Leon Verdonschot legt voor LINDA.nl elke week iemand het vuur na aan de schenen. Deze week is documentairemaker en presentatrice Linda Hakeboom (38) aan de beurt. Overmorgen verschijnt haar boek Alleen nog vandaag, waarin ze beschrijft hoe haar leven veranderde na de diagnose borstkanker.
Als je in je boek beschrijft dat de arts je belt en je vertelt dat er kankercellen zijn gevonden, schrijf je op wat je dénkt, namelijk dat je doodgaat. Maakt dit duidelijk dat het altijd een goed idee is om iemand mee te nemen naar een belangrijk gesprek met een arts, omdat je zelf niet of nauwelijks hoort wat hij zégt?
“Ik heb sowieso bij ieder gesprek met een arts gemerkt dat ik nauwelijks iets opnam, misschien uit een soort zelfbescherming. Als mijn vriend niet mee ging, onthield ik niks. Het is heel veel medische informatie vol eentjes en nullen, maar het gaat over jóú. Ineens worden allemaal woorden geïntroduceerd in je leven die je allemaal voor het eerst hoort, terwijl ze op jou slaan: overlevingskans, behandelplan, chemotherapie. Het woord ‘overlevingskans’ kan ik nog steeds moeilijk horen zonder een beetje misselijk te worden.”
Je schrijft: ‘Ik voel opnieuw aan mijn borst. Het zit er nog. Het lijkt groter dan eerst. Waarom zou mijn lichaam zoiets maken?’ Heb je daar een antwoord op kunnen formuleren? Of moet je dat zo niet zien?
“Uiteindelijk maakt je lichaam het wél zelf; het zijn cellen die verkeerde informatie afgeven. Toen ze in het begin over ‘de behandelopties’ gingen praten en ook de optie van een borstamputatie langskwam, weet ik nog wat mijn eerste reactie was: haal alles er maar af, weg, uit mijn lijf ermee. Ik voelde dat er iets zat wat nú weg moest, ik voelde dat bijna branden in mijn borst. Uiteindelijk is dat niet gebeurd, maar je ervaart wel een soort vijandigheid van een lichaam dat zich tegen je keert.”
Op het huwelijk van je schoonzus kreeg je de volgende zin te horen, schreef je: ‘We dachten: het is ook niet prettig als mensen jou ernaar gaan vragen, dat is misschien een beetje ongemakkelijk voor je. Dus we hebben tegen de anderen gezegd dat ze er niet over moeten beginnen.’ Hoe lastig vond je dat, dat ánderen het een pijnlijk onderwerp vinden en dat jóúw ziekte opeens het taboe van andere mensen blijkt?
“En dan is het niet eens naar bedoeld, maar het komt juist vanuit een poging rekening te houden met jou. Het is nog steeds een beladen onderwerp, ik denk vanuit de generatie voor mij, die het nog steeds had over de ziekte ‘k’. En dan was het idee: ‘Die buurvrouw heeft k, laat haar maar even met rust.’ Mensen vinden het pittig om er mee geconfronteerd te worden, weten niet hoe ze er mee om moeten gaan. Maar als je het hebt, kun je daar knettereenzaam van worden. En het idee krijgen dat je je een beetje moet onttrekken aan de maatschappij en terug mag komen als je weer beter bent.”
Hoe zou je dat kunnen doorbreken?
“Als ik na een aardig appje met een belangstellende vraag zelf vroeg ‘En hoe gaat het dan met joú?’, kreeg ik in denk ik wel in 90 procent van de gevallen terug: ‘Daar gaat het nu even niet om, eerst moet jij beter worden.’ Ook dat is heel aardig bedoeld, maar ook dat is een vereenzamend mechanisme. Je bent al ziek, je hebt al het gevoel dat je er niet helemaal bij hoort, en dan gaan mensen uit een soort bescherming je ook buiten gewone gesprekken houden. Ik was nog steeds Linda, ik had alleen kanker. Het is niet zo dat je alléén nog kankerpatiënt bent. Ik vraag je toch hoe het met jóú gaat? Dan wil ik het ook graag weten. Dus om je vraag te beantwoorden: niet vanuit de allerbeste bedoelingen alvast beslissingen nemen voor iemand die ziek is, maar als je twijfelt vragen wat diegene prettig vindt.”
Wanneer je beschrijft hoe je vader tegen jou schold als kind, hoe hij zijn stem verhief en je kleineerde, altijd weer ‘sorry’ wilde horen, doet dat ook denken aan heel veel beschrijvingen van grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer waar we de afgelopen jaren over hebben gehoord en gelezen. Zou je bij die verhalen eigenlijk behoefte hebben aan een ’trigger warning’?
“Nee, die behoefte heb ik niet. Ik denk dat heel veel mensen, linksom of rechtsom, wel te maken hebben gehad met dit gedrag. Je hebt heel veel typen grensoverschrijdend gedrag. Dit type is wat moeilijker te duiden, en het is ook moeilijker aan te geven waar het preciés over de schreef gaat. Als iemand zo onachtzaam omgaat met je gevoel, kan dat verstrekkende gevolgen hebben, zonder dat het voor anderen heel duidelijk is waar ze de streep moeten trekken.”
Uit zinnen als ‘Niemand zei ooit nee tegen mijn vader.’ en ‘Mijn vader kreeg alles voor elkaar’ spreekt ook ontzag, bewondering voor je vader, ‘de stoerste man van de wereld.’ Kun je dat nog terughalen?
“Ik keek inderdaad heel erg tegen hem op, en snap dat nog steeds. Mensen die op zo’n manier in het leven staan roepen dat vaak ook op. Als je opgroeit en je vader heeft steeds nieuwe rare handeltjes, en er is altijd avontuur met hem, er gebeurt altijd íéts wanneer hij er is, dan heeft dat een bepaalde magie. Maar die verdween helemaal toen ik de andere kant ging inzien, de pijnlijke en treurige. Dat hij bijvoorbeeld steeds handeltjes had omdat hij nergens aan het werk kon blijven. En dat dat avontuur ook voortkwam uit gebrek aan vermogen om gewoon rust te vinden en lief te hebben.”
Het type man tegen wie nooit iemand nee zegt en die alles voor elkaar krijgt, zul je daarna ongetwijfeld nog vaak zijn tegengekomen in je leven. Hoe reageerde je dan?
“Inmiddels loop ik dan de andere kant op. Ik wist diep van binnen altijd wel dat dat gedrag schadelijk voor mij was. Maar er was een tijd dat ik wel trok naar dat soort dominante types, die dat eeuwige spel van aantrekken en afstoten spelen. Ik was zo geprimed in dat gedrag, en elke keer dacht ik: wat heb ík nu weer fout gedaan, wat moet ik doen om het goed te houden, want ze gaan steeds weg.
Na goeie gesprekken met mijn psycholoog kwam ik er achter wat ik er zélf aan bijdroeg. Want dominante mannen die op zo’n manier spelletjes met je spelen kúnnen dat met types als ik, die op zo’n manier zijn opgegroeid. Dat weten ze donders goed, die herkennen ze: deze hebben we nu te pakken, deze is op zoek naar erkenning, of liefde. Maar met iemand die volledig zelfverzekerd in het leven staat, kunnen ze dat spel niet uithalen.
Ik heb daar inmiddels zó’n afkeer van, dat spel, ik vind dat zó lelijk, en ik heb geen enkele behoefte meer aan dat gedrag in mijn leven. En ik denk gelukkig ook dat ik inmiddels op een punt ben waar ik niet meer op die manier te pakken ben. Ik ben zélf veranderd. Nog steeds kom ik inderdaad wel eens dominante mensen tegen. Dan denk ik: ik zie wat je doet, dan gniffel ik en loop weg. Maar de sleutel daartoe ben ik zelf.”
Je beschrijft hoe je vader afscheid neemt van jou en je broertje, met de woorden: ‘Ons contact loopt nogal stroef de laatste tijd, heb ik het idee. Ik heb niet echt het gevoel dat jullie mij serieus nemen als vader.’ Na dat gesprek, luidkeels in een café, heb je hem lang niet meer gezien, tot jaren later nog enkele zeer teleurstellende ontmoetingen waarin hij vooral klaagde dat je hemt nooit een kaartje voor Vaderdag schreef. Hij heeft nu niet alleen vele jaren van je leven gemist, maar ook een zeer ingrijpende periode. Kun jij je voorstellen dat dat contact nog ooit te herstellen is?
“Vroeger dacht ik dat alles wat hij zei klopte, en dat ik alles verkeerd deed. Dat is er helemaal af. Ik merk aan mezelf dat ik geen behoefte heb hem nog te zien. Dat vind ik een fijne gedachte: dat ik niks meer van hem nodig heb, en ook geen boosheid of zo meer voel. De enige manier om nog contact met hem te hebben, zou volgens mij zijn als hij écht naar zichzelf zou kunnen kijken. Als hij zou zeggen: ik heb dit allemaal gedaan vanuit mijn eigen tekortkomingen, en de manier waarop ik zélf ben opgevoed. Dat zou ik echt bijzonder vinden. Hij is onveilig opgegroeid, heeft dat doorgegeven, en die geschiedenis van pijn zou hij daarmee doorbreken. Maar dat kan hij al zó lang niet, ik zie dat niet meer gebeuren. En ik ga het zelf niet opzoeken.”
Je volgde influencer Nikkie de Jager ruim twee jaar voor de documentaire ‘NikkieTutorials: Layers of me’. Wat heb je van haar geleerd?
“De belangrijkste les, en die vond ik heel bijzonder, is een les die zij weer van Kim Kardashian had geleerd. Namelijk de les: waarom zou je de tien seconden woede-rant van iemand online jouw leven laten bepalen? Nikkie kan dat echt heel goed kanaliseren, die online haatreacties, en daar kijk ik met bewondering naar.”
Je was daarmee een van de eersten die serieuze, inhoudelijke journalistieke aandacht gaf aan een influencer. Zou je er nog meteen een paar kunnen noemen waar een documentaire in zit, of had je met Nikkie de Jager een interessante uitzondering te pakken?
“Wat ik uiteindelijk toch het mooiste vind om te vertellen, steeds weer, is het verhaal van coming of age. Het vallen en opstaan in een leven, en dat vind ik nóg boeiender in een decor van beroemdheid, ook omdat mensen die roem graag romantiseren. Ik vind het zelf ook altijd wat flauw om van influencers maar steeds te zeggen dat er niks interessants aan zou zijn. Omdat achter de leegte die dat leven soms lijkt te hebben, altijd een verhaal zit. Zoals achter eigenlijk iederéén.”
