Ik heb geen tijd of zin om te treuren over de exit van Sam. Immers, we hebben de Big-Boobs-Farewell-party en de ochtend daarop mijn operatie.
Ik toost met mijn vriendinnen op de laatste uren van mijn E-Cup. Uiteraard word ik de hele avond ‘Majesteit’ genoemd, met dank aan Sam.
De volgende ochtend brengt Yasmine mij naar het ziekenhuis. “Ben je zenuwachtig?” vraagt ze. Daarover moet ik echt even nadenken. Opgewonden is meer het woord.
Eenmaal aangekomen krijg ik een kamer helemaal voor mezelf en een blauw operatieschort waarmee ik in bed mag gaan liggen. En dan is er het moment dat ik word gehaald door twee uiterst vriendelijke verpleegsters. Mijn dochter mag meelopen tot de verkoeverzaal: “Sterkte mam, tot vanmiddag.”
Woutervanderpot (hij behoudt voor mij zijn insta-naam) is vanmorgen al vroeg begonnen, want ik zie diverse patiënten aan het uitslapen van hun narcose. “Dokter Van der Pot komt er zo aan,” verzekert de verpleegster mij en nog geen vijf minuten later zwaait een klapdeur open en beent ‘Dr. Love’ beeldig en wel naar mijn bed.
“Goeiemorgen. Ben je er klaar voor?” Zonder mijn antwoord af te wachten zet hij een verhoging voor mijn bed waar ik op moet staan. Zonder operatieschort wel te verstaan. Met een paarse viltstift tekent hij een soort sleutelgat op mijn borsten, een stippellijn, kruisjes, kortom een volledige schatkaart.
Ik herinner mij dat hij bij de intake onder meer vertelde dat de tepels zouden worden verplaatst. “Wat doe je eigenlijk met mijn tepels?” vraag ik. “Leg je die even op een tafeltje of zo?” Het lijkt me ineens een interessant idee dat er twee onderdelen van mijn lichaam ergens op een tafeltje liggen te liggen.
Woutervanderpot kijkt ietwat verstoord op en lijkt even naar een antwoord te zoeken “…uuh ja…” en tekent dan weer driftig verder. Ik voel nog een vraag opkomen: “Hoe onderscheid je links van rechts?” Maar laat het er bij.
Voor ik het weet is hij weer weg en word ik de operatiekamer in gerold. Ik krijg een infuus, knipper met mijn ogen en lig weer op de verkoeverkamer. “Hallo mevrouw. Hoe voelt u zich? Hebt u pijn?” Het is dus al achter de rug, begrijp ik hieruit.
Een paar uur later lig ik weer in mijn kamer en zit mijn dochter naast me. Ik probeer te praten, maar ben te drowsy om iets te zeggen en val weer in een droomloze slaap. Midden in de nacht word ik pas echt wakker. Er brandt een klein lampje in mijn kamer en op de gang hoor ik af en toe het geklepper van de plastic klompen van de verpleging. Heel voorzichtig ga ik overeind zitten en laat me langzaam in het schemerdonker van het bed glijden.
Het verbaast me hoe weinig pijn ik heb. Of is het de adrenaline van mijn nieuwsgierigheid? Ik schuifel naar de aangrenzende badkamer waar een spiegel hangt en zo goed en zo kwaad als het gaat, open ik de voorsluiting van mijn ‘post op-beha’. Ben ik dat? Het is wel mijn hoofd op de romp, maar … ben ik dat echt? Ik raak ademloos de witte tape aan die over de littekens is geplakt en kijk of mijn spiegelbeeld hetzelfde doet. Ja, ik ben het toch echt.
Minutenlang staar ik naar mijn borsten. Perky en handzaam. Zo prachtig. Wanneer ik weer naar mijn bed terug schuifel, zie ik dat er een tasje van een bekend lingeriemerk op mijn nachtkastje staat. Een van mijn liefste vriendinnen is dus vanmiddag langs geweest en ik heb het niet eens gemerkt. In het tasje zit een riante cadeaubon en een kaart waarop ze heeft geschreven: “Voor je allereerste slettenbeha…”
Sophie (58, pseudoniem) is journalist, moeder en columnist bij LINDA.nl. Ze is volop aan het daten en neemt je mee in haar ervaringen. De volgende aflevering verschijnt zaterdag 23 mei om 12.00 uur op LINDA.nl.
Wil je de columns van Sophie nog gemakkelijker volgen, schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief. De nieuwe aflevering verschijnt vanzelf in je mailbox.
Lees ook
‘Ik sleep al een groot deel van mijn leven een E-cup met mij mee’
Disclaimer: deze teksten zijn geschreven voordat de coronamaatregelen ingingen.