Journaliste Joan Makenbach hoorde de oproep aan moeders en vaders om hun zonen te onderwijzen over veiligheid van en met respect voor meisjes en vrouwen.
Ze vroeg zich ineens af of ze dat genoeg bij haar zoon Callum (15) had gedaan.

Journaliste Joan Makenbach hoorde de oproep aan moeders en vaders om hun zonen te onderwijzen over veiligheid van en met respect voor meisjes en vrouwen.
Ze vroeg zich ineens af of ze dat genoeg bij haar zoon Callum (15) had gedaan.
Normen en waarden. Het lijkt zo makkelijk die je kinderen bij te brengen als het nog peuters zijn. Dankjewel zeggen bij een koekje, bedanken voor het spelen en ouderen met u aanspreken. Later voegde ik daaraan toe: eerbied hebben voor leraren, medewerkers in het onderwijs en voetbaltrainers.
Het zijn in mijn ogen belangrijke beleefdheidsregels. Ik leerde mijn zoon al jong hoe prettig een samenleving wordt als we allemaal wat respectvoller met elkaar omgaan. Hij pakte dat gelukkig goed op, soms iets té. Dan hoorde ik hem als zevenjarige moraalridder streng tegen vriendjes zeggen dat ze mij netjes een hand moesten geven bij het afscheid, want: ‘dat vindt mijn moeder zo fijn’.
In de puberteit kwamen er vanzelf uitdagingen. Callum begon zich af te zetten tegen zijn omgeving. Godzijdank bleef dat beperkt tot wat gemopper en bleven de deuren in het slot, drank en drugs buiten de deur, en werd er niet gescholden. Van andere moeders hoorde ik dat hij ook zonder mij in de buurt nog altijd netjes bedankte voor het eten of de logeerpartij. Yes. Gelukt.
Jennie: 'Ik vind het écht verschrikkelijk als andere kinderen bij ons thuis spelen'Lees ook
Na de tragische dood van Lisa volgde de oproep aan ouders om hun zonen te onderwijzen over veiligheid en respect. Zodat ze opgroeien tot jonge mannen met eerbied voor anderen, vooral voor meisjes en vrouwen. Die oproep raakte me. Had ik dat aspect wel genoeg benadrukt?
Bij mijn opvoedregels had ik nooit expliciet gezegd: ‘blijf van vrouwen af’ of ‘help meiden in nood’. Ik had hem ooit geleerd dat zijn lichaam van hem was en dat niemand daar ongevraagd aan mocht komen en was er stilletjes vanuit gegaan dat hij begreep dat hij dus ook niet ongevraagd aan iemand anders mocht komen. En dat ‘help anderen in nood’ gold op de basisschool ook meer voor álle kinderen die hulp nodig hadden, vooral tegen pestgedrag.
Tijd om het gesprek opnieuw te voeren, besefte ik ineens. De druk om hem goed op te voeden voelde zwaarder dan ooit. Hij moet als ‘witte jongen’ opgroeien tot een ‘keurige witte man’. Er in dat kader komen er steeds meer onderwerpen bij: drank, groepsdruk, social media, de invloed van types als Andrew Tate en geweld tegen vrouwen. Ook al had ik de seksuele opvoeding jaren geleden al uitgebreid behandeld, het onderwerp vrouwen moest dringend weer op de agenda, besloot ik.
Op Callums initiatief begonnen mijn vriend en ik aan Dexter, een oude serie over een seriemoordenaar. “Moet je ook kijken mam, echt spannend.” Onder het mom ‘ik wil weten wat mijn kind ziet’, bingden we de zeven seizoenen weg.
Wat me naast al het bloed vooral opviel, was hoe makkelijk de vrouwen in de serie te verleiden waren. Geen porno, maar een behoorlijk eendimensionaal beeld: de dames hoefden een man maar aan te kijken en lagen er al klaar voor in bed. Ik vond het belangrijk hem uit te leggen dat dat niet reëel is: niet iedere vrouw trekt haar kleding uit, zodra je haar kust.
Met Dexter als kapstok startte ik voorzichtig met het eerbied-voor-vrouwen-praatje. In de auto, op weg naar voetbal, want een puber op de bank zetten voor ‘een goed gesprek’ heeft nul zin. Dan sluiten ze zich als oesters.
Ik begon over actuele thema’s. Callum kende Tate, maar vond hem een rare kwast. Dankzij onze LHBTQ-vriendenkring wist hij dat diens homohaat walgelijk was en dat vrouwen net zoveel waard zijn als mannen. “Jij bent toch het voorbeeld mam, met je eigen huis en eigen bedrijf?”, zei hij. Hij gaf toe dat hij foto’s uitwisselde met meiden op Snapchat, maar alleen met kleding aan: “Jemig mam, ik ben niet gek.”
Daarna kwam ik bij het lastigste onderwerp: voorspel. Dat niet alle vrouwen als Debra uit Dexter waren, en dat hij, als hij later een vriendinnetje kreeg –de optie vriend, had ik al zo vaak aangewend, dat hij me inmiddels bij elk gesprek waarschuwt dat hij heus wel weet dat homo zijn ook prima is, maar dat hij echt, echt, echt op meisjes valt– moest onthouden dat alles draait om toestemming en wederzijdsheid. Zijn ogen rolden bijna uit hun kassen. Cringe. Hij wist dat allemaal al. “Ik ben niet onder een steen vandaan gekomen, mam!”, riep hij. Volgens hem zat dat respect al in zijn nature én nurture. Misschien had hij gelijk. Misschien helpt voorleven inderdaad beter dan eindeloze preken.
‘Mijn zoon zei dat vrouwen achter het aanrecht horen, ik dacht: dit meent hij niet‘Lees ook
Toch knaagt het nog af en toe. Heb ik genoeg gezegd, genoeg uitgelegd? Heb ik hem echt voorbereid op een wereld waarin vrouwen nog steeds te vaak bang moeten zijn? Maar dan zie ik hem zijn opa en oma knuffelen, zijn trainer ongevraagd helpen de ballenzak op te ruimen en bedank ik hem omdat hij de kattenbak verschoont, zonder dat ik het vraag. Dan denk ik: misschien komt het goed.
Dus ja, moeders, voed je zonen goed op. Met liefde, grenzen en een open gesprek. En vertrouw er vervolgens op dat ze, ergens tussen de chaos van puberteit en Snapchat door, heus snappen wat respect is; juist omdat ze het thuis hebben gevoeld.
Geweld tegen vrouwen is geen incident, het is een structureel probleem. Het is tijd voor een nationale aanpak. Dit gaat iedereen in onze samenleving aan. Vrouwen moeten in Nederland veilig kunnen zijn, altijd en overal. Teken daarom onze petitie. Meer weten? Alle informatie vind je hier.
98 procent van de Nederlanders ergert zich aan de opvoeding van een ander, blijkt uit onderzoek van LINDA.Lees ook





