Je hebt van die toegewijde moeders, je kent ze vast wel, die niet eens klassenouder zijn maar bij werkelijk álles helpen op school. Ze kunnen elk uitje rijden, regelen extra cadeaus, ook voor het afscheid van de zoveelste interim-directeur of stagiaire.
Ze zijn voor de basisschool onmisbaar en worden door meesters en juffen op handen gedragen. En terecht, want ze maken naar school gaan voor iedereen prettiger. Ook voor mijn dochters.
Ik ben helaas alleen niet zo’n moeder. Toen Puck als vierjarige voor het eerst naar school ging, eentje die midden in het bos staat, heb ik het een jaar geprobeerd als klassenouder. Het was meer werk dan ik dacht en dat lag vooral aan de ouders. Van menigeen kreeg ik een punthoofd (iemand wilde dat haar dochter telkens bij haar beste vriendje kon zitten, een ander klaagde over dat ze drie keer pleindienst had en de rest twee. Dat lag aan de alfabetische volgorde, haar achternaam begon met een A). Bovendien: ik had een baan, dus op de bonnefooi naar een theater in Lutjebroek rijden was toen al geen optie. Niet handig voor een klassenouder.

Toen ik ging scheiden en verhuizen (een stad verder van het bos) en Charlie ook naar de basisschool ging, was er logistiek nog minder mogelijk. Daarbij: ik werkte fulltime en stond er in de opvoeding alleen voor, dus de focus lag niet op de meester extra helpen. Soms, als ik de kinderen op school had afgezet en snel boodschappen deed, reed ik daarna school voorbij en zag ik vaak nog een handjevol ouders staan. Van die types met monsterlijke bakfietsen. Waar halen ze toch allemaal de tijd vandaan, dacht ik. Toegegeven: al had ik de tijd wél gehad, dan zou ik er nog niet na negenen staan. Ik behoor duidelijk tot een andere bloedgroep van ouders.
Die bloedgroep kan dan wel zeldzaam zijn, in al die jaren dat mijn dochters op de basisschool zaten heb ik er toch zeker twee goede vriendinnen gemaakt. Dat zijn overigens moeders met een eigen leven en een drukke baan, toevallig. Wat me wel opviel naarmate de jaren vorderden, was dat vooral het type ouder in de klas veranderde. Steeds vaker kwam er een nieuw kind in de klas wiens moeder tot ultieme taak had, als een moedergans over het kind en zijn schoolproces te waken.
Nou meid, mij niet bellen. Charlie kreeg het soms te verduren, omdat een van de ouders mijn column elke week las. Zij is mijn dochter en dus niet met mijn werk of teksten bezig, maar werd er door volwassen moeders wel op aangesproken. Echt, het lijkt alsof de ouders anno nu steeds minder emotioneel volwassen en intelligent zijn. En breek me de bek niet open over het meest storende bijproduct van de basisschool: de Klas-Whatsappgroep voor ouders.
Waar de ouderwhatsappgroep van Puck d’r jaargang, nuttig en praktisch bleek, was die van Charlie vooral overtollig. Ouders, met name moeders aangezien driekwart van de leden vrouw is, buitelden soms over elkaar heen met aanbiedingen. Van ideeën en gekke suggesties tot tientallen foto’s van een voorstelling van vijf minuten en reclame over neven- en buitenactiviteiten van de gemeente. Nutteloze spam dus.
Noem het asociaal, maar ik hield me in de app vooral afzijdig. De ex trouwens ook, net als de meeste vaders. Een mannelijke collega op het werk, die net een kind op de kleuterschool heeft, zei vorige week: “Ik word nu al gek van die app en die andere ouders. Ik heb het naar m’n vriendin doorgesluisd, die kan er wel mee omgaan. Ik niet.” De groep verlaten kon niet, aangezien er tussen alle spam en oppervlakkige conversaties ook belangrijke informatie gedeeld werd, die je als ouder niet kunt missen.

Gisteravond was het eindelijk zover, de eindmusical van groep 8. Het einde was in zicht en wat was ik daaraan toe. Charlie ook aangezien zij qua lesstof en op mentaal vlak haar klasgenoten al maanden voorbij is. Opa’s en oma’s, ouders, broers en zussen vulden de gisteravond de kleine gymzaal van de school. Het werd er gezellig heet, alle kinderen uit de klas deden het geweldig, sommigen verrasten echt met hun podiumtalent.
De leraren hadden nog iets leuks bedacht voor de leerlingen, de twee klassenmoeders kregen cadeaus, de juf een staande ovatie. Tegen negenen was je nog welkom bij gastvrije ouders die hun tuin en huis ter beschikking stelden. Tenten werden opgezet voor de kinderen die wilden overnachten, gezinnen namen hun eigen hapjes mee. Het is goed zo, dacht ik toen ik de fameuze gehaktballetjes van een van de leukste moeders achter de kiezen had.
Vanochtend vroeg stroomde de Whatsapp groep vol, met video’s en foto’s van de musical. Een moeder wilde al weten wanneer de film van de musical gereed was. Ik zag natgeregende kinderen aan een ontbijt zitten terwijl die van mij met een dekentje op de bank een film keek. En toen er in de app-groep niet alleen massaal bedankt werd maar ook gevraagd wie er allemaal wel of niet goed had geslapen wist ik: dit is het signaal. Ik heb als eerste officieel de groep verlaten. Ik ga niet liegen, dat voelde heerlijk. Op naar de middelbare! Daar heb je gelukkig alleen maar een app voor je rooster, cijfers en absenties.
