‘Nomnomnom’, het eerste kookboek van de Nederlandse rising star in foodblogland Dorothy Porker – beter bekend als Vette Sletten – verscheen dinsdag. En het buitenland lonkt al.
Laurie Woolever, rechterhand van wijlen Amerikaanse chef en programmamaker Anthony Bourdain, is fan.
Het verhaal gaat dat je niet stond te springen om een boek te schrijven?
“Nee. Ik verloor mijn baan en deed een foodfotografiecursus. Dat werd mijn artistieke uitlaatklep. Toen stofte ik mijn oude blog Dorothy Porker (Engelstalig, red.) af waarop ik mijn foto’s en recepten deelde en kreeg daar supergoede reacties op. Want eten is mijn leven.”
Vertel.
“Ik hou zo veel van eten dat de momenten tussen de maaltijden voor mij eigenlijk niet tellen, behalve om te bedenken wat ik straks ga eten.
De vakantieplanning bestaat uit een lijst van dingen die ik moet proeven en plekken waar ik moet eten. Mijn favoriete speelgoed als kind was een Lego-hamburgertent. De kat heet Noedel en ik heb meer dan 10 foodtattoos.
Maar goed, een half jaar nadat ik mijn Nederlandse blog Vette Sletten lanceerde, werd ik benaderd door een uitgeverij. Of ik een kookboek wilde maken. Nee, eigenlijk niet. Wat had ik nou te melden?”
Wacht even. Vette Sletten: waar komt die naam vandaan?
“Er is veel discussie over culturele toe-eigening in de eetwereld. Wie kookt er en wie mag welke keuken vertegenwoordigen?
Een vriendin schreef destijds een goed stuk over witte vrouwen en wit eten. Over hoe foodblogland eigenlijk gedomineerd wordt door witte dunne vrouwen in witmarmeren keukens met eten dat van alle kleur is ontdaan. Hooguit met een toefje groen of een stukje wortel.
Wit, maagdelijk en dun, daar gaat het artikel over. Dat ben ik allemaal niet en daar komt Vette Sletten vandaan, als tegenhanger van dat dunne witte vrouwbeeld in foodland.”
Uiteindelijk heb je toch een boekcontract getekend?
“Ja. Toen vroegen mensen: ga je dan een Indisch kookboek doen? Dus omdat ik Indisch ben, moet het een Indisch kookboek zijn?
Vaak maken mensen van kleur een kookboek over hun achtergrond, terwijl witte mensen een kookboek over Mexico of Azië kunnen maken. Internationaal is dat nu wel aan het veranderen vanwege de Black Lives Matter-beweging. Je ziet wat meer mensen uit de diaspora in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten die meer op de voorgrond treden met boeken en kookprogramma’s, en dat is zeker nodig.”
De reacties op Nomnomnom zijn lyrisch: gedurfd, kleurrijk en grappig. Schrijvers als Ronald Giphart, Sylvia Witteman en Hiske Versprille hebben je omarmd.
“Zelf vind ik het een beetje gek dat iedereen het zo boek bijzonder vindt. De reden dat ik het tóch ben gaan maken, is omdat ik een kookboek miste dat gewoon over lekker eten gaat, zonder dat er een waardeoordeel aan hangt. Of het gezond of ongezond eten is. Want als het geen dieetboek is, dan moet het bijna wel ongezond zijn? Best raar.
Nomnomnom is een kookboek met lekker eten, geen guilty pleasures, niet ongezond of voor soms. Nee, het is fucking lekker, eet het gewoon.”
Hoe kom je in hemelsnaam op originele combinaties als kimchipannenkoeken met oesters, de Angry Asian Man Tosti en de Leidens Ontzet Kroket
“Gewoon door te proberen? Door andere koks, bloggers en receptontwikkelaars te volgen. Door mijn roots kom ik al vanaf mijn geboorte in de toko. Vanaf mijn dertiende kook ik al, maar ik heb geen horecaopleiding gedaan. Mijn inspiratiebronnen zijn Lady&Pups, Mokum Eet op Instagram, Roy Choi en David Chang van Ugly Delicious op Netflix.”
Mislukt er weleens iets?
“Elke week. Vooral bakken gaat nooit goed. Er brandt altijd wel iets aan en soms blijken de door mij bedachte combinaties niet te werken. Vorige week maakte ik kimchijeon – Koreaanse kimchipannenkoeken – en dacht ik dat Japanse mayo – kewpie – daar vast lekker op zou zijn. Maar het was precies het verkeerde zuur op zuur. Gelukkig is er altijd een volgende maaltijd of weet ik hoe ik het een volgende keer beter kan tweaken.”

Tweemaal ben je genomineerd voor Foodphotographer of the Year. In 2020 met een foto van een Playmobil-poppetje met neon duikhelm op en de dieppaarse tentakels van een octopus om zich heen gewikkeld. Deze foto staat niet in het boek. Waarom niet?
“Destijds dacht ik dat octopus door weinig mensen werd gegeten, maar het wordt steeds populairder. Er worden nu octopusfarms ontwikkeld, die zijn absoluut niet duurzaam en daar wil ik niet aan bijdragen. Ikzelf eet bijna geen vlees meer, soms nog wel vis, maar ik deel op mijn blog vooral vegan en vega recepten.
Tijdens de coronacrisis werd het voor mij duidelijk dat dat het eten van goedkoop vlees en vis eten niet meer houdbaar is. In Nederland werken arbeidsmigranten ook voor hongerloontjes in de pluimvee-industrie, terwijl daar flink corona rondging. Ik kan mijn boodschap van ‘doe wat je kunt’ simpelweg niet verenigen met plofkip. Dus laat ik nu liever zien hoe je relatief betaalbaar lekker plantaardig kunt eten.”

Laurie Woolever was tien jaar de rechterhand van de in 2018 overleden chef/programmamaker Anthony Bourdain (Woolever schrijft nu zijn biografie, red.) en schreef een prachtige aanbeveling voor op de flaptekst van Nomnomnom:
“Dorothy Porker’s book is something you’ll want to own, just for the wit and art of the photography and food styling, and all of the practical information about what to keep in your pantry, where you can swap in ready-made items, and how to have fun and be successful in the kitchen. Some books are fun, or clever, or beautiful, or useful, but Nomnomnom is all of those things.”
“Toen ik dat las, heb ik drie uur liggen stuiteren in bed. Ze volgde mijn blog al een tijdje. Ik was bang dat ik haar zou wegjagen, dus ik liet haar vooral met rust. Toen mijn boek uit zou komen, heb ik een paar van mijn internationale volgers gevraagd of ze me zouden kunnen helpen met een quote om het boek in het buitenland aan de man te brengen. Zij wilde wel. Dus ik dacht: ze bladert er eens doorheen en zegt: ‘Leuk gedaan, hoor.’ Niet alleen heeft ze het hele boek door Google Translate gehaald, ze heeft het ook echt gelezen. Voor mij was het boek toen al geslaagd. Dat zo iemand míj ziet.”
Was je zelf fan van Bourdain?
“Ja. In zijn programma’s had hij niet alleen oog voor eten, maar ook voor de mensen die het eten kookten. Ik weet dat hij veel werk heeft verricht in de restaurantindustrie: dat vaatwassers beter behandeld en betaald werden en ook voor ongedocumenteerde mensen sprong hij op de bres. Erg belangrijk.”
Dus nu vertrek je naar het buitenland?
“Of mijn boek internationaal wordt uitgegeven, is nog de vraag. Maar ik heb een cover geschoten voor een Amerikaans foodmagazine. En ik maak een portretreeks over kaas. Er zijn veel onafhankelijke, toffe foodmagazines wereldwijd waar ik mijn werk kan slijten. Mijn droom is om hiervan te kunnen leven. Een fijne, kleine droom. Ik hoef geen world domination. Maar tegen een reisprogramma over eten à la Bourdain zeg ik misschien geen nee.”
