was pas woensdag, ik was een dag te vroeg.
Dit gebeurt te pas en te onpas. Natuurlijk heb ik veel aan m’n hoofd met de kinderen, het werk en een vader die parkinson heeft. Toch denk ik dat het fysiek niet helemaal lekker zit.
Als alleenstaande moeder van twee tienerdochters met twee katten en een hond in huis, lukt het minder vaak de juiste naam voor de juiste persoon te vinden. Soms schreeuw ik Puck naar hond Teddie en noem ik kater Lex ineens Charlie. Ergens op Instagram zag ik dat het niet erg is, je geliefde huisdier en je naasten zitten in je brein blijkbaar allemaal in hetzelfde laatje. Vandaar de mix-up.
“Mam”, zei Charlie laatst, “gaat het wel goed met je? Je hebt jouw panterbroek in mijn kledinglade gelegd.” En ik weet ook zelden of ik de huishoudelijke hulp wel of niet betaald heb. Ik wijt het allemaal aan brainfog die bij de overgang hoort, al ben ik soms ook bang dat het de eerste tekenen van dementie zijn. Mijn moeder kreeg op haar 73e de diagnose, ik ben daar nog maar 24 jaar van verwijderd. Wat qua stress trouwens ook niet helpt, is als de machines in huis gaan haperen.

Zo heb ik mijn vaatwasser laatst ontkalkt, het filter grondig schoongemaakt en nóg maakt het ding slecht schoon. Een nieuwe vaatwasser kopen, zo vlak voor de zomervakantie, daar zit ik financieel niet echt op te wachten. Toch irriteert het dat ie zo slecht schoonmaakt. Theeaanslag blijft ineens in de mokken achter, soms moet ik een ovenschaal twee keer mee laten draaien en dan nog mag ik het laatste gedeelte er zelf uit bikken.
Misschien ligt het wel aan de blokjes… Sinds ik een bulkverpakking vaatwasmiddel heb gekocht, smaakt alles vreemd. Er zijn nog een paar te gaan en dan koop ik nieuwe. Toen ik vanochtend in de auto thee uit een thermosfles dronk, smaakte het naar lavendel. Damn, dacht ik. Zorgt die overgang ook voor andere smaakpapillen?! Ik heb het thuis meteen omgespoeld, maar om de een of andere reden blijft de geur ontzettend aan die thermosfles hangen.
Vanmiddag stond ik, met de bijkeukendeur open, zuchtend de zoveelste was te vouwen, toen de buurvrouw over het muurtje heen leunde: “Zeg, mag ik een vaatwasserblokje lenen van jou? Die van mij zijn op, ik wilde pas morgen naar de supermarkt.”
“Natuurlijk”, zei ik. Puck stond op dat moment in de keuken, hoorde het gesprek en pakte een blokje van onder de gootsteen. De buurvrouw nam het aan. “Nee, ik bedoelde een vaatblokje Puck, deze is voor de wasmachine.”
“Niet waar!”, zei ik. Maar ik liep naar de keuken om op de verpakking te kijken.
Wat bleek: ik heb al twee maanden m’n vaat met wasmiddel-capsules gewassen.
