
Acteur Matthijs van de Sande Bakhuyzen (36) leerde als kind altijd leuk en lief te zijn. Dat is langzaam aan het veranderen. “Nu ik minder bezig ben met in de smaak vallen, mag ik van mezelf soms best boos worden.”
Gekrenkt “Op de toneelschool raakte het me toen een docent tegen me zei dat ik een ‘speelboer’ was: ik bracht niks in, vroeg slechts wat ik moest doen. Terugblikkend geef ik hem gelijk. Ik durfde niks van mezelf te laten zien, omdat ik eigenlijk niet wist wie ik was. Acteren heb ik lang gedaan vanuit de angstige gedachte: ik hoop dat ik het goed doe, want dan pas bén ik iemand. Inmiddels werkt het voor mij het beste als ik me niet vastklamp aan regeltjes over speltechniek. Ik moet mijn intuïtie durven volgen. Elke rol is voor mij een oefening in empathie. Allemaal tonen we – soms zelfs extreem – gedrag waar pijn onder zit. Je kunt die pijn achterhalen door van perspectief te wisselen: elk waarom heeft zijn daarom. Altijd. In deze tijden van polarisatie is dat mijn mantra.”
Vaderschap “Bij de vraag wat voor vader ik wil zijn kwam onvermijdelijk mijn eigen jeugd voorbij. Mijn vader overleed in 2005, hij was altijd aan het werk. Daardoor heb ik thuis een vaderfiguur gemist. Zelf kan ik nogal eens een kort lontje hebben. Dat wordt getriggerd door mijn kinderen. Zij leggen genadeloos mechanismen in mezelf bloot die ik aan te kijken heb. Het is mijn grootste wens dat mijn kinderen straks zelfbewust en authentiek in het leven staan. Om daarin het goede voorbeeld te zijn, moet ik nog wel aan mezelf werken.”
Pleaser “Mijn ouders scheidden toen ik puber was. Waarschijnlijk heb ik al jong gedacht dat ik ze niet tot last wilde zijn, waardoor ik me heel erg heb aangepast. Ik deed alles om ervoor te zorgen dat anderen zich goed voelden en ik leuk, lief en aardig gevonden werd. Ik hield me klein. Eigenlijk is dat fucking twisted gedrag. Op zich is er niks mis met vriendelijkheid, maar ik wil me vollediger uiten. Niet alleen maar een pleaser zijn.”
Woede “Is een emotie waar ik lang een verstoorde relatie mee had. Als ik woede moest spelen, kostte me dat moeite. Ik was gewend boosheid te onderdrukken en had er onbewust een oordeel over. Nu ik minder bezig ben met in de smaak vallen, kan ik meer emoties toelaten. Wanneer ik alles mag zijn van mezelf, komt dat ook mijn spel ten goede, want dan voel ik me vrijer. Als ik nu op de set een lijpe ingeving heb, pak ik die ruimte. Het is mijn ultieme fantasie dat ik straks élk personage kan spelen. Dan maakt het weinig meer uit of de regisseur me een aardige jongen vindt of juist een lastige gast om mee te werken. De laatste jaren zit er trouwens al een behoorlijke diversiteit in de rollen die ik krijg.”
PROBEER DE
EERSTE MAAND GRATIS
- Exclusief voor LINDA.abonnees
- Lees LINDA.magazine online
- Aangevuld met exclusieve interviews en verhalen
- Toegang tot exclusieve kortingen en winacties
- Maandelijks opzegbaar