Adoptie

De zaak is nog in de oriënterende fase, zegt Jansma. Nadat in 1956 de adoptiewet ingevoerd werd, deden duizenden ongehuwde vrouwen tot 1984 afstand van hun kind. In dat jaar werd abortus legaal. Zeker 13.000 jonge moeders hebben in die periode 15.000 kinderen afgestaan.

De jonge moeders stonden onder grote druk om hun kind af te staan, blijkt uit eerder onderzoek. Veel vrouwen spreken zelfs van dwang. Trudy Scheele-Gertsen (73) is de eerste moeder die de staat daarom aansprakelijk stelt. Begin oktober opende minister Dekker een meldpunt voor afstandsmoeders en adoptiekinderen. Daar zijn inmiddels al 370 meldingen binnengekomen.

Lees ook
Trudy (73) moest haar baby afstaan: ‘Ongehuwde moeders bevielen met blinddoek’

Afgestane kinderen

De laatste jaren wordt steeds meer bekend over hoe het de kinderen na de adoptie verging. De moeders werd verteld dat als ze hun kind zouden afstaan, hij of zij een beter leven zou krijgen bij een ‘echt’ gezin. Maar uit onderzoek van de Radboud Universiteit blijkt dat de adoptiekinderen juist vaak lang in een tehuis zaten, of jarenlang van pleeggezin naar pleeggezin verhuisden.

Lees ook
Marina over adoptie: ‘Beter arm met eigen moeder, dan rijk met adoptiemoeder’

Uit verhalen van hun verzorgers blijkt dat ze in de tehuizen weinig liefde kregen. “Het was beleid om niet met kinderen te praten of te knuffelen”, vertelde psycholoog Harlinde van Osselaer in EenVandaag. De overheid heeft in september een onderzoek ingesteld naar de adopties. Er wordt daarbij ook gekeken naar hoe de kinderen behandeld werden.