In de rubriek ‘Monumentje’ brengen lezers een ode aan een overleden geliefde, vriend of familielid. Deze week herdenkt Yasmin haar moeder Henny, die is overleden aan eierstokkanker.
Geschreven door Yasmin de Ronde, ter nagedachtenis aan haar moeder Henny de Ronde (08-09-1956 – 22-10-2008).
8 september komt steeds dichterbij: de verjaardag van mijn moeder. Een maand later komt er nog zo’n dag, de dag dat mijn leven voorgoed veranderde….
Ik weet het nog als de dag van gisteren en toch zijn sommige herinneringen zo vaag. Na een heftige periode van revalideren, na de diagnose MS, werd mijn moeder ontslagen uit het revalidatiecentrum ‘Rijndam’. Ze ontdekte een knobbel in haar lies en ging naar de dokter, die haar vervolgens doorstuurde naar het ziekenhuis. Die middag kregen we nieuws dat niemand wil horen: “Mevrouw het is niet goed, er zijn kwaadaardige cellen gevonden”.
Eierstokkanker, is de uiteindelijke uitslag. Een traject van chemo begint, maar door haar MS werkt de chemo anders en krijgt ze last van uitvalsverschijnselen in haar lijf. Er moet een andere samenstelling worden gebruikt en de artsen doen hun uiterste best. Omdat haar haar begint uit te vallen, scheert ze het af. Mijn moeder die bekend stond om haar waanzinnige bos met haar is nu kaal.
Ze vecht als een tijger, haar haar groeit zelfs weer en krult als nooit tevoren. We gaan naar Curaçao (mijn moeder, broer en ik) en haar wens om nog een keer met dolfijnen te zwemmen gaat in vervulling. Wat zie ik haar genieten, maar wat is ze vreselijk ziek. Toch neemt niemand ons dit ooit af.
In mei 2008 kom ik erachter dat ik zwanger ben. Totaal in shock ga ik naar haar toe, ze doet open en ik zeg gelijk “Ik ben zwanger mam”. Ik moet huilen, want diep vanbinnen weet ik dat ze hier niet blij mee is. Ze is in gevecht en de vraag is of ze dit gaat winnen. Eigenlijk weten we het antwoord wel…
Kort daarna horen we dat we een jongetje zullen krijgen. Mijn moeder gaat ondertussen steeds verder achteruit. Bij de extra ingeplande echo kan ze niet zijn – ze kan en wil het ziekenhuis niet meer uit. Ze is op. Hier loop ik, met mijn dikke buik, blij en toch zo verdrietig.
Inmiddels is het oktober en ze wordt overgebracht naar een hospice. Daar ligt ze dan… Mijn moeder, mijn steun en toeverlaat en allerbeste vriendin. “Nog acht weken mam, dan word je oma”. Ik vertel hoe hij gaat heten en ze zegt: “Hm ik vind Boaz leuker”.
“Meisje ik ben zo moe, we moeten met de dokter praten. Ik kan niet meer, ik red het niet nog acht weken”, zegt ze. Met elkaar bespreken we wat er gaat gebeuren. Ze wordt in slaap gebracht en uiteindelijk overlijdt ze terwijl ik haar hand vast heb.
Zes weken later, op 12 december, wordt hij geboren: Xavi Joël Henny. Het is waar wat ze heeft gezegd. Je verliest iets kostbaars, maar je krijgt er iets kostbaars voor terug. En toch mam, zou ik er alles voor overhebben je nog even – zoals vanouds – maar vijf minuten te zien.
Moeder worden zonder moeder. Blijkbaar kan ik het, maar het is verdomd zwaar. Ik vind het zo erg om te zeggen, maar ik weet niet meer hoe ze klinkt. Mijn zoon weet niet hoe zijn oma klonk. Hoe heftig het gemis ook is, sommige randjes raak je kwijt.
Mijn moeder was een alleenstaande moeder – net zoals ik dat nu ben – met een hart van goud, een grote bos krullen en een onwijs sterk wijf. De deur stond altijd voor iedereen open en alles was bespreekbaar. De leegte en het gemis zijn daardoor onbeschrijflijk, maar haar liefde was en ís onvoorwaardelijk.