Een 33-jarige man, die 112 belde vanwege mogelijke hartproblemen, werd door het ambulancepersoneel in orde bevonden. Ongeveer een uur later overleed hij alsnog.
Aan het gemaakte hartfilmpje was volgens het ambulancepersoneel niets geks te zien, schrijft de Stentor. Maar dat blijkt een verkeerde conclusie.
Het voorval vond plaats op dinsdag 17 augustus 2021. Bij een benzinestation aan de Dr. W. Dreeslaan in Ede belt een man rond kwart voor acht ’s avonds 112. Hij heeft verschillende klachten, waaronder pijn op de borst en tintelingen in zijn armen. De alarmcentrale stuurt met spoed een ambulance naar de locatie. Die arriveert vijf minuten later bij de patiënt.
Ter plekke voert het personeel enkele onderzoeken uit, onder meer een hartfilmpje (ECG). De man vertelt hen dat hij een ongezonde leefstijl heeft. Zo eet en drinkt hij ongezond en zegt hij veel koffie te drinken. Hij rookt ook soms een joint en slaapt slecht. Op een gegeven moment lijkt de man weer hersteld en klachtenvrij. Omdat het ambulancepersoneel ‘niets levensbedreigends’ kan vinden, adviseren ze hem om zich op de eerste hulp verder te laten onderzoeken. Dat vindt hij echter niet nodig.
Na nog wat adviezen en instructies, vertrekt de ambulance rond kwart voor negen. Een oplettende pompbediende ziet echter dat de patiënt in zijn auto blijft zitten. Hij vraagt een andere ambulance, die rond half tien ’s avonds komt tanken, om de man nog eens te bekijken. Hij blijkt overleden.
Het eerdere ambulancepersoneel bleek een afwijkend hartritme over het hoofd te hebben gezien, meldt een onderzoekscommissie later. Er is sprake geweest van ‘onjuist klinisch redeneren’. Daardoor is ‘geen juiste diagnose gesteld en geen juiste zorg gekozen.’ Ook is onvoldoende aangedrongen op vervolgzorg, erkent directeur Henk Bril van de ambulancezorg Gelderland-Midden. De familie heeft een advocaat in de arm genomen, die wil dat de ambulancedienst officieel aansprakelijkheid erkent.
Amerikaanse bergbeklimmer overlijdt op ic, maar komt tóch weer tot leven
