Het onder Nederlandse vlag varende schip Sea–Watch3 vaart al dertien dagen rondjes voor de kust van Malta met 32 migranten aan boord. Geen enkel land wil het schip de haven in laten.
Een tijdlijn van de gebeurtenissen.
Zaterdag 22 december:
De bemanning van de Sea-Watch 3, een reddingsschip van een Duitse hulporganisatie dat vaart onder Nederlandse vlag, krijgt een melding dat er een rubberboot met migranten in nood is. Het schip pakt vlakbij de Libische kust 32 mensen op uit het bootje en neemt ze aan boord. De dichtstbijzijnde Europese landen Malta en Italië geven het schip geen toestemming een haven binnen te varen. Italië wil niet langer hét aankomstland van Europa zijn en Malta is bang dit te worden. Andere landen reageren niet direct op hulpverzoeken. Het schip vaart heen en weer voor de kust van Malta.
Dinsdag 25 en woensdag 26 december: De opvarenden brengen de kerstdagen noodgedwongen aan boord door. De migranten zijn voornamelijk volwassen mannen, maar er is ook een aantal vrouwen, tieners en kinderen aan boord. Ze komen uit Congo, Egypte, Ivoorkust, Libië, Nigeria en Soedan. De opvarenden maken het naar omstandigheden goed. Het schip is goed uitgerust en heeft onder meer een medisch team aan boord. De reddingsorganisatie vraagt hulp aan Nederland. Omdat het schip onder de Nederlandse vlag vaart (wat alleen betekent dat het schip in Nederland geregistreerd staat), maakt dat Nederland medeverantwoordelijk is, vindt de reddingsorganisatie.
Vrijdag 28 december: Nederland ziet dat anders en vraagt verscheidene landen rond de Middellandse Zee een veilige haven te bieden aan de Sea–Watch3. Dat bevestigt een woordvoerder van het ministerie van Justitie en Veiligheid. De woordvoerder laat weten dat het formeel aan de kapitein van het schip is om een veilige haven te zoeken. Nederland is als vlaggenstaat niet verplicht dat te regelen. Nederland wil enkele van de opvarenden opnemen, maar alleen als andere Europese landen dat ook doen. Ook Duitsland en Portugal zeggen mee te willen doen, maar dit is niet genoeg.
Woensdag 2 januari: Een flinke storm zorgt voor veel zeeziekte bij de 32 migranten. Het water en de voedselvoorziening raken intussen op. De crew begint zich ook zorgen te maken over de mentale toestand van de migranten, die al gestrest en ondervoed waren toen ze aan boord werden gehaald.
Donderdag 3 januari:
De burgemeester van Napels, Luigi de Magistris, wil het schip zo snel mogelijk veilig de haven van zijn stad binnenloodsen. Als daar problemen mee zijn, zal Magistris er naar eigen zeggen persoonlijk voor zorgen dat de boot veilig aanlegt. “Ik zal de eerste zijn die de reddingsacties leidt”, zei de linkse burgemeester van de stad tegen Italiaanse media. Hij gaat zo in tegen het beleid van de minister van Binnenlandse Zaken, Matteo Salvini. Die liet onmiddellijk weten dat alle Italiaanse havens gesloten zijn voor het schip.
Vrijdag 4 januari:
Schepen van niet-gouvernementele organisaties zijn vanuit Malta begonnen om de Sea-Watch na twee weken op zee van nieuw voedsel te voorzien. Een migrant springt de zee in. Hij wil naar de kust zwemmen, maar staakt al snel zijn poging in het ijskoude water. Een hulporganisatie helpt hem weer terug aan boord.
Het is op dit moment nog onduidelijk wat de volgende stap wordt.