De Amerikaans-Franse zangeres, actrice, danseres en verzetsstrijder Joséphine Baker (1906-1975) wordt bijgezet in het nationale mausoleum Panthéon in Parijs. Daar liggen de belangrijkste of beroemdste vertolkers en vertegenwoordigers van de natie sinds de Franse revolutie.
Baker wordt op 30 november de eerste zwarte vrouw in het Panthéon.
De artieste heeft een veelbewogen leven gehad. Ze kwam in het Amerikaanse Saint Louis ter wereld als Freda Josephine McDonald. Als straatarm kind werkte ze als dienstmeisje en ze was als tiener lange tijd dakloos. Uiteindelijk werd ze artieste, eerst in haar geboortestad en vervolgens onder meer in New York. In 1925 begon ze op te treden in Parijs en groeide uit tot een van de best betaalde artiesten van Frankrijk.
Ze verwierf in 1937 de Franse nationaliteit. In de Tweede Wereldoorlog was ze vanaf 1939 geheim agent, verzetsstrijder en onderofficier van de Franse luchtmacht. Ze heeft meerdere hoge Franse onderscheidingen ontvangen. In haar geboorteland heeft ze zich ingezet voor de rechten van zwarte Amerikanen, ook aan de zijde van de activist en dominee Martin Luther King (1929-1968).
Toen ze zelf geen kinderen kon krijgen, adopteerden ze maar liefst twaalf kinderen. Omdat ze afkomstig waren uit alle delen van de wereld werden ze wel de regenboogkinderen (la tribu arc-en-ciel) genoemd.
Een tijd lang woonde ze met haar kinderen in het Kasteel des Milandes in Castelnaud-la-Chapelle in de Dordogne. Daar is nog steeds een tentoonstelling te zien over het leven van deze bijzondere vrouw. Baker is in 1975 in Monaco overleden en daar begraven.
Man deelt flinke tik uit aan Franse president Macron
