Ruim de helft van de starters op de woningmarkt kiest ervoor hun hypotheekrente voor tien jaar vast te zetten. Een riskante keuze, omdat het renteverschil met twintig jaar vast momenteel historisch klein is.
Menno Luiten, directeur van Munt Hypotheken, legt bij De Telegraaf uit dat veel starters beter af zijn door hun hypotheekrente voor twintig jaar vast te prikken.
Een belangrijk risico is de zogenoemde toetsrente van vijf procent bij verhuizing of herfinanciering. Dit betekent dat starters na tien jaar mogelijk niet meer in aanmerking komen voor een nieuwe hypotheek met een lage rente, vooral als de marktrente is gestegen. Hierdoor kunnen ze zich moeilijker een volgende woning veroorloven of wordt het bij een scheiding lastiger om één van de partners in het huis te laten blijven.
“Het kost slechts enkele tientjes per maand extra, maar biedt veel meer zekerheid voor de lange termijn”, legt Luiten uit. “Een rentevaste periode van tien jaar lijkt lang, maar starters onderschatten vaak de gevolgen op de langere termijn.”
Toch is twintig jaar vast niet voor iedereen de beste optie. Hypotheekadviseurs wijzen erop dat hier ook nadelen aan zitten. Zoals een hogere boeterente bij het oversluiten en een mogelijk lagere maximale leenruimte. Daarom is het volgens experts verstandig om een hypotheekadviseur te raadplegen. Het is beter om de persoonlijke situatie goed in kaart te brengen, voordat een keuze wordt gemaakt.
Ondertussen blijkt uit cijfers van het Hypotheken Data Netwerk (HDN) dat er in januari een flinke stijging was in het aantal hypotheekaanvragen. Er werden 47.108 aanvragen gedaan, bijna 28 procent meer dan in januari 2024. Dit heeft waarschijnlijk te maken met aangekondigde renteverhogingen, waardoor veel huizenkopers nog snel willen profiteren van de huidige tarieven.
Eva en Djoeke twijfelen of ze kinderen willen: 'Kinderopvang is als een tweede hypotheek'
