Al vóór oudejaarsavond zorgt kindervuurwerk voor jonge slachtoffers. Door onder andere mee te doen aan een TikTok-challenge, eindigen kinderen met ernstige brandwonden in het ziekenhuis.
De TikTok-challenge moedigt kinderen bijvoorbeeld aan om op brandend vuurwerk te stampen.
“Categorie F1 vuurwerk is niet onschuldig”, zegt Annebeth de Vries, kinderen- en brandwondenchirurg bij het kinderbrandwondencentrum in het Rode Kruis Ziekenhuis. “Het veroorzaakt regelmatig ernstige brandwonden die vaak moeten worden geopereerd.”
De Vries en haar collega’s zien vooral jongens tussen de 10 en 17 jaar die door de TikTok-challenge derdegraads brandwonden oplopen. Maar niet alleen een dergelijke challenge veroorzaakt problemen. Het afsteken alleen al zorgt regelmatig voor ongelukken. “Het vuurwerk komt vaak in de jas of schoenen terecht, waar het diepe brandwonden achterlaat”, weet De Vries.
De term ‘kindervuurwerk’ is dan ook “zeer misleidend”, vindt Martin Baartmans, kinderarts bij het brandwondencentrum in het Maasstad Ziekenhuis. “Men denkt dat kinderen met categorie 1 vuurwerk, zoals grondbloemen, tolletjes en sterretjes, kunnen spelen. Maar niets is minder waar. Wij zien in het brandwondencentrum regelmatig dat het ernstig mis is gegaan met spelen met vuurwerk.”
Daarom starten artsen uit de drie brandwondencentra en de Nederlandse Brandwonden Stichting de campagne ‘Geen kinderspel’. Hiermee willen ze ouders bewust maken van de mogelijke gevaren van kindervuurwerk. Het belangrijkste doel? Brandongevallen voorkomen.
Om de kans op brandwonden te verminderen, kun je als ouder bijvoorbeeld de capuchon van de jas van je kind halen, of naar binnenvouwen. Stop daarnaast de broek in de schoenen of over de laarzen, zodat er geen vuurwerk in de kleding terecht kan komen.
“Mocht het toch misgaan: koel de wond dan zo snel mogelijk 10 minuten met lauwwarm leidingwater. Zo voorkom je dat een brandwond nog dieper wordt”, tipt Sonja Scholten, brandwondenarts in het Martini Ziekenhuis.
TikTok-trend met vuurwerk zorgt voor gewonde kinderen: 'Tweedegraads brandwonden'
