Volgens mij zei ik in mijn eerste column dat ik door sommigen als activist word gezien. Dat zou kunnen. Ik spreek me uit en maak me hard voor dingen die ik belangrijk vind.
Omdat we maar één wereld hebben die we samen moeten delen. Op alle mogelijke manieren. En als dat activistisch is dan ben ik een activist. Iemand zei laatst tegen me: “Maar jij bent ook een echte feminist.”
Nou weet ik niet of dát zo is en of je die titel als man kunt dragen, maar inhoudelijk klopt dat zéker. Thuis in het dorp Oosterbeek onder de rook van Arnhem ben ik opgevoed door twee kappers met een zaak aan huis. Mijn vaders familie was er een van een eeuwenlange kapperstraditie en mijn moeder kwam uit een diplomatengezin. Ze had in Lausanne (Zwitserland) op een uiterst chique kostschool gezeten en woonde in haar jeugd op Curaçao, waar mijn opa werkte. Dat die twee elkaar vonden was al best een wonder, maar dat dat in die tijd ook nog goed gevonden werd door hun ouders misschien nog wel meer.
Eric Corton sluit zich aan bij Dolle Mina's: 'De stoom komt uit mijn oren, neus en alle andere gaten'
Mijn vader was voorbestemd om kapper te worden en de zaak van zijn vader over te nemen, en mijn moeder was voorbestemd om iets totaal anders te worden. Iets internationaals waarschijnlijk. Waarom had je anders hoogwaardig Frans, Engels, Duits en Spaans geleerd? Maar mijn moeder wilde dat niet. Ze wilde vrij zijn van dat beklemmende voorland dat haar vader voor haar in gedachten had. Ze wilde naar de kappersschool en met veel tegengesputter en gedoe mocht dat. Daar knalde ze tegen mijn vader aan en dat was vuurwerk. 47 jaar hebben ze samen een dameskapperszaak gehad. Die zat aan ons woonhuis, dus ze waren er altijd. 24/7 bij elkaar. Samen werken, eten, slapen, werken, eten, slapen, een keer per jaar een weekje met vakantie, werken, eten, slapen.
Een leven met een duidelijk gender-rolpatroon, hoewel ze in de zaak en voor het personeel allebei ‘de baas’ waren. Daarbuiten deed mijn vader eigenlijk niets in het huishouden of aan het eten. Mijn moeder deed niets aan de dagelijkse administratie of inkoop van spullen voor de zaak. Soms botste dat. Meestal niet. Zo waren de taken verdeeld en die werden af en toe hardop ‘geëvalueerd’ zal ik maar zeggen.
Af en toe dus met discussie en stemverheffing. Mijn moeder was naast dat misschien oertraditionele rolpatroon een absolute feministe van de tweede golf. Toen het feministische maandblad Opzij uitkwam nam ze direct een abonnement. Ze ging soms fel in discussie met de vrouwen die in haar kappersstoel plaatsnamen, las alle werken van Germaine Greer en citeerde daaruit als ze iets las dat ze belangrijk vond. Als Hedy d’Ancona op tv was ging die iets harder en werd er gediscussieerd over waarom het nog steeds zo was dat mannen en vrouwen niet gelijk behandeld werden.
Niet juridisch, niet maatschappelijk, eigenlijk op geen enkel vlak. Dat moest anders. Vond ook mijn vader. Hij las mee in de ‘Opzij’. Luisterde naar Hedy en naar mijn moeder, al was hij het misschien niet altijd helemaal met ze eens. Maar het had zijn interesse en het kostte hem dan ook geen moeite om er in mee te gaan. “Maar waarom kook jij dan nooit? Of trek jij de stofzuiger een keer door het huis in plaats van mama?”, vroeg ik hem een keer toen het gesprek er weer eens over ging. Nog voordat mijn vader antwoord kon geven deed mijn moeder dat. “Omdat ík dat niet wil. Wij hebben daar afspraken over gemaakt en daar voelen wij ons allebei prima bij. Lijkt me duidelijk toch?”
Daar was geen speld tussen te krijgen. “Neemt niet weg dat er heel veel vrouwen zijn die moeten vechten voor wat ze zouden willen in een huwelijk. Die keihard moeten knokken voor het soort afspraken zoals je vader en ik die hebben. Vrouwen die moeten strijden voor hun basisrechten. Want vrouwenrechten zijn mensenrechten. En voor die vrouwen kom ik op.”
Nu, dik veertig jaar later, ben ik supporter en lid van de heropgerichte Dolle Mina’s en maak ik me sterk voor de rechten van vrouwen die inderdaad gewoon mensenrechten zijn. Rechten die in de tweede golf waar mijn moeder deel van uitmaakte hard bevochten werden. Waarvan sommigen bekrachtigd werden, maar helemaal gelijkwaardig is het nog lang niet. Sterker nog, veel van de bevochten rechten staan weer onder druk. Als kind van mijn moeder en vader vind ik dat vreselijk, onnodig en ben ik er van overtuigd dat dat anders moet. Dus vuist in de lucht en moedig voorwaarts. Als man, naast en voor vrouwen. Misschien ben ik wel gewoon een activist … Ja, ik weet het wel zeker.
Het beste van LINDA. direct in je mail? Meld je aan voor onze nieuwsbrief.
'Een mensenleven is een kleine muggenscheet op de tijdlijn van miljoenen jaren en toch doet het er toe'
















