In Een buitengewoon gesprek gaan een groep mensen met autisme in gesprek met Jandino Asporaat. Ze vragen onder andere naar zijn grotendeels afwezige vader en vaderfiguren in zijn leven.
Tijdens het antwoorden raakt hij geëmotioneerd.
In Een buitengewoon gesprek gaan een groep mensen met autisme in gesprek met Jandino Asporaat. Ze vragen onder andere naar zijn grotendeels afwezige vader en vaderfiguren in zijn leven.
Tijdens het antwoorden raakt hij geëmotioneerd.
“U hebt veel meegemaakt in uw leven, de kracht was uw moeder, uw vader was er niet. Voor mij hetzelfde ook, want mijn vader was er ook niet voor mij. Ik wilde hem eerst niet vergeven, maar uiteindelijk wel. Heeft u uw vader ook vergeven of zal u hem vergeven?” vraagt Armin.
“Mijn vader is weggegaan toen ik vier was”, vertelt Jandino. “Hij was niet klaar voor het vaderschap. Ik vond dat in het begin heel moeilijk en ik heb mezelf daar ook de schuld van gegeven.”
De kleine Jandino vraagt zich af of hij wel goed genoeg is. “Ik had het heel fijn gevonden als ik ook een man had gehad in mijn leven, als kind, die mij een aantal lessen zou leren. Dat was mijn vader niet. In het begin zei ik altijd: ik heb geen vader nodig. Totdat er een moment was dat mijn vader mij belde.”
Op dat moment is Jandino achttien jaar oud en heeft hij zijn vader twaalf jaar lang niet gesproken. “Mijn vader zei tegen mij: waarom heb je mij nooit gebeld? En ik brak en ik was boos. Ik dacht: waarom heb ik jou niet gebeld?! Jij bent mijn vader, waarom heb je mij niet gebeld?”
De 18-jarige Jandino gaat het gesprek aan met zijn vader en vertelt hem wat het gemis van hem teweeg heeft gebracht. “Het heeft me gevormd als persoon, als mens”, vertelt de cabaretier verder. Lange tijd worstelt hij met verlatingsangst, zo vertelt hij aan de groep. “Een van de redenen dat ik theater ben gaan doen, was eigenlijk de aandacht. Ik stond op het podium en het ging even over mij. Ik had opeens allemaal mensen om me heen die van mij hielden.”
Iemand anders stelt Jandino de vervolgvraag of hij een ander vaderfiguur in zijn leven heeft of had. Dat vindt de entertainer een goede vraag, maar het raakt hem ook om erover na te denken. “Toen Tati (een goede vriend van Jandino, red.) overleed…”, hij slikt zijn tranen weg en herpakt zich. “Ik kwam er na zijn overlijden achter waarom het zo’n pijn deed. Ik maak daar grapjes over in de voorstelling, maar ik zeg ook: je weet pas wat je hebt als je het kwijt bent. Dus zeg tegen iedereen om je heen dat je van ze houdt nu ze er nog zijn.”
Jandino ging meerdere keren per week naar de kapsalon van Tati. Toen hij stierf ervaarde hij een grote leegte. “Waarom zat ik vijf dagen per week bij de kapper? Ik zat er omdat hij een soort vader was voor mij. Ik kon met hem praten, mijn emoties bij hem kwijt en toen hij weg was dacht ik: ik heb nu niemand eigenlijk meer. Dat is een beetje een leeg gevoel. Tegelijkertijd heeft hij me heel veel gegeven.” Jandino voelt hem nog steeds heel dichtbij zich en draagt zijn adviezen met zich mee. “Dus, om je vraag te beantwoorden. Nee ik heb dat nu niet, maar ik ben wel dankbaar dat ik dat gevoel heb gehad.”
Een buitengewoon gesprek kijk je terug via NPO Start.
Het beste van LINDA. direct in je mail? Meld je aan voor onze nieuwsbrief.