Je rent je een slag in de rondte en schept bij het avondeten je bord vol met groene groentes, maar toch lukt het niet om af te vallen. Misschien valt het kwartje na het lezen van deze mogelijke verklaringen.
En kun je die lastige kilo’s eindelijk vaarwel wensen.
1. Je valt wel af maar het gaat gewoon langzaam.
Veel mensen scheppen op over het aantal kilo’s dat ze in een maand of zelfs week zijn verloren. Er staat een jaar voor het verliezen van 26 kilo, dus gun je lichaam dus de tijd om die kilo’s los te laten. Bovendien komen kilo’s die er in een rustig tempo afgaan, minder snel terug dan kilo’s die in een toptempo weg worden gewerkt. Denk maar aan het jojo-effect.
2. Je drinkt niet genoeg water.
Een veel gehoorde tip die écht het verschil kan maken: drink voldoende water. Je lichaam kan geen vet verbranden wanneer het uitgedroogd is en heeft minimaal anderhalve liter water per dag nodig om dit proces in werking te zetten. Daarbij draagt hydratatie ook bij aan een goede stoelgang. Kortom: blijven drinken.
3. Je slaapt niet voldoende.
Elke nacht dat je minder dan zeven uur slaapt, vertraagt je metabolisme. En dat metabolisme heb je nodig om voeding om te zetten in energie of af te breken. Iemand die maar vijf of zes uurtjes slaapt, loopt vierhonderd calorieën mis die nacht.
4. Je medicijnen hebben misschien een slechte invloed.
Medicijnen, met name voor diabetes, depressie en een hoge bloeddruk, kunnen het afvalproces vertragen. Of sterker nog: ze kunnen er voor zorgen dat je juist aankomt. Dit betekent niet dat je zomaar moet stoppen met je medicijnen innemen, maar je zou allicht een keer met je dokter kunnen overleggen over de dosis die voorgeschreven is of de sterkte van het medicijn.
5. Je eet slechts ‘soms’ gezond.
En ja, alle beetjes helpen maar om écht af te vallen zul je je er toch volledig op moeten toeleggen. Dus niet alleen doordeweeks gezond leven en in de weekenden helemaal losgaan. Het is juist de consistentie van je dieet dat ervoor zorgt dat je op lange termijn flink wat kilo’s afvalt. Zet dus geen doelen voor jezelf – dat ene feestje van je beste vriendin of je bruiloft – maar neem jezelf voor om voorgoed gezond te leven.
6. Je work-out daagt je lichaam niet meer uit.
Sporten is goed voor je spieren en gezondheid, maar variëteit is ook hier van belang. Het is prima om een aantal weken hetzelfde sportschema aan te houden, maar blijf jezelf wel uitdagen. Pak soms net dat zwaardere gewicht of trek een sprintje meer. Bovendien is het ook voor je motivatie goed om nieuwe oefeningen te doen.
7. Je bent gestrest.
Chronische stress houdt je hersenen voor de gek, omdat ze denken dat je calorieën gebruikt voor de stress en daarom eten nodig hebt om je lichaam te voeden. In werkelijkheid is dat helemaal niet zo. Een goede manier om jezelf af te leiden van stress is sporten en laat dat nou net een gezonde manier zijn om af te vallen.
8. Sporten vind je belangrijker dan gezonde voeding.
Gezonde voeding is voor 75 procent tot 80 procent van belang voor afvallen, waarbij sporten slechts 20 tot 25 procent zijn steentje bijdraagt.
9. Je houdt niet bij hoeveel je eet op een dag.
Een handje chips hier en een paar crackers met belegen kaas daar. Ze lijken onschuldig in hoeveelheid, maar alles bij elkaar ben je toch weer extra calorieën aan het innemen. Veel mensen onderschatten hoeveel ‘extra’s’ ze naar binnen werken buiten de drie maaltijden om.
10. Je telt alcohol niet mee bij je calorie-inname.
Een glas wijn bevat al gauw tussen de 150 en 200 calorieën. Een biertje zit tussen de honderd en tweehonderd. En drink je liever een speciaal biertje, dan heb je het over driehonderd calorieën. Dus: toch wat vaker die theeavondjes organiseren, net zo gezellig en het scheelt je een hoop calorieën.
11. Onderliggende medische problemen
Soms is het niet zo voor de hand liggend waardoor je niet afvalt. Sommige vrouwen en mannen hebben bijvoorbeeld last van hormonen die niet meer in balans zijn. Een trage schildklier of een laag oestrogeenspiegel kan dit bijvoorbeeld veroorzaken. Simpel gezegd moet je meer calorieën verbranden dan dat je verbruikt. Het is verstandig om dit soort zaken bij je dokter uit te zoeken.
12. Je lijdt aan voedingstekorten.
En dan met name vitaminetekorten. Vitamine D-tekort heeft een relatie tot obesitas en dit tekort maakt dat mensen minder makkelijk gewicht verliezen. Ook ijzer, magnesium en B12 zijn veel gemiste voedingswaarden, terwijl ze goed zijn voor ons energielevel en ervoor zorgen dat we gemakkelijker sporten en gezond leven.
Lees ook
‘Test dreumesen al op stress om op latere leeftijd gezondheidsklachten te voorkomen’
13. Je eet niet genoeg proteïne.
Wanneer je voldoende proteïne eet, is je hongergevoel langer verzadigd. Dat zorgt er weer voor dat je minder de behoefte hebt om (veel) te eten. Proteïnes verteren langzamer waardoor je minder snel ‘overeet’.


















