Leon Verdonschot legt voor LINDA.nl wekelijks iemand het vuur na aan de schenen. Deze week is Sam Bettens (50) aan de beurt. Van de zanger van K’s Choice verscheen onlangs het boek Ik ben.
Was het vooral een kwestie van dit boek wíllen schrijven, of vond je dat het moést schrijven voor alle toekomstige Sams?
“Nu het zover is en het boek is voltooid, vind ik het wel fijn dat mensen er misschien iets aan gaan hebben. Ik hing vroeger altijd aan de lippen van andere transgender personen, uit een bijna wanhopig verlangen naar informatie, naar praten met mensen die me zouden begrijpen. Maar ik moet eerlijk zeggen dat ik het waarschijnlijk nooit had geschreven als de uitgever, Das Mag, me niet benaderd had omdat ze de vlogs hadden gezien die ik maakte tijdens mijn transitie. Ik zou het waarschijnlijk niet gedúrfd hebben, omdat ik niet dacht dat ik een boek kón schrijven. Maar het heeft mij heel veel goed gedaan om dieper te duiken in mijn gedachten. En ook om nu een connectie te voelen met andere mensen die er op reageren. Ik voel me daardoor weer iets meer begrepen, ook al had ik aanvankelijk niet gevoel dat ik iets van me af moest schrijven.”
In die vlogs vertelde je ook waar je tegenaan liep tijdens die transitie. Vreesde je dat door de testosteron-injecties je karakter zou veranderen?
“Dat is altijd even afwachten. Ik heb het heel zachtjes aan opgebouwd, niet meteen de volle laag genomen. Misschien heeft dat wel geholpen.”
Ben je al aan het ‘mansplainen’? Dan weet je zeker dat de transitie is voltooid.
“Haha! Dat ga ik eens aan mijn vrouw vragen. Ze zegt wel dat ik iets sneller naar oplossingen wil gaan, in plaats van nog even door te praten. En ik merkte wel dat ik iets minder geduldig begon te worden. Het was wel in Covid-tijd en onze kinderen waren een jaar niet naar school geweest, en ik denk dat we allemaal wel een deel van ons geduld zijn verloren in die tijd. Maar ik vind dat geen leuke eigenschap, dus ik vecht daar wel tegen.”
En je stem? Aan de ene kant zul je een mannelijke stem hebben gewenst, aan de andere kant: een volledig repertoire dat je nog steeds live zingt is ooit ingezongen met die andere stem.
“Het is heel dubbel, want het zijn inderdaad precies die twee dingen. Ik wil als een man klinken, zodat er geen twijfel geen mogelijk meer is als ik praat. Maar ik wil ook mijn zangstem en vooral mijn zangkleur niet verliezen. We hebben met een paar nummers al de toonaard moeten veranderen. Dat is ook niet zo erg, behalve dan voor onze gitaristen die opeens alles moeten aanpassen. Maar het is natuurlijk ook mogelijk dat je opeens niet meer mooi kunt zingen. De ‘silver lining’ is heel duidelijk, dat houd ik mezelf ook voor als ik eens gefrustreerd ben over het te lage tempo van de verandering.”
Mis je iets aan vrouw zijn?
“Het enige dat ik spijtig vind is als het gaat om International Womens Day, of over girl power, ik me dan realiseer: daar hoor ik niet meer bij, ik mag dat niet meer claimen. Maar mijn vrouwelijke kant, bijvoorbeeld dat ik hier zo open en eerlijk over kan praten, die ben ik niet verloren. En daar ben ik ook heel blij om. Ik ben me ook niet meer gaan afsluiten, dus op dat vlak ben ik niet echt veranderd. Al noem ik mezelf geen vrouw meer, er zijn nog veel vrouwelijke aspecten aan mij die ik ook absoluut niet kwijt wil.”
Er is een term voor het noemen van je vorige naam, en die klinkt heftig: deadnaming. Tegelijk ben je onder die naam jaren beroemd geweest, en heb je onder die naam meerdere albums uitgebracht. Hoe erg vind je het als iemand je vorige naam laat vallen?
“Het heeft nog best even geduurd voor ik zelf niet meer reageerde als ik ergens mijn oude naam hoorde. Voor ik dacht: o nee wacht, dat ben ik niet meer. Een transitie doen op latere leeftijd, dat betekent ook dat ik eerst 46 jaar heb geleefd als vrouw. Dat zomaar wegwitten of vergeten of doen alsof dat niet heeft bestaan, dat is natuurlijk onmogelijk. Maar ik voel steeds meer gewenning met het zijn van Sam, transgender man. Ik merk dat ik me minder stoor aan het gebruik van die vorige naam als veel andere transgender personen. Ik gebruik die naam vooral niet omdat ik mensen niet wil aanmoedigen dat bij andere transgender personen ook te doen. Maar inderdaad, mijn vorige naam circuleert nog gewoon: op internet en op oude platen. En af toe krijg ik nog post van bijvoorbeeld mijn levensverzekering onder mijn oude naam.”
Een levensverzekering voor een deadname: dat is eigenlijk best ironisch.
“Haha! Zo had ik het nog niet eens bekeken. Ik vind het niet fijn als ik mijn oude naam tegenkom, maar het is niet dat het van alles triggert. Ik vind het niet fijn, zoals ik het ook niet fijn vind om naar oude foto’s te kijken waar ik heel vrouwelijk op sta. Waarmee ik zeker niet wil zeggen dat veel van die 46 jaar niet heel gelukkig waren, en dat ik in die jaren geen fantastische dingen heb meegemaakt.”
Vorig jaar speelden jullie met K’s Choice in Utrecht met een koor van 100 mensen. In zes dagen werden ze tijdens workshops voorbereid op het optreden. Hoe was dat?
“Heel speciaal, echt heel speciaal. Amateurzangers die op een heel mooie manier jouw nummers zingen, dat is sowieso al een heel unieke ervaring. Alleen al door de nieuwheid van het zingen voor die mensen en door hun enthousiasme. Maar omdat we in het bijzonder mensen uit de LGBTIQ-gemeenschap hadden opgeroepen mee te doen, voelde ik een gedeeld verhaal, ondanks alle verschillen. Er waren sterke emoties voelbaar die avond. Ik voelde een grote verbintenis met al die mensen.”
Je hebt inmiddels de Amerikaanse nationaliteit. In je boek beschrijf je dat het niet voelde als een grote verandering, maar tóch als een mijlpaal.
“Dat komt ook door de ceremonie eromheen, in een grote, plechtige ruimte. Die dag waren er denk ik wel veertig verschillende nationaliteiten aanwezig, die allemaal Amerikaan werden. Veel van die mensen hadden hun familie bij zich, en voor veel van die mensen was dat een heel geladen moment. Ik had zelf al een green card, ik had geen schrik om opeens getransporteerd te worden naar België. Maar het was bijzonder om mee te maken wat het voor anderen betekent.”
Ben je ver-Amerikaniseerd?
“Ik vind het heel leuk om terug in België te zijn, en normaal, in een niet-Covid-jaar, ben ik er ook wel tien keer per jaar. Maar als het op wonen aankomt, voel ik me heel erg thuis in Californië. Ik vrees ook dat mijn gedrag heel Amerikaans is geworden. Als ik in Nederland of België ben en we zijn op restaurant, moet ik me bijvoorbeeld inhouden niet het hele menu te willen veranderen: iets bestellen, maar dan zonder vier van de ingrediënten.”
Wat je ook bent geweest, in de Verenigde Staten: brandweerman. Je brengt het in je boek in verband met een midlife-crisis. En toch lijk je er ook heel trots op.
“Dat ben ik ook. Ik heb mogen werken met mensen die hun hart op de juiste plek hadden zitten, mensen met heel veel empathie. Bij de brandweer kom je misschien in tien procent van de gevallen in aanraking met brand, en in de andere gevallen met zieke mensen. Heel veel mensen bij de brandweer willen echt goed doen voor die mensen, en trainen iedere dag consequent op vaardigheden die ze misschien maar één keer in hun leven zullen gebruiken. Dat zijn mensen die alles doen om een zo goed mogelijke brandweerman te zijn. Om paraat te zijn, voor wat er ook komt. Ja, ik ben echt trots dat ik daar een onderdeel van mocht zijn. En ik vind het fijn dat ik daardoor met mensen in contact ben gekomen die ik anders nooit zou hebben ontmoet, uit alle lagen van de bevolking. En natuurlijk paste ik het ook in waar ik naar op zoek was. De mannelijkheid ervan, ook van het pak en de uitrusting, zal zeker te maken hebben gehad met mijn zelfontdekking. Het moment waarop je na die training eindelijk je eigen uitrusting krijgt, helemaal op maat gemaakt, met buttons met je naam erop: dat is echt het coolste moment ooit.”
Jullie grootste hit Not An Addict is gecoverd door onder meer Di-Rect, Bløf en zelfs Courtney Love. Zing je ‘m na al die jaren nog steeds graag?
“We hebben ‘m natuurlijk al duizenden keren gespeeld en het nummer heeft geen geheimen meer voor ons. We maken er ook een punt van ‘m nooit te repeteren. Wat ik er bij voel, heeft veel meer te maken met het moment zelf, en met onze klik met elkaar en het publiek. En ik merk ook dat ik in verschillende fasen van mijn leven dezelfde nummers anders ervaar. Er is een moment geweest in mijn leven dat ik touren vermoeiend vond en niet meer inzag wat voor vreugde we mensen gaven, en dat dat ook belangrijk is. Nu zit ik weer in de omgekeerde fase. Misschien ook omdat ik vijftig ben geworden, of door de Covid-tijd. Ik geniet er nu veel meer van dat we die twee uur allemaal samen zijn en onze zorgen vergeten en ons ongelooflijk goed aan het amuseren zijn. Hoe vaak komt het voor op een dag dat je niét op je telefoon kijkt en niet bezig bent met wat je over tien minuten moet doen?”
K’s Choice bestaat dit jaar dertig jaar. Jullie doen een jubileumtour. In het begin van de jaren negentig was er een periode waarin jullie wéreldberoemd leken te worden. Ben je vooral blij dat jullie al dertig jaar muziek kunnen maken, of heb je het gevoel dat er wellicht toch nog meer in had gezeten?
“Beide. Ik ben heel dankbaar, en ik weet dat het uniek is dat we in mei drie weken lang kunnen touren en dat mensen nog steeds massaal naar ons komen kijken. Maar ik denk ook dat het niet abnormaal is dat ik af en toe denk dat er ooit een moment was dat het nog net iets groter had kunnen worden. Dat we zo’n tour ook in Amerika hadden kunnen doen. Ooit hing dat in de lucht. En tegelijk weet ik ook dat dat de kans op nog een normaal leven kunnen leiden veel kleiner was geworden. Dat had ook betekend: drie maanden aan één stuk op tour, geen gezinsmens meer kunnen zijn, de kinderen die gehomeschoold moeten worden…”
De kern van de band was altijd jij en je broer Gert. Is er iets veranderd in jullie relatie nu dat geen broer-zus-band meer is?
“Wij lachen en praten nog steeds om dezelfde dingen. De dynamiek tussen ons is niet veranderd. Als het gaat om de vriendschap en de relatie tussen mij en mijn broer geldt: nieuwe naam, nieuw voornaamwoord, en voor de rest alles hetzelfde gebleven.”
Foto: Bob Bronshoff