Het Amsterdamse gerechtshof begint maandag aan de afronding van het proces in hoger beroep tegen Willem Holleeder. Hij staat terecht verdenking van het geven van vijf moordopdrachten.
Het Openbaar Ministerie zal reageren op het pleidooi van Holleeders advocaten dat zij in december hielden. Ook in hoger beroep heeft het OM levenslang geëist. De rechtbank legde hem die straf in 2019 op.
Justitie beschreef Holleeder (63) als “gewetenloos, opportunistisch en berekenend”. Een “meesterintrigant” die “voor eigen rechter heeft gespeeld en zijn slachtoffers uit het leven heeft geschoten”. Het OM heeft het leeuwendeel van het bewijs geput uit getuigenverklaringen, van onder andere Holleeders zussen Astrid en Sonja. Door het geven van de moordopdrachten plaatste Holleeder zich definitief “buiten de samenleving”, vindt het OM.
Slachtoffers zijn Cor van Hout (2003), Willem Endstra (2004), Kees Houtman (2005), John Mieremet (2005) en Thomas van der Bijl (2006). Bij de aanslag op Van Hout werd ook de naast hem staande Robert ter Haak geraakt. Hij bezweek later aan zijn verwondingen. Holleeder ontkent iedere betrokkenheid bij de moorden.
Holleeder doet boekje open over persoonlijke leven: 'Mijn zoon niet zien is moeilijk'
Zijn advocaten bepleiten vrijspraak. Volgens hen ontbreekt het bewijs voor een veroordeling. Zij hebben vaak gewezen op de mogelijkheid van alternatieve scenario’s, waarin anderen dan Holleeder het brein achter het onderwereldgeweld zijn geweest.
De raadslieden mogen hun argumenten op 21 januari nog een keer kracht bijzetten. Het allerlaatste woord is dan aan Holleeder zelf. Op 24 juni heeft het hof de uitspraak gepland.
OM komt met strafeis in hoger beroep Willem Holleeder
