Ze was pas achtentwintig toen ze besloot te vluchten, met haar baby van vier maanden in haar armen. Ze had geen plan, alleen een oerkracht die zei: nu of nooit. Ze leefde in een hel, gevangen in haar eigen huis, waar de muren steeds dichter naar haar toe kropen.
Trigger warning: dit artikel gaat over huiselijk geweld.
Ze ontmoette hem tijdens de coronatijd, op een avond in Rotterdam. Ze was verlegen, sprak niet veel, en toch zei hij tegen haar vriendinnen: “Ik ga met haar trouwen.” Ze kenden elkaar nog geen vijf minuten. Wat ze toen niet wist, was dat het begin was van een web waarin ze langzaam verstrikt zou raken.
'Hij was grenzeloos en geobsedeerd, kon niet verdragen dat ze hem niet meer wilde'

















