Zaadcellen

Zaadcellen bewegen hun lange staart om door het lichaam naar een eitje te zwemmen. Maar de best ‘aangedreven’ staarten zijn niet de efficiëntste. Bij sommige zaadcellen beweegt een deel van het uiteinde – maximaal vijf procent van de staart – niet actief mee. Om dit in perspectief te zetten: de lengte van een staart is gemiddeld 50 tot 55 micrometer lang. Nu blijkt dit misschien wel de sleutel tot succes te zijn.

“Je verwacht niet dat een deel van het zweepstaartje dat niets doet zo’n groot effect heeft op de voortstuwing van de cel. Maar dat is wel wat we vonden”, vertelt hoofdonderzoeker Cara Neal op de website van de universiteit.

Bij eerdere onderzoeken werd in de modellen geen rekening gehouden met het uiteinde van de staart: “Niemand keek naar dat laatste stukje, omdat het op de grens zit van wat zichtbaar is met lichtmicroscopie”, aldus Neal. Resultaten laten zien dat, afhankelijk van de omgeving, de luie staart de zaadcel zo’n 20 tot 70 procent sneller maakt.

Onderzoek

Het onderzoek brengt iets onder de aandacht dat nooit eerder is onderzocht. De vondst kan artsen mogelijk helpen vruchtbaarheidsproblemen beter te begrijpen. Co-auteur Jackson Kirkman-Brown vindt het werk fascinerend, omdat dit specifieke onderwerp tot nu toe totaal genegeerd werd.

Lees ook

Thuis je vruchtbaarheid meten, het kan nu: ‘Je moet niet te lang wachten’