Het Openbaar Ministerie begint woensdag in hoger beroep aan het uitleggen van zijn blik op het bewijs in het ‘moordproces’ tegen Willem Holleeder. Dit slotbetoog eindigt donderdag met een strafeis.
De rechtbank legde Holleeder in 2019 een levenslange gevangenisstraf op.
Holleeder is toen veroordeeld voor het opdracht geven tot de moorden op Cor van Hout, Willem Endstra, Kees Houtman, John Mieremet en Thomas van der Bijl. De rechtbank noemde hem in het vonnis een man die “gewetenloos over leven en dood beschikt”.
Holleeder ontkent alle beschuldigingen en ging daarom in hoger beroep. De rechtbank heeft er volgens hem “niets van begrepen”. In augustus 2019 begon het Amsterdamse gerechtshof aan de behandeling van de zaak in hoger beroep, in de extra beveiligde zaal van de rechtbank op Schiphol.
Sindsdien moeten veel getuigen opnieuw voor het hof verschijnen. De strafzaak tegen Holleeder staat of valt met verklaringen van deze getuigen want ander bewijs is er niet. De verhoren zijn een aanvulling op wat de getuigen eerder al vertelden, in het vooronderzoek en bij de rechtbank.
Holleeders zussen Astrid en Sonja getuigen ook tegen hem. Tijdens het proces bij de rechtbank zorgde dit voor emotionele confrontaties. Maar bij het hof bleef iedereen kalm. Holleeder ziet Astrid als de kwade genius achter de verklaringen. Hij verwijt zijn zussen dat zij “een ongekende mediacampagne” tegen hem hebben gevoerd, gesteund door Peter R. de Vries. Holleeders ex-vriendin Sandra den Hartog sloot zich als getuige bij de zussen aan. De rechtbank bestempelde hun verklaringen als betrouwbaar.
Holleeder, die in 1983 samen met anderen biermagnaat Freddy Heineken en diens chauffeur ontvoerde, is sinds 2006 weer volop in beeld bij justitie. Toen werd hij opgepakt en berecht voor een reeks afpersingen. In de huidige zaak zit hij sinds december 2014 vast.
Holleeder doet boekje open over persoonlijke leven: 'Mijn zoon niet zien is moeilijk'
