Vrijdagavond was Patrick Visser (42) uit Roermond te zien in ‘Hotter than my daughter’. Hij kreeg samen met zijn vrouw en dochter Sharon een prachtige make-over.
Helaas volgde aan het eind van de uitzending een droevig in memoriam-bericht: Patrick is niet lang na de opnames overleden.
Patricks dochter gaf hem op voor het tv-programma omdat hij, als fervent Star Wars-fan, elke dag in een joggingbroek en shirtjes van de filmfranchise liep. Dat stijltje zat er altijd al in, vertelt hij in de aflevering, maar na 2012 stopte hij echt met geven om zijn uiterlijk. Dan wordt bij hem een auto-immuunziekte vastgesteld en vier jaar later krijgt hij een nieuwe nier.
Patrick kan niet meer werken en heeft het moeilijk, vertelt hij: “Voor mij was het leven gewoon helemaal klaar. Je wereld stort in en je kunt niets meer doen met je gezin. Sindsdien maakt het me allemaal niet meer uit.”
Tijdens de opnames van Hotter than my daughter krijgt Patrick te horen dat hij terminale kanker heeft. De artsen geven hem nog een à twee maanden, als de chemokuur aanslaat negen tot twaalf maanden. Hij laat de make-over wél doorgaan, de uitzending moet een aandenken worden. Zijn vrouw Kitty: “Onze jongste is pas vijf jaar oud, hoe fijn is het om straks beelden te hebben van je vader en van het gezin.”
Patrick wordt in een compleet nieuwe look gehesen, net als zijn vrouw en dochter. Het resultaat is zo anders dat ze bijna opnieuw aan elkaar voorgesteld moeten worden. Het maakt Patrick gelukkig, vertelt hij in de uitzending: “Onze blijdschap die wij samen hebben, die kan gewoon niet meer stuk. Ondanks alles wat er gebeurt en wat er zal gaan gebeuren, onze positiviteit en ons geluk zullen daardoor niet meer kapotgaan.”
Twee maanden na de opnames overlijdt Patrick, vertelt voice-over Eddy Zoëy. Hij heeft zijn aflevering nog kunnen zien. “En wat hij belangrijk vond, is overgekomen: blijf krachtig en positief.”
Een fragment van Patrick en Kitty:
De hele aflevering kijk je hier terug.
Stomverbaasde juryleden bij eerste afvaller 'The Masked Singer': 'Niet te geloven, wat knap'
