Volgens minister van justitie Dilan Yeşilgöz hebben we er een nieuwe bedreiging voor de democratische rechtstaat bij: woke. Nederland is dol op ingebeelde vijanden: Turkse Nederlanders, Marokkaanse Nederlanders, moslims. Iedere keer wordt er een groep uitgepikt en verdacht gemaakt. Nu is de beurt aan ‘woke’.
Er worden heel veel woorden besteed aan de term woke. Uitleg, duiding, historie. Maar het is eigenlijk heel simpel: wie woke is, is zich bewust van sociale ongelijkheid en is voor gelijkheid en vrijheid. Dus voor emancipatie van vrouwen en minderheden, tegen discriminatie, racisme, sociale en economische achterstelling.
Volgens verschillende artikelen werd de term al rond 1940 gebruikt door zwarte Amerikanen, maar in 1962 werd woke voor het eerst gebruikt in een politiek-kritische context door de zwart-Amerikaanse schrijver William Melvin Kelley.
In 2014, zo rond de Black Lives Matter-protesten, kwam de term echt op en werd die massaal gebruikt. Zowel als geuzennaam als scheldwoord. En dat laatste is echt opmerkelijk.
De burgerrechtenbeweging in Amerika, die tegen de raciale segregatie streed, was woke. De suffragettes, de vrouwenbewegingen in de VS en Engeland die voor stemrecht vochten, waren woke, ook al was de term zoals we hem nu kennen nog niet gemunt. De Dolle Mina’s. Woke. We hebben gelijke rechten en vrijheid dankzij woke activisten.
Nu hou ik niet van hokjes en labels, maar het moet even: ik ben ook woke. Ik ben voor gelijkheid, tegen racisme, voor sociale rechtvaardigheid en gelijkheid.
Rechts en extreemrechts proberen woke te criminaliseren. Door het een ‘beweging’ te noemen die de vrijheid bedreigt. Allereerst is woke geen beweging, het is niets meer dan een term voor een bepaalde houding. Woke is niet verenigd, heeft geen hoofdkantoor, statuten of contributieregeling.
Woke zou je beter een maatschappelijke ontwikkeling kunnen noemen: individuen die lang achtergesteld of genegeerd werden, spreken zich nu uit. Onrecht wordt aangekaart, de eigen plek wordt opgeëist, vastgeroeste ideeën en machtsverhoudingen worden ter discussie gesteld. Dat is geen bedreiging, maar een heel gezonde ontwikkeling.
Ik snap best dat conservatieven en racisten zich zorgen maken om woke. Konden ze eerst ongeremd en ongecensureerd hun racisme en homohaat de vrije loop laten, nu worden ze tegengesproken en wordt er aan hun waarheden en posities gemorreld.
Dat een minister, in een tijd van toenemende extreemrechtse dreiging, haar pijlen op antiracisten richt, is niet alleen diep triest, maar ook zorgelijk.
Maar goed, Yeşilgöz is van de VVD, de partij met het grootste aantal schandalen onder de eigen gelederen. De partij die al eindeloos lang in de regering zit en verantwoordelijk is voor de afbraak van de verzorgingsstaat, toenemende armoede, de uitverkoop van de sociale woningbouw en het schenden van mensenrechten (zie het toeslagenschandaal en de problemen met opvang voor asielzoekers). Sterker, de VVD is een partij die mensenrechten maar een vervelende last vindt.
De bedreiging van de vrijheid en rechtstaat komt niet van woke, maar van partijen als de VVD en politici als Yeşilgöz. Woke kan daar niet hard genoeg tegen ageren.
