Cabaretier Cindy Pieterse schreef eerder voor #houvol en is nu weer terug. Deze keer verwondert ze zich over het vrouwenlichaam.
Als mijn schoonmoeder samen met haar zusje is, zijn het net twee pubers. De twee zien elkaar niet vaak: zij woont in Amsterdam, haar zusje in Engeland. Ze lachen om dingen die wij totaal niet begrijpen, eten zich bijna misselijk aan bonbons, taartjes en kroketten, spreken op een terras werkelijk iedereen aan en hebben bij tijd en wijle de slappe lach. Je lacht vanzelf mee als je ze ziet. En af en toe pakken ze elkaars hand even vast en zeggen ze hoe blij ze zijn dat de ander er is.
Na een paar dagen samen worden ze overmoedig en licht opstandig. Zeggen ze nèt te hard iets over de broek van de jongen die voorbij loopt (‘dat mensen daar zoveel geld voor willen betalen, voor gáten in je broek!’), waardoor wij diep in onze stoel wegzakken en er zogenaamd niet bij horen. (Het helpt ook niet dat tante een beetje doof wordt)
Tante is 80, mijn schoonmoeder 87. Het zijn levenslustige dames, ook los van elkaar.
Mijn schoonmoeder bakt tijdens het Suikerfeest haar fameuze monchoutaart voor de Turkse buren, zodat ze wat terug kan geven als ze haar iets lekkers komen brengen. Ze zit op linedancing (oefent met behulp van YouTube de pasjes die ze op maandag moet kennen), heeft schilderles en is lid van een boekenclub. Haar voornaamste levensles: altijd nieuwsgierig blijven en niet oordelen. ‘Je weet nooit wat er precies aan de hand is. Mensen hebben zichzelf niet gemaakt.’ Wóest kan ze worden om Trump. Ze wil nog naar St. Petersburg en Rome en is vorig jaar naar Nieuw Zeeland geweest.
Ook zou ze bij The Sting willen werken, omdat ze daar volgens haar altijd van die lekkere muziek draaien.
De schrik was groot toen ze hoorde dat ze (weer) borstkanker heeft. Ze was, zo zei ze, ‘wel even van slag’, maar heeft alle vertrouwen in de dokters. Ze is verdrietig en gelukkig tegelijk, omdat ze vindt dat ze zo’n mooi leven heeft. Elke dag die ze extra heeft, ziet ze als een kadootje.
Ik hoop dat ze honderd wordt en samen met haar zusje nog vaak de slappe lach mag hebben.
Wij duiken wel met alle liefde met een rood hoofd onder tafel.

















