Voormalig bewindslieden Stientje van Veldhoven (D66) en Cora van Nieuwenhuizen (VVD) krijgen alsnog een lobbyverbod bij het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Na veel kritiek vanuit de politiek is besloten dat beide vrouwen twee jaar niet mogen spreken met de ambtenaren van het betreffende ministerie.
Van Veldhoven was tot 19 juli demissionair staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat. Ze verliet het ministerie voor een baan bij het World Resources Institute (WRI), waar ze aan de slag gaat als vicepresident. Deze organisatie kreeg in vijf jaar tijd 1,7 miljoen euro van het ministerie.
Ook Van Nieuwenhuizen had geen zin om te wachten tot het einde van de formatie en stapte 31 augustus op als minister van Infrastructuur en Waterstaat. Ze maakt een omstreden overstap en is vanaf 1 oktober voorzitter van de brancheorganisatie van energiebedrijven. Die lobbyclub vertegenwoordigt bedrijven als Eneco, Shell, Essent en Vattenfall.
Haar overstap was extra opmerkelijk, omdat zij dit jaar kort aan het hoofd stond van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. En laat dit ministerie nou net gaan over allerlei energiezaken, zoals de gaswinning. De kritiek op de carrièreswitch van Van Nieuwenhuizen was dan ook niet mals. Zowel uit de Tweede Kamer als vanuit haar eigen partij waren verontwaardigde geluiden te horen.
Zelf is de politicus van mening dat ze alles volgens de regels heeft gedaan. Volgens haar zijn er schriftelijke afspraken gemaakt op het ministerie, ter voorkoming van belangenverstrengeling.
Maar veel Tweede Kamerleden zijn er niet gerust op en maken zich zorgen om de voorkennis van de oud-minister. Bovendien zou het niet de eerste keer zijn dat het fout gaat met de lobbyactiviteiten van politici. Het anticorruptie-orgaan van de Raad van Europa tikte Nederland in 2019 al op de vingers. Staatssecretarissen, politiek adviseurs en ministers zouden te veel openstaan voor corruptie en de invloed van lobbyisten.
Daarom krijgen de twee politici nu alsnog een lobbyverbod voor twee jaar. “Het is denkbaar dat de voormalige bewindslieden in het kader van hun nieuwe functie belangen behartigen die liggen op het beleidsterrein van hun voormalige ministerie”, laat demissionair premier Rutte weten in een reactie. “In dat geval zijn zij voor medewerkers van dat ministerie als lobbyist niet aanvaardbaar, tenzij de secretaris-generaal een uitzondering maakt.”
Cora van Nieuwenhuizen stapt op als minister van Infrastructuur
