Profvoetballer Quincy Promes wordt, naast poging tot moord, ook verdacht van smokkel van synthetische drugs naar Australië en van huiselijk geweld.
Dat melden bronnen rond het onderzoek in de zaak-Promes aan Nieuwsuur.
Promes
Promes werd al verdacht van poging tot moord op zijn neef na een steekpartij in Abcoude op 25 juli 2020. Het bewijs voor de nieuwe verdenkingen komt niet alleen van de mobiele telefoon van Promes, maar ook van versleutelde berichten die de politie heeft onderschept.
Bronnen rond het onderzoek bevestigen dat de profvoetballer in beeld is vanwege betrokkenheid bij drugshandel. Daarom werd zijn telefoon afgeluisterd. Nieuwsuur meldde vorige maand al dat de voetballer in telefoongesprekken met zijn familie heeft bekend dat hij zijn neef heeft neergestoken. Hij wist alleen niet dat hij op dat moment werd getapt.
20.000 Euro
Tot nu toe heeft Promes de steekpartij altijd ontkend. Maar in de transcriptie van de tapgesprekken is te lezen dat hij zijn neef wilde doodsteken. Ook schrijft de NOS dat Promes er alles aan heeft gedaan om uit handen van justitie te blijven.
Twee vrienden van hem zijn zelfs op bezoek geweest bij het slachtoffer en boden hem 20.000 euro aan als hij een verklaring zou tekenen waarin hij beloofde de aangifte in te trekken. Ook daarvan zijn geluidsfragmenten op de telefoon van Promes gevonden.
Vraagtekens
Los van alle aantijgingen zijn er nog veel vraagtekens. Zo is onduidelijk hoe het mogelijk is dat Promes mee kon naar het EK in de zomer van 2021. Volgens bronnen wist de KNVB namelijk van de zaak af. De voetbalbond ontkent dit. Ook is het opmerkelijk dat Quincy in december 2020 werd vastgezet voor enkele dagen, terwijl hij kort daarvoor nog wel een wedstrijd in de Champions League van zijn toenmalige club Ajax kon spelen.
De strafzaak rond de steekpartij is uitgesteld en zal naar verwachting binnen elke maanden plaatsvinden. Het Openbaar Ministerie wil verder niks kwijt over de drugsverdenkingen.