Linda de Mol: ‘Klagen doen wij vrouwen niet, dan zijn we namelijk zeikerds. En als we íéts niet willen zijn..’
doorLinda de Mol
doorLinda de Mol
“Nooit klagen over pijn”, zei mijn moeder altijd als ik haar vroeg of ze geen last had van die zware artrose in haar onderrug. “Tuurlijk heb ik pijn, maar wordt het er beter op als ik dat steeds zeg tegen jullie, of erover zit te zeuren? Nee. Dus klagen over pijn heeft echt geen enkele zin.”
Het is een motto dat ik altijd ter harte heb genomen. Bovendien leent het televisievak zich bepaald niet voor afzeggen op dagen dat je ziek bent, je ellendig voelt of pijn hebt. Als ik niet kom opdagen, is er echt een serieus en heel kostbaar probleem, want dan staat er voor niks een man of zeventig op de studiovloer of filmset. En daar waar je bij de meeste banen je menstruatie- of hoofdpijn misschien nog weleens een keertje durft te delen met je collega’s en je dan best een keer een merkbare offday mag hebben, kan ik moeilijk met een gebreide sjaal om Miljoenenjacht presenteren omdat ik een zware keelontsteking heb. Of Cheryl boos scheel laten kijken van de hoofdpijn in Gooische Vrouwen. Het is maar wát vaak gebeurd, dat ik me met koorts door opnamedagen heb gesleept. Of, in de periode dat ik een hernia had, met handenvol pijnstillers net deed of er niets aan de hand was. De kijker heeft er immers geen boodschap aan. Ik kon moeilijk zeggen: “Goedenavond allemaal, ik ben vanavond misschien een stuk chagrijniger en matter dan jullie van me gewend zijn, maar ik moet ongesteld worden en heb pijnlijke krampen en mega koppijn, heb net drie pukkels weg moeten werken en wil hier eigenlijk niet staan, ik wil liever met een kruik en paracetamol op de bank kruipen.”
Ik ben ooit met een gebroken rechterhand (ik dacht alleen gekneusd) naar een gala van het Aids Fonds gegaan omdat ik het onbeleefd vond zo laat nog af te bellen. En dus hebben zeker dertig mensen me bij het begroeten vol in die hand geknepen. Ik heb met twee zwaar ontstoken ogen een show gedaan. Het commentaar op mijn ‘veel te zware, rare make-up waardoor ik eruitzag als een dragqueen’ heb ik maar naast me neer gelegd. Ik heb met een heel heavy migraineaanval toch een Duits showprogramma gepresenteerd nadat ik in mijn kleedkamer eerst nog moest overgeven in een afvalbak. Maar afzeggen? Hoe dan? Er zaten zeshonderd Duitsers in de zaal die vier uur in een bus hadden gezeten.
The show must go on.
Ik denk bij alle ingrepen in het ziekenhuis die een stuk pijnlijker zijn dan ik dacht: geen kik geven, bijt maar op je tanden, anders gaat misschien straks het verhaal dat die Linda de Mol zo’n overdreven zeikende pieperd was.
Ik had het ongelofelijke geluk dat ik voor mijn bevallingen bij een gynaecologe terechtkwam die jaren had gewerkt op een Amerikaanse legerbasis. Dus toen ik voorzichtig informeerde of een ruggenprik misschien, als ik de pijn te heftig vond worden, een optie was, zei ze meteen ‘ja’. Ze was zelfs enorm voorstander. En dat in een tijd dat de ruggenprik nog behoorlijk not done was. Want bevallen? Dat was een natuurlijk proces en die pijn – hoe hevig ook – hoorde er ‘gewoon’ bij. Die pijn zou zelfs belangrijk zijn om de band met je kindje te versterken. Nou, die band is met allebei mijn kinderen meer dan prima gebleken en God, wat was ik na zes uur weeën dankbaar dat een prik de uren daarna enorm veraangenaamde. Ik kon die anesthesist wel zoenen.