Tot voor kort voelde de overgang fysiek een beetje als mijn vroege puberteit. Zonder enige vorm van inspanning zo zweten dat je zelfs twee keer per dag andere kleding aandoet, bijvoorbeeld.
Dat je slaap-waakritme van slag is en je onderhuidse pukkeltjes krijgt waar je ze nog nooit gehad hebt. Je gezicht dat 24/7 glanst. Nagels die ook in de zomer maar blijven afbrokkelen.
Ook zoiets; al eet ik minder en beweeg ik meer, het vet maakt zich alleen maar meer van me meester. Wat een timing: sinds beide dochters in de puberteit zijn, kweek ik zelf langzaam een sikje.
Lees: er groeien ineens haren op m’n kin. En daarmee bedoel ik geen zachte donsvacht, zoals ik in het dal van m’n onderrug of langs mijn wangen heb liggen. Nee, dit zijn harde, zwarte exemplaren. Het zijn er weinig, maar ze zijn stug, schaamhaar is er niks bij. Het heeft, als ik er met m’n wijsvinger langs ga, de structuur van een deurmat. Met je vinger voelen heeft dezelfde sensatie als met je tong langs een kleine zwelling of litteken in je mond gaan. Als je met de tong voelt, neemt het gigantische vormen aan terwijl het met het blote oog nauwelijks te zien is.
Hetzelfde geldt voor de kinharen: het zijn zwarte joekels als ik ze in het vergrootglas in de badkamer ontdek, en het bevalt me geenszins. In eerste instantie lachten de dochters me een beetje uit. “Je zit echt te overdrijven mam, je ziet er helemaal niks van.”
Toegegeven: vergeleken met een boezem die per kwartaal in volume toeneemt en voeten die per maand een schoenmaat groeien, is het inderdaad klein leed. Toch laten de haren me letterlijk niet los: het is taai en niet uit te roeien spul. Als de schoonheidsspecialiste mijn gezicht harst, houden de blonde donshaartjes zich minimaal zes weken koest. De ruwe kin-mat heeft slechts een halve dag nodig om aan te sterken, lijkt het wel.
“Zit je nu wéér te pulken?”, vroeg een collega met wie ik laatst een online vergadering had. Ik was onbewust langs m’n kinrand aan het voelen, welke stekel er waar de kop op stak. Haar man is dermatoloog, dus vertelde de collega een uitgebreid verhaal over afname van oestrogeen en toename van testosteron. “Het is heel normaal hoor.” Iets met hormonen en menopauze.
“Meer van dat mannelijke spul hoef ik niet”, riep ik gedesillusioneerd. “Als single moeder doe ik al vaak genoeg een beroep op mijn zogeheten mannelijke, actieve kant. Daar hoeft niet nog een schep testosteron bij. Ik ben zowel vader als moeder, moet elke beslissing nemen en handeling regelen.” “Eh”, twijfelde de collega die geen idee had hoe ze op mijn geklaag moest reageren. Ze was verstandig en zei niks. Snel voegde ik eraan toe: “Een portie knuffelhormoon en wat oestrogeen zou de boel wel wat verzachten. Ook fysiek, hoop ik. Ik heb liever dons dan stekels.”
Extra kinhaar is drie keer niks vergeleken bij een plaatjesbeugel, gaatjes in je oor laten schieten, ongesteld zijn en andere pubermeisjesdrama’s die in dit vrouwengezin leven. Het is soms wat veel, dus afgelopen weekend gingen we even de stad in. De dochters wilden shoppen, niet echt mijn favoriete bezigheid. Dus dronk ik bij de ijssalon de lekkerste koffie van Deventer terwijl zij de winkels indoken waar ik alleen maar zuchten kan. Toen ze terugkwamen lieten ze trots hun buit zien: Puck had een make-uptas gekocht, Charlie een nieuw telefoonhoesje. “O mama, ik zag ook iets dat typisch iets voor jou is”, zei Puck.
Dat verbaasde me. Hoe lief dat ze dan even aan haar moeder denkt. “Wat leuk”, zei ik. Ik dacht meteen aan iets voor de woonkamer, een vaas of kaars? Anders vast een leuk jurkje of zo. Puck weet goed wat mijn smaak is. Ze pakte haar telefoon erbij. “Ik heb er meteen even een foto van gemaakt. Als je het hebben wil kun je het meteen kopen bij H&M. Kijk!”
Ik zag het plastic doosje en moest hard lachen. “Wat lach je nou?”, vroeg Puck licht beledigd. In de verpakking zag ik felgekleurde, kleine pincetten. “Maar mam, dit is toch goed? Je pincet is oud en deze drie hebben een verschillende grip. Hoef je niet de hele tijd zo aan je kin te plukken.”
Dit artikel is onderdeel van LINDA.dossier (Ont)haren. Meer weten?
