
Toen Willemijn (55) er per ongeluk achterkwam dat haar man haar belazerde, ontdekte ze ook dat haar schoonfamilie dat al lang en breed wist.
DIE DAG, HET WAS 4 MEI 2025, ging ik bij mijn schoonmoeder op bezoek om online haar elektrische sigaretten te bestellen. Ik deed dat wel vaker, dat was veiliger. Want voor je het weet zou ze misschien iets aanklikken waardoor ze vastzat aan een of ander abonnement. Ik zat aan tafel achter haar computer en was bijna klaar, toen ik dacht: eens zien of zij op WhatsApp ook foto’s van mijn man uit Amerika heeft gekregen. Zo niet, dan zou ik haar de mijne straks even laten zien. Ik was close met mijn eigen moeder, maar minstens even close met haar. Mijn man, haar zoon, was net een dag geleden in zijn eentje vertrokken naar Amerika, waar hij een roadtrip over Route 66 zou maken. Dat hadden we eigenlijk met zijn tweeën willen doen, maar toen ik twee jaar eerder ziek werd, kon dat niet doorgaan. Toen ik eindelijk weer wat was opgeknapt, ging ik liever met mijn dochter naar New York in plaats van zo’n hele toer in de auto. Hij had niks met steden en twijfelde lang of hij toch in zijn eentje zijn droom zou vervullen. Ik drong erop aan: doe het nou, je hebt je hier zo op verheugd, nu kan het nog. Ik was trots toen hij toch dat ticket kocht en zwaaide hem liefdevol uit.
Nu opende ik zijn moeders WhatsApp en zag een foto van hem in een Amerikaanse kroeg die ik niet herkende. Ik scrolde nog wat verder naar beneden en las dat hij haar iets schreef over een nieuwe Amerikaanse simkaart, met daaronder: ‘Bedankt, ook van Angela.’ Vreemd, tegen mij had hij gezegd dat zo’n simkaart moeilijk te krijgen was. Daarbij: wie was Angela? Ik was oprecht benieuwd, was ze misschien iemand die hij op Schiphol was tegengekomen en met wie hij na aankomst een biertje was gaan drinken? ‘Wie is Angela?’, vroeg ik mijn schoonmoeder, die net uit de keuken kwam lopen. ‘Dat weet ik ook niet’, antwoordde mijn schoonmoeder quasinonchalant en een beetje schichtig. In een oogwenk vond ik een Angela tussen haar contacten die schreef: ‘Gefeliciteerd met je lieve zoon. Ik zal goed op hem passen.’ Ik zag dat ze op nog iets van mijn schoonmoeder had gereageerd en vroeg nog eens: ‘Wie is Angela?’ Toen veranderde haar toon, ze droeg me op dat ik onmiddellijk achter haar computer vandaan moest komen, want daar had ik niks te zoeken. Het duizelde me. Zo had ze nooit eerder tegen me gesproken. Het was zondag, ik was hier om te helpen, zoals ik haar altijd graag met van alles hielp. Begreep ik nou goed dat mijn vent niet in zijn eentje in Amerika zat, maar met een andere vrouw? En dat mijn schoonmoeder dat wist en me zat voor te liegen?
Met een sigaret in haar mond zei ze kil: ‘Ik heb hier geen oordeel over.’ Die zin zou ze nog een paar keer herhalen, nerveus, beschaamd. Ik kwam al dertig jaar bij haar over de vloer. Wat wij niet allemaal samen hadden meegemaakt, betekende dat dan niks? Op dat moment vond ik haar bedrog misschien nog wel erger dan dat van haar zoon. Het was zo onnodig, een dolk in mijn rug. Mijn man liet me barsten, maar dit was verraad. Ik vertrok, buiten belde ik hem. Toen hij niet opnam, appte ik: ‘Wil je me even bellen? En wie is Angela?’ Eenmaal thuis begon ik te piekeren. Ik kon er niet bij, mijn man was geen vreemdganger. Wel een pessimist, die niet voor negen uur zijn bed uit te branden was en er een hekel aan had als ik hem naar buiten stuurde om te roken omdat dat binnen zo’n stank gaf. Maar al die jaren heb ik hem niet kunnen betrappen op contact met andere vrouwen. Tijdens mijn ziekte zorgde hij heel goed voor me. Ik belde mijn zus en toen mijn dochter, die meteen verhaal ging halen bij haar oma. Maar oma deed voor haar kleindochter de deur niet open. Ze moet zich snel hebben verstopt in de keuken of in haar slaapkamer toen de bel ging, want de tv was aan en alle lichten brandden. Verdrietig en verward ging ik naar bed. Om vijf uur ’s ochtends stuurde hij een vraagteken als antwoord op mijn appje over Angela. ‘Duh, ik ben blond’, schreef ik terug. Later bleek zijn broer ook van de affaire te weten. Het leek erop alsof iedereen op de hoogte was, behalve ik. En allemaal verdedigden ze zich met de woorden: ‘Maar het is toch niet onze taak jou dit te vertellen? Dat moet hij toch zelf doen?’ Ongelooflijk. Mijn zwager had toch tegen zijn broer kunnen zeggen: ‘Of jij vertelt het zelf, of ik doe het.’
Toen mijn man uiteindelijk toch belde, lag mijn dochter naast me in bed te slapen. ‘Hoelang is dit al aan de gang?’, vroeg ik hem. ‘Mwah,’ antwoordde hij, ‘toch wel een jaar.’ ‘Een jaar?’, riep ik. En toen gooide hij alles op de seks: ‘Je weet toch waardoor dit komt’, begon hij, doelend op mijn onthouding in de tijd dat ik ziek was en daarvan herstelde. ‘Waar is Angela nu?’, vroeg ik. ‘Hier beneden. In de lounge.’ Ik begon te huilen. ‘Je had me niet meer pijn kunnen doen dan met dit’, zei ik. ‘Het is allemaal zo verachtelijk, maar het ergste vind ik dat dit al zo lang aan de gang is en iedereen ervan wist.’ ‘Sorry, het spijt me’, klonk het met een dun stemmetje. Toen gaf ik de telefoon aan mijn dochter. ‘Mama wil niet meer met je praten’, zei ze. Ik kondigde aan dat ik onmiddellijk onze creditcard zou blokkeren. Hij sputterde nog even tegen, want hoe moest dat dan met de huurauto? ‘Dan ga je maar fietsen.’
Hij had weleens gezegd dat mannen maar één ding willen, maar ik dacht dat hij andere mannen bedoelde. Nog drie weken zou zijn vakantie duren, die heeft hij helemaal volgemaakt. Achteraf was dat precies de tijd die ik nodig had om te besluiten wat ik wilde. Ik vermoed dat hij me nooit over Angela had verteld als ik er niet zelf achter was gekomen. Voor mij was het duidelijk: deze relatie was klaar. Nieuwe sloten op de deur, camera aan de muur, niet omdat ik bang was, maar om de controle te houden. In de laatste week voor zijn thuiskomst heb ik hem een app gestuurd: je snapt wel dat dit niet meer goedkomt. De deur is op slot, ga maar naar je moeder.’
En dat is precies wat hij heeft gedaan. Ik was wel benieuwd naar zijn verhaal, dus we hebben nog één keer afgesproken. Op kantoor, niet thuis. ‘Ik hou nog steeds van je’, spartelde hij. ‘Dan heb je een vreemde manier om dat te uiten’, antwoordde ik. Hij zei dat het de bedoeling was geweest om met haar de kosten te delen voor zijn hotel. ‘En dan slapen jullie voor het gemak ook maar meteen in één bed’, hoonde ik. Ineens was ik er helemaal klaar mee. Ik liep al zolang op mijn tenen in deze relatie. Hij had een behoorlijk kort lontje, was vaak chagrijnig. Als hij in de auto stapte, had hij voordat hij de straat uit was al drie keer kut geroepen. Ik heb nooit overwogen om te stoppen met hem, ben altijd blijven hopen dat er iets zou gebeuren waardoor hij minder nors zou worden. Maar toen de breuk daar was, zag ik al vrij snel de voordelen ervan. In no time was de boedel verdeeld en het samenlevingscontract ontbonden. Ik heb alle kamers opgeruimd en een nieuw bankstel gekocht in mijn lievelingskleur. Binnenkort ga ik met mijn zus op stedentrip, ik hoef met niemand meer rekening te houden. ‘Voor je gezondheid is dit beter’, zei mijn dokter laatst toen ik daar voor controle was. ‘Je hebt er nog nooit zo goed uitgezien.’•
Dit artikel is afkomstig uit LINDA.258 Wat niemand ziet lees hier het hele magazine.
‘Onze hele relatie heb ik voor een dichte deur gestaan. En maar kloppen. En maar wachten’
VERDER LEZEN?
- Krijg onbeperkt toegang tot alle artikelen
- Lees LINDA.magazine online
- Geniet van te gekke winacties en lekkere puzzels
- Maandelijks eenvoudig opzegbaar































