Entertainmentjournalist Eric de Munck gaat wekelijks voor LINDA. in gesprek met een BN’er. Deze keer: presentator en zanger Lex Uiting (37).
Naast het presenteren van RTL Boulevard heeft Lex er nét een gigantische clubtour opzitten en is zijn debuutalbum vanaf vandaag ook fysiek te koop.
Lex, we kennen elkaar van RTL Boulevard dus dit voelt een beetje gek, maar ik ga het toch gewoon proberen. Hoe is je week?
“Het was een drukke week omdat ik woensdagavond moest optreden in een theater in Roermond en donderdag een dagvoorzitterschap in Horst. Maar toen moest ik vrijdagochtend weer in Amsterdam zijn en nu ben ik weer onderweg naar Limburg. Kortom: ik ging op en neer en op en neer.”
Over je theatertour, dat is volgens mij een knetterend succes geworden, toch?
“Ja bizar, echt alles is uitverkocht. Ik snap er zelf ook niet zo veel van moet ik je eerlijk zeggen. We zijn nu een paar jaar aan het bouwen aan mijn solocarrière en alles is dus uitverkocht. En we hebben nu ook wat merchandise laten maken, sjaaltjes bijvoorbeeld. Die verkopen we dan na de show. Met het vinyl-album dat nu net uit is. Mensen staan letterlijk twee uur in de rij om met mij een selfie te maken of mijn handtekening op een tegeltje of album te krijgen. Voor mij is dat echt nog een beetje wennen allemaal. Het voelt nog gigantisch onwerkelijk.”
Voel je dan ook een soort Mick Jagger als je in Limburg optreedt?
“Er is zeker wel een verschil tussen hoor, Amsterdam en Limburg. Mick Jagger, dat is vet overdreven, maar je voelt je wel een beetje zanger Jannes bij wijze van spreken. In Limburg ben ik echt de bekende zanger, de artiest. In Amsterdam kan ik lekker in m’n joggingbroek twee croissantjes gaan halen bij de bakker.”
Je liedjes zijn allemaal in het Limburgs, heb je die afslag bewust genomen?
“Kijk ik kan eigenlijk niet anders dan mijn gevoel uiten in het Limburgs. Als ik geëmotioneerd raak of boos kan worden of verdrietig ben, of euforisch, noem het op, dan klikt er in mijn hoofd een soort luikje open en ga ik in dialect naar buiten. Dat is zo de taal waarin ik ben opgevoed en opgegroeid, dat als ik een persoonlijk liedje zing over bijvoorbeeld over de ziekte van Suus of schrijf een liedje met mijn oma over de oorlog, dan kan ik niet anders. Als ik in het Nederlands ga zingen, dan voelt dat alsof jij met je familie in het Engels moet gaan praten. Ongemakkelijk en onecht. Dus daar bestond geen twijfel over.”
Dat persoonlijke in je nummers, waarom is dat zo belangrijk voor jou?
“Volgens mij, als je liedjes maakt dan kun je niet anders dan putten uit je eigen leven en je eigen belevingswereld. Ik heb bijvoorbeeld ook eens een liedje gemaakt, waarbij ik aangaf aan mijn vader dat het zo fijn zou zijn als ik hem iets beter zou leren kennen. Maar dat we daarvoor wel echt goed met elkaar moesten willen en kunnen praten. Dat liedje heet Laote We Praote, Laten we Praten dus. Dan schrijf ik een liedje dat we over echte zaken in het leven moeten praten en niet alleen de koetjes en de kalfjes. Toen ik dat liedje uitbracht, heb ik dat eerst in de woonkamer aan m’n ouders laten horen. Dan zit ik wel echt met samengeknepen billen en durven we elkaar ook niet echt aan te kijken. Dat zijn dan spannende momenten, maar hij vond het mooi. Ik kies niet de gemakkelijkste weg en moet vaak de confrontatie met de mensen om me heen en mezelf aan. Vaak is dat heel mooi, maar soms ook wat gevoeliger.”
Heb je dan ook weleens mindere reacties gehad?
“Bijvoorbeeld de podcast die we gemaakt hebben over Susans baarmoederhalskanker en dan voornamelijk het bevolkingsonderzoek voor HPV. Dat is nu weer heel actueel. Suus kreeg baarmoederhalskanker door dat HPV, wat bijna iedereen in zich heeft. Daar hebben wij een podcast over gemaakt: De Tumor Tapes. En toen zeiden mensen soms dat ze het prachtig vonden dat we het deden, maar dat is echt niets voor mij. Zo van: ik hoef dat niet te horen, die ellende van jullie. Dat vonden ze dan te privé. Maar juist doordat wij zo persoonlijk konden zijn, kregen we wel veel reacties van mensen die wél een uitstrijkje lieten maken. Door met de billen bloot te gaan, raakt het mensen wel en komt het dus aan.”
Een hoogtepunt voor jou: het duet met Chantal Janzen. Een giga-hit. Hoe kijk jij daar nu op terug?
“Ik heb in 2013 al dronken op de fiets ’t refrein van Letste Leedje ingezongen in de dictafoon van m’n mobiel. Met dat sentiment, het feestje was voorbij, dat idee. Jaren niks mee gedaan en toen hebben we het uitgewerkt en toen was het echt zo’n power ballad geworden. En toen vonden we dat er maar één iemand was die dit met mij kon zingen. En dat was meteen de moeilijkste: Chantal Janzen. Toen heb ik het officieel aan haar management gevraagd. Maar toen hoorden we echt weken niks en Carnaval kwam steeds dichterbij. Op een gegeven moment werd ik gebeld door de manager van Chantal en die zei: ‘Lex, ik weet niet wat je hebt gedaan, maar Chantal wil het doen, op basis van het liedje, ze voelde het helemaal’. Met als enige voorwaarde dat ze het dan niet live met me hoefde te zingen, want dat kon ze niet waarmaken. Maar dat was helemaal geen probleem, want we kunnen het gewoon doen met de band. En toen deed ze dus mee.”
Zo’n moment dat iemand als Chantal Janzen meewerkt, dat is toch de droom?
“Natuurlijk, ik ben altijd iemand die enorm hoog inzet en dan wel ziet waar die uitkomt. Vaak zet je in op iets en moet je een paar treden naar beneden. Maar dit was de hoogste trede en die trede zei ja, dus ik was daar ook echt zenuwachtig over. Een verhoogde hartslag als ze belde. Het was echt mooi om dit bij elkaar te zien komen. En het was een succes, we stonden gewoon boven Miley Cyrus.”
Je opvoeding was heel bescheiden, zet jij daarom vaak dat extra stapje?
“Mijn moeder is echt de bescheidenheid zelve, in alles. Niet te veel opvallen, altijd anderen op de eerste plek zetten en pas daarna op plek drie of vier aan zichzelf denken. Maar alles: een hele normale auto, een rijtjeshuis, ze deden alles heel veilig, ook financieel. Echt extreem doodgewoon. Ik denk dat ik daar wel iets tegenover heb willen zetten. En ik heb van mijn moeder wel meegekregen dat ik snel onder de indruk kan zijn van iemand. Ik heb het talent om tegen mensen op te kijken. Dat zit er nog steeds wel in, maar ik heb dat wel omgedraaid om te laten zien dat ik zélf ook genoeg kan.”
Maar het is in de oppervlakkige tv-wereld ook wel lekker om dat gevoel te hebben, vind ik eigenlijk.
“Dat vind ik ook echt, daarom heb ik op één na ook geen vrienden die BN’er zijn. Omdat ik mensen die niet zoveel aandacht nodig hebben zoals ik zelf nodig heb, die vind ik over het algemeen veel sympathieker, liever en leuker. Daarom heb ik mijn vrienden van vroeger ook allemaal nog.”
Zou je nog iets anders op televisie willen maken eigenlijk?
“Het moeilijke aan mijn hoofd is dat ik dingen bedenk die ik dan niet zelf zou willen maken nu. Ik zou bijvoorbeeld een prachtige documentaire willen maken over een uitstervend ras in Nederland: de bruine kroeg, de echte buurtkroeg. Waar mooie types zitten, waar verhalen zijn, waar geschiedenis is. Als je zo’n kroeg binnenloopt en aan de bar gaat zitten bij de stamgasten, dat is een vat vol verhalen. Echt altijd. Een prachtige serie, denk ik, maar niet nu. Ik wil nog even lekker buitenspelen, maar dat denk ik nu al bijna 38 jaar. Er is nog tijd genoeg om maatschappelijk betrokken en serieuze programma’s te gaan maken. Dat doe ik straks wel. Nu wil ik nog even in de entertainment zitten en het podium op te klimmen. Ik vind het heerlijk om Gerard Joling te interviewen en daar een leuk gesprek van te maken. Daar heb ik nu het meeste plezier in.”
Je hebt ook een podcast gemaakt over de totstandkoming van je debuutplaat. Daar omschrijf je het schrijversteam als een soort Limburgse 3J’s… Waarom?
“Ik heb die plaat samen met met bassist Sjors van den Eerenbeemt en gitarist Bart Janssen gemaakt. Dat zijn jongens die hun muzikale sporen ruimschoots hebben verdiend. Sjors en Bart doen bijvoorbeeld ook de hele muzikale productie voor The Masked Singer. Zij weten als allereerste wie er in de pakken zitten. En ze spelen in de bands van Jeroen van der Boom, doen mee aan de Toppers, hebben echt grote hits gehad. Die staan echt aan de top. Ze komen toevallig ook uit Limburg en wilden met mij dit project opzetten. Ik doe het dus echt met hen samen. Dat vind ik altijd zo jammer, dat veel artiesten niet de mensen de credits geven die de credits verdienen. Zonder die jongens had ik dit debuutalbum nooit kunnen maken.”
Die debuutplaat is al te luisteren digitaal, maar is vanaf vandaag ook fysiek te koop toch?
“Vanaf vandaag via lexuiting.nl kan je de beperkte oplage van de vinyl kopen, te gek!”
En dan tenslotte, het is allemaal wat rustiger privé, het gaat gelukkig allemaal goed. Dus dan is een logische vraag: wanneer gaat er getrouwd worden?
“Suus wil heel graag geloof ik, maar ik heb zelf nog een beetje last van een soort puberteitsgevoel wat nogal lang doortrekt. Ik denk altijd dat trouwen iets is voor oude mensen, maar inmiddels ben ik dat zelf ook al. Uit liefde en romantiek zou ik het gisteren al gedaan hebben, maar ergens denk ik ook… tsja, ik weet het gewoon nog niet.”
