Will Koopman: ‘Ik ben gek op eten, maar koken kan ik niet’

Eetleven

Will Koopman: ‘Ik ben gek op eten, maar koken kan ik niet’

Regisseur Will Koopman (68) eet vaak warm op de filmsets waar ze aan het draaien is. En is ze niet aan het werk, dan eet ze uit of smeert ze een boterham. Niks zieligs aan, want: “Brood vind ik namelijk echt heel lekker.”

Onlangs ben je begonnen met de opnamen van de nieuwe Gooische Vrouwen-serie. Zitten er veel eetscènes in?
“Dat valt nogal mee. Er wordt wel als vanouds weer veel wijn gedronken door Cheryl, Claire, Anouk en Roelien. En om iedereen gerust te stellen: die wijn is gewoon witte druivensap, aangelengd met water tot het de juiste kleur heeft. Zodra Linda ’s ochtends de set oploopt, begint ze te roepen: ‘Wat eten we vandaag?’ Ze houdt ervan om zich te verheugen en eten is haar grootste hobby. Om half negen weten we dus met z’n allen al wat de catering op het menu heeft gezet.”
Speelt eten in jouw leven een grote rol?
“Ik ben er gek op. Van de Hollandse pot tot sterrenvoedsel. Maar, ik zeg het je eerlijk: zelf kan ik niet koken. Van huis uit heb ik geen eetcultuur meegekregen. Mijn moeder kookte alle groente tot pap. Wel kregen we elke avond een glas vers sinaasappelsap. Toen mijn man Lex nog leefde, kookte hij altijd. Hij was een geweldige kok. Negen van de tien keer eet ik warm op de filmset. Als ik wel thuis ben, ga ik uit eten of ik maak een boterham. Brood vind ik namelijk echt heel lekker.”
Met welk gerecht maakte je man jou het meest blij?
“Ik werd gek van geluk als hij pasta vongole voor me had gemaakt. Hij reed daar speciaal voor naar de visafslag om schelpen te halen. En dan zaten we de rest van de avond zo genoeglijk te ouwehoeren. Ik mis dat. Ook in Frankrijk, waar we in 2002 een boerderij kochten, aten we altijd fantastisch. Zowel thuis als uit.”