Een verpleegkundige in opleiding is vlak voordat ze met zwangerschapsverlof ging op staande voet ontslagen. Ze werkte 24 uur per week bij een Haagse thuiszorgorganisatie.
Ze stond voor 24 uur op de loonlijst bij Royaal Thuis: 20 uur daarvan was bedoeld voor werkzaamheden voor de thuiszorg en 4 uur voor haar studie.
‘Wij willen je bedanken voor je inzet en hopen dat je nu de focus volledig kan leggen op je zwangerschap en straks op de geboorte van je kindje’, staat in de ontslagbrief.
Omdat de vrouw in hun ogen onvoldoende resultaten heeft behaald, de opleiding niet binnen twee jaar kon worden afgerond én het ziekteverzuimpercentage hoger dan 10 procent is gedurende de opleiding, werd het contract ontbonden.
Maar de vrouw legt zich er niet bij neer en vecht het ontslag aan bij de kantonrechter. Haar eis: een vergoeding van ruim 25.000 euro. Dit omdat het hier volgens haar ging om het beëindigen van een arbeidsovereenkomst zonder dat daarbij de wettelijke regels in acht zijn genomen. Volgens Royaal Thuis ging het hier echter om een leerovereenkomst.
Fractievoorzitter D66 Amsterdam moet ontslag nemen vanwege zwangerschap: 'Zo ging het in de jaren 50'
De kantonrechter geeft de thuiszorgorganisatie gelijk. Omdat de opleiding tot verpleegkundige centraal stond, was er geen sprake van een arbeidsovereenkomst. Maar ook daar neemt de vrouw geen genoegen mee, ze doet immers hetzelfde werk als andere werknemers in het bedrijf.
Ze vecht door en gaat in hoger beroep. En met succes. Het hof geeft haar gelijk. “Voor de beëindiging daarvan gelden dwingende regels. Deze regels heeft Royaal Thuis niet gevolgd. Bovendien was de vrouw zwanger op het moment van haar ontslag, terwijl daarvoor een opzegverbod geldt”, zo is de uitspraak.
Om die reden en omdat er een abrupt einde kwam aan haar opleiding, krijgt de vrouw een vergoeding van 10.000 euro. Ook moet de thuiszorgorganisatie de kosten van de rechtszaak en het hoger beroep – à 3.000 euro – vergoeden.
Met de mond vol tanden: vrouw (35) wordt ontslagen vanwege haar gebit
