Het uiten van een mening is niet altijd even makkelijk. Als we er een hebben en willen dat ‘ie telt, dat het bijdraagt aan een publieke opinie of debat, moeten we een mening kunnen onderbouwen. Niet in de laatste plaats: er rekening mee houden dat een ander een arsenaal aan tegenargumenten kan opentrekken. Moeten we maar net bestand tegen zijn. Toch hoop ik dat mensen iets vaker hun waffel opentrekken.
Als ik weer eens een -voor sommige begrippen- ‘controversiële’ column over het internet heb uitgestrooid, krijg ik altijd reacties. Soms een onbeschofte tegenreactie, in andere gevallen ontstaat er een pittig of beschaafd gesprek waarin er mogelijkheid is tot debat.
In sommige gevallen ontvang ik applaus. Dat laatste is niet mijn doel, al is gesteund worden door gelijkgestemden wel een teken dat mijn mening een podium verdient. Aan simpele ja-knikkers heb ik niets. Een gebrek aan kritisch denken en klakkeloos aannemen wat er uit mijn mond komt brengt mijn mening daarentegen niet verder dan de mensen die toch al beamen wat ik vind.
Schieten we niets mee op. Het hebben van een mening wordt pas interessant als het schuurt. Wanneer het luiheid of comfort onderuit kan halen. Twee factoren die ons nog wel eens doen verlangen alles bij het huidige te houden.
Er zijn genoeg mensen die zich niet geroepen voelen om hun mening openbaar te verkondigen. Ze vinden zichzelf en/of hun mening niet belangrijk genoeg, ze kunnen hun mening niet goed onderbouwen of hebben geen zin in gedoe. Dat is begrijpelijk.
Hoe groter het platform waarop we ventileren en hoe groter het bereik, des te groter is de kans dat we ook ellende moet incasseren. Zelfs professionele gespreksvoerders zijn niet ongevoelig voor onaardige opmerkingen of haat. Echter, wie het safe wil spelen moet lekker in het koffiehoekje van de Ap gaan bakkeleien.
Genoeg redenen om een standpunt in te nemen via iemand anders die het woord doet; columnisten, activisten, politici of andere (publieke) personen. Maar, wanneer het er op aankomt, hebben ook mensen die het voortouw nemen een achterhoede nodig. Verandering breng je niet teweeg wanneer er tien mensen aan de bel trekken en een overige vijfduizend hoopvol wachten tot er iets gebeurt. Als we iets willen moeten we het halen. Maakt het echt wat uit dat niet iedereen het eens is met wat we vinden? Dat is tenslotte een utopie.
Iedere onderbouwde mening kan waarde toevoegen aan een gesprek. En onderbouwen kunnen we leren. Dat moet ik ook nog steeds.
Als we onze mening verkondigen krijgen we niet altijd gelijk, dat verlies hoort erbij. Doet soms pijn, maar de wereld is nu eenmaal niet per definitie eerlijk. De kracht zit ‘m in het sluiten van compromissen, een middenweg die we pas vinden als we ons durven uit te spreken.
Hebben we daadwerkelijk niets toe te voegen aan het huidige debat? Dan is zwijgen altijd een optie. Dat is heus geen drama, het internet wordt immers al overbevolkt door mensen die vinden zonder rede.
