Leon Verdonschot legt voor LINDA.nl wekelijks het vuur na aan de schenen. Deze week is cabaretier Erik van Muiswinkel (61) aan de beurt.
Onlangs verscheen ‘Uit de lucht’ gevallen, je reconstructie van het verhaal áchter Le Petit Prince. Je speelt gemiddeld drie keer per week try-outs van je nieuwe show ‘Moojen ligjes in de lugt’. En dan ga je ook samen met je dochter Emma spelen in de ‘Kerstshow van Haarlem: Moby Dick’.
“Ze hadden een dikke, oude, krankzinnige kapitein nodig – kapitein Ahab. Dus dat kwam handig uit, want die rol kon ik dan spelen, zodat ik eindelijk een keer met Emma op de planken kan staan in iets veel groters dan wat kleine ongeintjes. Grappig genoeg komt de titel van mijn nieuwe voorstelling uit een soort gedichtje dat dezelfde Emma op een nieuwjaarskaart schreef toen ze zes was.”
In die spelling?
“Ja, en dat is een belangrijk thema in die voorstelling: het enorme belang dat men in het Nederlandse onderwijs hecht aan correcte spelling. En wordt ontzettend veel tijd verspild aan negentiende-eeuwse ideeën over taal. Waaronder die spelling, die zo vreselijk belangrijk is. Ja, die is inderdaad superbelangrijk. Om sociaal onderscheid te kunnen maken, door mensen naar beneden te trappen die hun ‘d’ en ‘t’ niet op orde hebben. Terwijl veel goede schrijvers die ik ken totale dyslecten zijn.
Ik heb een paar jaar geleden een voorstelling gemaakt over al het domme gelul van ouders die schooljufs gek maken met telefoontjes waarin ze meteen beginnen te piepen als hun kind op school achterblijft bij hun verwachtingen van hoeveel dat kind nu zou moeten kunnen lezen en schrijven. Die voorstelling kreeg vijf sterren, alleen verspreid over zes kranten. Geen recensent begreep er iets van. De voorstelling erna ging over Drs. P, die was wel weer waar de recensenten op hoopten, dus toen kreeg ik weer de keurige nette drie sterretjes, en van een enkele schat vier.”
Maar als jij op een bordje in een etalage ziet staan ‘personeel gezochd’ of ‘vandaag niet geopent’ gaat er geen rilling door je lijf?
“Nee. Dan voel ik helemaal niks. Ik weet precies wat ze bedoelen. En ik weet ook wat degene die dat heeft opgeschreven te verduren heeft, want die krijgt op zijn sodemieter van alle citroenen van Nederland. En als het een allochtoon is, zou je die eigenlijk diep moeten bewonderen om zijn beheersing van de Nederlandse taal, die krankzinnig onlogisch en ingewikkeld in elkaar zit.”
Jij hebt Nederlands gestudeerd. Erger je je aan Engelse leenwoorden en terminologie? Of heb je liever de vertaling, zoals het wat onhandige ‘mensen van kleur’?
“Grappig dat je die noemt, want die vertaling van ‘people of color’ vind ik nou juist heel elegant. Een beetje mooi ouderwets ook, in de lijn van ‘iemand van stand’ en ‘iemand van aanzien’.’ Ik vind het ook logisch dat er Engelse woorden de Nederlandse taal insluipen. Er zit vaak een sociaal aspect in het moment waarop mensen daar mee beginnen. Als je bijvoorbeeld een groepje jongeren hoort praten en een ervan gebruikt voortdurend ‘awkward’, dan vraag ik me af waarom die het gebruikt en de anderen niet. Maar verdomd, vijf jaar later betrap je je er soms op dat je het op een dag ook gebruikt.
‘Awkward’ weet ik nog net te voorkomen, al schiet de exacte vertaling me nu ook niet te binnen. Maar bijvoorbeeld ‘cringe’: ik snap dat iemand van 14 niet ‘kromme tenen’ gebruikt, want de boeken van Simon Carmiggelt of Jan Blokker waarin de uitdrukking ‘met kromme tenen’ staat hebben ze nooit gelezen. Het alternatief hiervoor is de totaal aanstellerige beschermingscultuur van Fransen, die een taal hebben die barstens vol zit met Engelse uitdrukking zit, maar die wel per se als enige ter wereld het woord ‘computer’ niet kunnen uitspreken, want het is een ‘ordinateur’.”
Getuige alleen het aantal ingezonden brieven in kranten heeft een deel van de bevolking moeite met de nieuwe termen als ‘hen’ voor non-binaire mensen. Begrijp jij dat?
“Er zijn daar twee dingen tegelijk ingewikkeld. Het taalkundige deel: het is op zeer korte termijn van buitenaf opgelegd, en dat is nooit een goed idee. Dat voelt als een verordening, en dat moet je niet hebben. Maar er is een onderliggend punt, en dat is de vraag of we de komende eeuwen niet meer zeker weten of iemand een man of vrouw is. Nou, harder kun je conservatieven niet in hun ballen trappen. Thierry Baudet bouwt daar een hele beweging op, op dat sentiment van ‘Those were the days / And you knew who you were then / Girls were girls and men were men.”
Je bent nu aan het try-outen. Betekent dat bij jou dat je er al bijna bent, of juist nog totaal niet?
“In deze fase heb ik allemaal losse geintjes, en moet ik nog zien hoe dat allemaal in elkaar blijkt te passen. Ik heb nu bijvoorbeeld een heel stuk over Zelensky en wat voor man dat is. Heel veel mensen weten wel dat Zelensky een komiek en een acteur was voor hij president werd, maar wat minder bekend is dat hij de Oekraïense stem was van beertje Paddington. Het idee dat de grootste oorlogsheld van dit moment, die Rusland definitief omver lijkt te werpen, de stem is van Beertje Paddington, daar zit een geweldig stuk in waarin ik die hele oorlog naar ‘Beertje Paddington’ breng. Ik weet nu nog niet wat dat met de rest van de voorstelling heeft te maken, maar ik weet zeker dat het uiteindelijk met elkaar te maken gaat hebben.”
Toen Trump president werd, hadden Amerikaanse talkshows en komieken het probleem dat de werkelijkheid niet meer viel te parodiëren. Jij hebt jarenlang onder meer Hans Janmaat geïmiteerd. Zou het moeilijker zijn zoiets nu te doen?
“Mensen als Trump of Baudet hebben een deel van de bewapening overgenomen. Hun strategie, en daar is Trump een meester in, is nooit iets terugnemen. Vinden mensen je uitspraken erg? Maak het nog erger! Puur provoceren. Wat vindt je tegenstander het allerergste? Nou, precies dat ga je dan doen. Zwakke plekken zoeken.”
Wie vond je het lastigst om te imiteren?
“Jan Mulder. Die was bestudeerd grillig: hij maakte expres gekke bochten om mensen te verwarren, hij liet zich met opzet onderuit zakken aan tafel. Ik deed dat allemaal na en daar moesten mensen om lachen. Maar ik raakte niet zijn kern, ik deed alleen precies wat hij ook deed.”
Bezie je Janmaat inmiddels anders dan in die tijd?
“De man was geen bedreiging, hij had ook iets zieligs. Hij scheen aan de privétafel best geestig te zijn, en op een kamikaze-achtige manier was hij best moedig. Twintig weken lang zetten we hem iedere zaterdag neer, en we schreven enorme volzinnen voor hem. Waar je op zou kunnen afstuderen, is het feit dat al die eindeloze zinnen over ‘lanterfanterende hangmathangers’, al die taal, nu woordelijk is terug te vinden in de moerassen van Twitter, bij al die extreemrechtse Orks. Het waren profetische teksten. Trolling avant la lettre. Ook trouwens weer zo’n term waar we geen goede vertaling voor hebben; avant le lettre.”
Foto: Bob Bronshoff