Ja, het moederschap is prachtig, maar soms ook gewoon verdomd hard werken. Daar weet Yvonne (38) alles van: zij kreeg twee dochters, allebei een huilbaby.
“Ik schaamde me ervoor dat ik haar niet stil kon krijgen.”
Ja, het moederschap is prachtig, maar soms ook gewoon verdomd hard werken. Daar weet Yvonne (38) alles van: zij kreeg twee dochters, allebei een huilbaby.
“Ik schaamde me ervoor dat ik haar niet stil kon krijgen.”
“De bevalling van mijn oudste verliep erg moeizaam. Ze zat klem en ik kreeg haar er simpelweg niet uit, hoe ik ook stond, lag of zat. Toen de artsen klaar stonden met de vacuümpomp, heb ik met mijn allerlaatste krachten nog één keer geperst. Met succes. Ze kwam eruit, maar begon meteen met huilen. Niet het standaard huiltje waar je op hoopt, maar echt gekrijs. En ze stopte niet.
Tijdens de kraamperiode ging het nog redelijk oké. Ze huilde wel buitensporig vaak. Maar van de kraamhulp en mijn man kreeg ze enorm veel aandacht, dat hielp. Toen die week voorbij was, begon het pas echt. Ze wilde niet slapen of neergelegd worden. Ik kon niets anders dan continu rondjes lopen met haar in mijn armen. Onze huilbaby krijste de boel volledig bij elkaar, moord en brand.
Bezoek hield ik af, want ik schaamde me ervoor dat ik haar niet stil kon krijgen. Het voelde als falen. Als mijn man thuiskwam smeet ik haar bijna in zijn armen en vluchtte ik naar buiten voor wat rust. Niet dat het hielp: ik hoorde haar gehuil dan ook nog echoën in mijn hoofd.”
“Bij de huisarts werd ik afgescheept met ‘baby’s huilen nou eenmaal’, net als bij het consultatiebureau en de kinderarts. Ze geloofden me niet, zo voelde het in ieder geval. Twee maanden later zocht ik steun bij een vriendin, die me een osteopaat aanraadde. Ik zat er helemaal doorheen en was in staat álles te proberen, dus ik ging.
Het eerste wat de osteopaat zei: ‘Ik snap wel dat ze niet wil liggen, ze zit helemaal vast. Heeft ze klem gezeten tijdens de bevalling?’ Ik brak gewoon. Was dít dan de oorzaak geweest? En ja, na een paar weken en vijf behandelingen sliep mijn dochter als een roos, vaker wél dan niet. Ze ging van huilbaby naar een blije baby die alleen maar lachte. Waanzin.”
“Een tweede kind durfde ik helemaal niet aan, maar mijn man had die wens wél en ik gunde mijn dochter eigenlijk ook wel een broertje of zusje. Achteraf gezien koos ik voor een tweede zonder daar zelf écht achter te staan. Het leek wel alsof ik iets aanvoelde, want toen ik net zwanger was kwam mijn man thuis te zitten met een burn-out, wat thuis voor extra druk zorgde.
Vlak daarna kreeg ik last van bekkeninstabiliteit, wat ook enorm veel pijn met zich meebracht. Daarna kreeg ik met 34 weken waanzinnige pijn in mijn buik en rug, erger dan weeën. Het bleek een darmhernia, die per direct geopereerd moest worden. De ingreep ging gelukkig goed, maar daarna was ik bang voor de bevalling: als die maar goed zou gaan.”
“Dat was het geval. Maar zodra mijn jongste dochter op mijn borst werd gelegd hoorde ik het meteen aan haar manier van huilen: daar gaan we weer. Ook dit was een huilbaby. En ik vind het verschrikkelijk om te zeggen, maar ik voelde meteen een aversie. Ik wil dit niet, ik wil jou niet, dacht ik. Ik heb haar een half uur laten liggen voor de noodzakelijke hechting, maar zodra het kon gaf ik haar weg. Ik wilde niets met haar te maken hebben en ik vond het verschrikkelijk van mezelf.
Eenmaal thuis deed ze gelukkig hazenslaapjes van een kwartier, maar het bleef pittig. Ik had thuis nog steeds een man met burn-out zitten, en een aandacht vragende peuter. Die moest door al het gehuil overigens ook niets van de baby hebben, wat mijn hart ook brak. Ik wilde juist voor háár een zusje, en nu dit?
Zodra het kon, maakte ik een afspraak bij de osteopaat. Die vermoedde deze keer iets anders: een koemelkallergie, getriggerd door flesvoeding. Na een aantal onderzoeken, waar maanden overheen gingen, bleek dit te kloppen. Aangepaste voeding verminderde het huilen, maar helaas kreeg ze toen meerdere oorontstekingen. Het krijsen hield gewoon niet op.”
“Toen ook die periode achter de rug was, ben ik ingestort. Als ik terugdenk aan de afgelopen tijd, word ik nog altijd emotioneel. Ik voel me schuldig naar mijn jongste, dat het zolang duurde tot ik van haar hield. Ik kan namelijk écht niet meer zonder haar, maar daar is wel tijd overheen gegaan. Een oermoeder ben ik niet. Ik vraag me nog regelmatig af of ik dit wel kan, of dit wel écht iets voor mij is. Maar ik probeer het vaker uit te spreken en de schaamte los te laten.
Het moederschap is gewoon echt moeilijk, absoluut geen roze wolk. Natuurlijk heb ik extra pech gehad met twee huilbaby’s. Maar als nieuwe moeder ben je moe, je lijf verandert, maar ook je relatie en de rest van je leven veranderen… Het is gewoon intensief. Het is normaal om te twijfelen aan je kunnen, vind ik. Laten we het daar ook vooral over hebben. Het kan moeilijk zijn, maar je bent niet alleen.”
Dit artikel verscheen eerder op LINDA.nl in 2021.