Programmamaker Floortje Dessing is twee jaar nadat ze in Jemen vastzat tussen gevechten, weer teruggereisd naar het land.
Dit deed ze voor de tweede keer in haar functie als ambassadeur van het Rode Kruis.
Stille rampen
Dessing reisde terug naar het Aziatische land om aandacht te vragen voor, volgens de hulporganisatie, een van de grootste stille rampen ter wereld. Het aantal mensen met honger in Jemen is volgens het Rode Kruis nog nooit zo hoog geweest. Om de inwoners hulp te bieden heeft het Rode Kruis Giro 6868 geopend.
Twee jaar geleden was Dessing ook in Jemen als ambassadeur van het Rode Kruis om aandacht te vragen voor de oorlog in het Arabische land. De programmamaker en haar gezelschap moesten toen enkele dagen schuilen in een kelder vanwege het geweld. Uiteindelijk hebben ze in grote haast het land verlaten.
“Ik heb er sindsdien alles aan gedaan om weer terug te kunnen keren”, zegt Dessing. Met hulp van het Rode Kruis slaagde zij er deze keer in toegang te krijgen tot het noorden van Jemen. Dat gebied is voor buitenlanders bijna ontoegankelijk. Ze maakte daar, net als vorige keer, opnames voor haar programma Floortje terug naar het Einde van de Wereld.
“Natuurlijk vond ik het spannend om terug te gaan naar dit land waar nog steeds zwaar gevochten wordt, maar ik wilde dat doen omdat het verhaal nog net zo urgent is. We zijn inmiddels twee jaar verder en de oorlog woedt nog steeds voort”, vertelt Dessing.
Ze bezocht samen met directeur Marieke van Schaik onder meer een ziekenhuis waar zwaar ondervoede kinderen worden behandeld. “Het is hartverscheurend om een broodmagere baby van vier maanden te zien die minder weegt dan een normale, pasgeboren baby.”