Bij de Hoge Raad wordt opnieuw een herzieningsverzoek ingediend over de Arnhemse villamoord uit 1998. Aanleiding is het tweede seizoen van ‘De villamoord’, meldt KRO-NCRV donderdag.
Uit de documentaireserie zou blijken dat de leider van het politieteam onder ede heeft gelogen. Een eerder herzieningsverzoek werd in april afgewezen. De documentaireserie op NPO 2 begint maandag.
Bij de Arnhemse villamoord kwam 23 jaar geleden een vrouw om het leven en raakte een andere vrouw gewond. De rechter veroordeelde negen verdachten tot straffen variërend van vijf tot twaalf jaar.
De veroordeling berustte vooral op de bekentenissen van twee verdachten, die ook de andere mannen als betrokkenen aanwezen. Een van de bekennende verdachten zei later dat hij onder zware druk van de politie heeft bekend.
“Politie en justitie hebben willens en wetens de boel belazerd. Er is sprake van meineed en er is valsheid in geschrifte gepleegd”, zegt advocaat Paul Acda, die zes van de veroordeelden bijstaat. De documentaireserie belicht twee losse sporen.
Kort na de moord kreeg de teamleider informatie die hij geheim zou hebben gehouden voor de rechter. Daarnaast is een agent betrokken geweest bij het onderzoek naar de villamoord, die normaal belast is met drugszaken.
Hij werkte onder andere met informanten en betaalde hen voor informatie, vertelden oud-collega’s aan de programmamakers van KRO-NCRV.
Politie-Oost Nederland en het Openbaar Ministerie (OM) wilden tegenover de omroep niet reageren. Zij beschouwen de zaak, na de eerdere uitspraak van de Hoge Raad, als juridisch afgerond.
De Hoge Raad oordeelde in april namelijk dat de veroordelende rechter zich uitvoerig heeft gebogen over zowel de oorspronkelijke, belastende verklaring als de verhoormethode van de politie. De Raad ziet echter geen reden dat opnieuw te doen.
'De veroordeling' laat vergaande mediahype zien die de Deventer moordzaak losmaakte
Een herzieningsverzoek kan te allen tijde worden ingediend en ook meerdere keren. Er gelden geen verjaringstermijnen. Een herzieningsverzoek kan bij de Hoge Raad worden ingediend als een nieuw gegeven zich aandient, een zogeheten novum dat nog niet bekend was bij de veroordelende rechter.
