Leon Verdonschot legt voor LINDA.nl wekelijks BN’ers het vuur na aan de schenen. Deze week is zangeres MEAU (21) – die in het echt Meau Hewitt heet – aan de beurt. Over haar hit, drank en de muzieksmaak van haar ouders.
Een geheugentest. Maak ‘m eens af: “Ik ben een jongensmeid / Je kunt geen jurken aan me kwijt / Ik hou niet van roze, niet van nagellak.”
“Haha! Maar ik scheur op mijn skateboard / Met gemak!”
“Alleen dan zegt mijn moeder: nu is het wel genoeg / Je moet niet zoveel snoepen.”
“Met dat eten voor de boeg!”
Wat is je herinnering eraan; zingen in Kinderen voor Kinderen?
“Die liedjes gaan er echt nooit meer uit. Ik ken zelfs sommige van de dansjes nog. De allereerste keer dat we met het koor gingen oefenen, deden we een Sinterklaasliedje. Toen zei de dirigent: ‘Niemand hier gelooft nog in Sinterklaas, toch?’ Ik wel nog, dus zo ben ik erachter gekomen dat Sinterklaas niet bestaat.”
Jouw vorige single ‘Dat Heb Jij Gedaan’ werd een nummer 1-hit. Het was een erg persoonlijk nummer, over een toxische relatie waar je ooit in zat. Daar moet je nu dus de rest van je leven tijdens concerten over blijven zingen.
“Daar heb ik toen niet bij stilgestaan. Ik had nooit verwacht dat het zo’n hit zou worden. Ik heb ook heel lang getwijfeld of ik het nummer zou uitbrengen, omdat het zo persoonlijk is dat het ook iets ongemakkelijks heeft. Ik ben uiteindelijk blij dat ik wél heb gedaan. Al zijn er dagen waarop ik het lastig vind om het te zingen, als ik toch al een emotionele dag heb. Dat is best kut, haha. Maar ik vind het vooral heel mooi dat zoiets kwetsbaar zo veel hitlijsten heeft bereikt, want veel muziek in de Top 40 is toch heel uptempo en vrolijk.”
Heeft de ‘jij’ uit de titel ooit gereageerd?
“Nee. Maar dat was ook totaal niet mijn intentie. Ik heb geen idee of het diegene heeft bereikt, maar waarschijnlijk hij het wel gehoord.” Lachend: “Ja, pech.”
Heb je veel berichten gekregen van mensen die je tekst op zichzelf betrokken?
“Ja, echt heel erg veel. Van jonge meiden tot oudere vrouwen die vroeger zoiets hebben meegemaakt. Maar ook kinderen die te maken hebben met alcoholmisbruik thuis, en daardoor fysiek of mentaal geweld. En kinderen die worden gepest, en de ‘jij’ in de tekst betrekken op de pester. Ondanks dat het voor mij een heel specifieke tekst is, geven mensen er toch een eigen invulling aan. Ik kan niet overal op reageren, maar ik denk dat veel mensen het al prettig vinden om het van zich af te schrijven. Net als ik zelf heb gedaan in het nummer.”
Je nieuwe single ‘Als je Maar Bij Me Bent’ is beïnvloed door de coronatijd, en dan vooral de periode van de avondklok.
“Toen heb ik het ook geschreven. Er was toen zo veel waardoor je je eenzaam kon voelen. Ik was zelf net gaan samenwonen met mijn vriend, en voor mij voelde het toen juist heel fijn dat dat we gewoon met zijn tweeën thuis waren en daar genoeg aan hadden. Ik vind het ook wel fijn dat dit de volgorde is van die nummers: voor mensen die wel nog in dat gevoel van Dat Heb Jij Gedaan zitten, is het misschien wel mooi om te zien dat je daarna wel degelijk nog supergelukkig kunt worden.”
In ‘Dat Heb Jij Gedaan’ speelt drank een kwalijke rol, in ‘Als Je Maar Bij Me Bent’ juist een vrolijke. Wat is je eigen verhouding met drank?
“Voor mij is het gelukkig nog steeds iets positiefs. Ik hou van een wijntje als ik ga eten. Maar je hebt inderdaad, weet ik inmiddels, mensen die niet zo goed reageren op alcohol. Gelukkig heb ik zulke mensen niet meer in mijn omgeving. Ik snap heel goed dat mensen na zo’n ervaring alcohol helemaal uit hun leven bannen, maar ik associeer het gelukkig toch vooral met gezelligheid.”
Wat is het leukste aan wonen in Utrecht?
“Ik kom uit Weesp, dat is dus binnenkort gemeente Amsterdam. Ik woon in Utrecht sinds ik er studeer, en vind het hier echt heel, heel erg fijn. Ik krijg geregeld de vraag of inmiddels ‘al’ in Amsterdam woon, maar Utrecht is voor mijn gevoel wat luchtiger en rustiger. Ik wil hier zeker nog lang wonen.”
Van Snelle tot Martin Garrix tot jou: de Herman Brood Academie heeft inmiddels aardig wat grote namen voortgebracht. Wat heb jij er geleerd?
“Er is veel creatieve vrijheid die je zelf mag invullen. Als ik te veel iets moét doen, doe ik het al niet meer. Dus voor mij was het een goeie opleiding; op een conservatorium moét je heel veel, op een Herman Brood mág je heel veel.”
Heb je de muzikaliteit van je ouders?
“Het heeft eigenlijk een generatie overgeslagen. Van mijn moeders kant, de Surinaamse kant, zat mijn opa in een band: hij zong en speelde percussie, maar ook piano, gitaar en basgitaar. Terwijl mijn moeder zelf echt totaal niet muzikaal is. Ze luistert zelfs geen muziek. Ja, alleen míjn muziek.”
Wat vindt ze ervan?
“Ze vindt alles mooi; het is mijn moeder. Mijn vader is wel muzikaal en een heel grote muziekliefhebber en die vindt er soms nog wel wat van waar ik het dan niet mee eens ben, maar mijn moeder vindt gewoon echt alles leuk.”
Foto: Bob Bronshoff