In mijn hoofd kwamen de rampzaligste vermissingscenario’s tot leven. Met paniek in mijn stem zei ik dat ze beter zijn vader konden bellen.
De vraag kwam voor het eerst toen ik gebeld werd, op weg naar een zakelijke afspraak: “Maar jij bent toch de moeder?”
Een paar seconden eerder had de kleuterschoolmedewerker aan de andere kant van de lijn mij terloops medegedeeld dat mijn vierjarige zoon ‘kwijt’ was. De zoon die ‘s ochtends netjes door zijn vader gebracht was en die middag ook weer door zijn vader opgehaald werd, omdat ik die dag werkte, zoals ik op donderdagen altijd deed.
Die zoon dus. Die konden ze nergens vinden. Daarom belden ze mij. Of ik even kon vertellen waar hij was. Terwijl ik in het stuur kneep, een wegversperring ontweek en in mijn hoofd de rampzaligste vermissingscenario’s tot leven kwamen, zei ik met paniek in mijn stem dat ze beter zijn vader konden bellen, omdat ik onderweg was en het ook even niet wist.
En toen de vraag die eigenlijk geen vraag is: “Maar jij bent toch de moeder?”
Achteraf bleek dat de school een foutje had gemaakt. Ze hadden over mijn zoon heen gekeken, hij zat gewoon in de klas. Oepsie. Honest mistake. Fijne dag nog. Veel plezier ervan.
De tweede keer dat ik de vraag kreeg was bij de intake van de kinderopvang, waar onze dochter, vijf maanden oud, weldra met haar wendagen zou beginnen. Onze zoon zat ook op deze crèche en zijn leidsters waren stuk voor stuk toppers van het hartelijkste soort.
Misschien dat de weinig aaibare aura van de intake-mevrouw die nu tegenover ons zat, ons daarom nogal overviel. Het was een type die duidelijk weinig gaf om sociale smering. Kordaat rechtop, met een multomap in haar handen, stelde ze afgemeten, zakelijke vragen over onze dochter en de precieze instructies voor haar verzorging.
“Hoeveel slaapjes doet ze?”
“Hoe lang slaapt ze?”
“Moet ze in slaap gewiegd worden?”
Op zich prima vragen. Maar ook vragen waar we in de vijf maanden dat onze dochter op de wereld was, geen eenduidig antwoord op hadden gevonden. Want onze dochter veranderde voortdurend, zoals baby’s dat nu eenmaal doen, en de antwoorden veranderden mee. Bij onze zoon was de intake informeler geweest en hadden de leidsters het vinden van een geschikt dagritme meer als een gezamenlijke ontdekkingstocht omarmd.

Maar de vrouw tegenover ons eiste een gebruiksaanwijzing. En ik was duidelijk degene die deze moest geven. Na iedere vraag keek ze afwachtend en uitsluitend naar mij, waarna ik al hakkelend en stamelend een antwoord probeerde te formuleren. Af en toe keek ik van de vrouw naar mijn vriend en weer terug, maar hij kreeg de beurt niet. Het voelde alsof ik werd overhoord voor een examen waarvoor ik niet had geleerd.
We waren inmiddels vijf vragen verder en ik was er nog niet in geslaagd om iets anders te antwoorden dan ‘eh, dat verschilt’ en ‘eh, dat hangt er vanaf’.
“Op welke tijdstippen drink ze?”
““Hoeveel milliliter per keer?”
“Eh,” zei ik. “Eh.”
De vrouw hield haar pen boven het papier, terwijl ze me aankeek, wachtend op een antwoord.
“Eh.”
Ze legde haar pen op het papier en keek me nog wat indringender aan.
“Weet je niet hoeveel je dochter drinkt?”
Ze fronste.
En toen weer die vraag die eigenlijk geen vraag is.
“Maar jij bent toch de moeder?”
Ze bleef me aankijken. Ik zei niets meer.
Mijn vriend voelde dat het tijd was om in te grijpen, legde zijn hand op mijn been en nam het woord.
“Natuurlijk weten we dat wel. Maar Floor geeft borstvoeding op verzoek, dus het tijdstip en de hoeveelheid verschilt nogal. Wij zullen voor flesjes afgekolfde melk zorgen. Als ze het structureel niet op krijgt, geef je volgende keer minder. Als het structureel niet genoeg blijkt, geven we volgende keer meer mee. Zullen we zo beginnen en dan zien hoe het gaat?”
De vrouw keek van mijn vriend naar mij en weer terug en knikte goedkeurend. Alsof hij geslaagd was voor een examen waaraan hij niet eens verplicht had hoeven deelnemen. Ze klapte haar map dicht en wierp me een blik toe alsof ze wilde zeggen: dat weet hij toch maar.
“Ja”, had ik moeten zeggen. “Hij is dan ook de vader.”
Maar dat bedacht ik natuurlijk pas toen we alweer bijna thuis waren.
De nieuwste column van Floor lees je hier
Het beste van LINDA. direct in je mail? Meld je aan voor onze nieuwsbrief.
