Een huis kopen: wie doet dat tegenwoordig nog… Als je al door de oververhitte markt heen komt, heb je nog een berg administratie om doorheen te ploegen. En die woorden, iemand enige uitleg?
Voila, het koophuizenwoordenboek. Netjes op alfabet. Maakt het toch nét even wat makkelijker om door het papierwerk heen te banjeren.

Van borgtochtprovisie tot jubelton: het koophuizenwoordenboek tot je dienst
A
Aankoopwaarde
Het bedrag waarvoor je het huis – en de grond waar het op staat – hebt gekocht.
Annuïteitenhypotheek
Je betaalt een vast bedrag per maand, bestaande uit een deel rente en een deel hypotheekaflossing. Zolang het rentepercentage en/of de looptijd niet wijzigen, blijft het bedrag wat je maandelijks betaalt gelijk. Aan het einde van de looptijd is de hypotheek afgelost.
B
Bestemmingsplan
Hierin staat beschreven wat er met een bepaalde ruimte mag gebeuren. Dit kan per gemeente verschillen. Zo kan een lap grond enkel ‘bestemd zijn’ voor winkelpanden.
Borgtochtprovisie
Sluit je een hypotheek af met Nationale Hypotheek Garantie (NHG), dan betaal je een eenmalige ‘borgtochtprovisie’. Deze provisie bedraagt 0,7 procent van je totale lening.
Bouwkundige inspectie
Wordt ook wel bouwtechnische keuring genoemd. Het is een onafhankelijke keuring van een bestaande woning, waarin wordt gekeken naar de bouwkundige staat. Wat moet worden aangepakt en wat gaat dit ongeveer kosten? De kosten worden vaak verdeeld in directe kosten, kosten op (lange) termijn en woningverbetering.
C
Clausule
Contract tekenen? Dan ben je dit woord zeker tegengekomen. Een clausule is een afzonderlijke bepaling, of een op zichzelf staand artikel, in een overeenkomst of akte. Eén van de bekendste: de rampenclausule.
Courtage
Het bedrag dat de makelaar in rekening brengt voor het aan- of verkopen van de woning.
E
Energielabel
Sinds 1 januari 2015 is een energielabel verplicht bij het verkopen, verhuren en in eigendomsoverdrachten van woningen. Je hebt een voorlopig of definitief energielabel. Bij een voorlopig label wordt gekeken naar bekende gegevens van de woning in het Kadaster, en wordt een inschatting gemaakt. Bij een definitief label is het energielabel datzelfde jaar aangevraagd bij een energieadviseur.
Erfpacht
Een beetje tussen kopen en huren in: de erfpacht. Ben je erfpachter, dan betaal je de grondeigenaar een vergoeding: de erfpachtcanon. In ruil voor die vergoeding mag je de grond en de daarop staande woning gebruiken alsof je eigenaar bent.
F
Financieringsvoorbehoud
Een huis gekocht met financieringsvoorbehoud? Slim. Krijg je de koop financieel niet rond voor een bepaalde datum, dan kun je met een financieringsvoorbehoud alsnog onder de koopakte uitkomen. Een ontbindende voorwaarde, dus.
G
Gebouw gebonden buitenruimte
Is de ruimte niet of gedeeltelijk omsloten door vaste wanden en heeft het daardoor dus geen ‘buitenomgrenzing’? Dan spreek je van een gebouw gebonden buitenruimte. Al moet de ruimte wel naast, op, tegen of aan de woning liggen. Makkelijker kunnen we het niet maken.
Gemeentelijk monument
Gemeenten mogen in Nederland zelf kiezen welke bijzondere gebouwen ze op de gemeentelijke monumentenlijst zetten. Verbouwen of restaureren? Dat mag niet altijd, dus eerst even bij je gemeente checken welke regels er gelden.
Geschakelde woning
Een eengezinswoning waarbij de muren gedeeltelijk aan andere woningen grenzen. Dit geldt ook wanneer het om een aanbouw gaat.
Geschillencommissie Makelaardij
Klachten over de makelaar? Dan kun je die doorgeven bij de Geschillencommissie Makelaardij.
H
Halfvrijstaande woning
Halfvrijstaand? Het bestaat. Een eengezinswoning die verbonden is met één niet-gelijksoortige woning of een ander gebouw dat geen woning is, is een halfvrijstaande woning.
I
Inpandig
Datgene wat zich binnen een pand (woning) bevindt.
J
Jubelton
Een belastingvrije schenking van 100.000 euro.
K
Kadaster
Een openbaar register van registergoederen – waaronder woningen – en de rechten die bij deze ‘goederen’ horen. Het wordt door de overheid bijgehouden, en bevat informatie als afmetingen, prijzen en aktes.
Kettingbeding
Een bepaalde verplichting die bij het verkopen van de woning overgaat op de nieuwe eigenaar. En de nieuwe eigenaar na hem of haar (een soort kettingbrief, dus). De verplichting moet door de verkoper opgelegd worden aan de koper, en gaat niet automatisch.
Kosten koper
De kosten die je maakt om eigenaar van de woning te worden. Het bestaat onder andere uit overdrachtsbelasting en notariskosten. Voor starters – tot 35 jaar – geldt geen overdrachtsbelasting, en vallen de kosten koper dus ook lager uit.
L
Lineaire hypotheek
Ook bij een lineaire hypotheek bestaan de te betalen termijnen uit rente en hypotheekaflossing. Het verschil met een annuïteitenhypotheek? De verschuldigde rente wordt berekend over het nog openstaande saldo van de hoofdsom, waardoor de kosten in het begin relatief hoog zijn. Daarna dalen de kosten, tot de hypotheek volledig is afgelost.
M
Mansardedak
Een (Franse) dakvorm, met naar buiten geknikte vlakken.
N
Nationale Hypotheek Garantie (NHG)
De NHG is een garantie op de hypotheek van je koopwoning, met een koopprijs tot de gemiddelde huizenprijs. Kun je door omstandigheden je hypotheek niet meer betalen of blijft er na de verkoop een restschuld over? Dan heb je met de NHG een vangnet.
O
Onder optie
Is de woning onder optie, dan wordt hij tijdelijk gereserveerd voor iemand. Dit zie je vaak bij nieuwbouwwoningen.
Onderzoeksplicht
Koop je een huis? Dan ben jij als koper verantwoordelijk om de staat van de koopwoning zo goed als mogelijk te onderzoeken. Verborgen gebreken mag je achteraf melden, maar zit er een barstje in het ruit? Dan had je dat als koper kunnen ‘onderzoeken’ tijdens bijvoorbeeld de bezichtiging.
Overdrachtsbelasting
Koop je in Nederland een stuk grond of een pand? Dan betaal je overdrachtsbelasting, een onderdeel van kosten koper. Vanaf 2021 betalen kopers van 18 tot 35 jaar geen overdrachtsbelasting meer. Deze vrijstelling is eenmalig en geldt alleen als je de woning zelf gaat bewonen. 35 jaar of ouder? Dan geldt een tarief van twee procent.
P
Perceel
De perceeloppervlakte is de oppervlakte van de grond waarop de woning staat, je perceel. Meerdere percelen? Dan spreekt Funda over perceeloppervlakte, zo niet, dan staat er ook weleens ‘perceelgrootte’ vermeld.
R
Recht van overpad
Gevalletje Rijdende Rechter: je buurman mag door jouw tuin, om bij zijn voordeur te komen. Recht van overpad.
Rijksmonument
Is je woning een rijksmonument? Dan is het van algemeen belang vanwege de schoonheid, betekenis voor de wetenschap of heeft het cultuurhistorische waarde. Wil je je huis verbouwen of restaureren, dan kan dit niet zonder overleg.
S
Splitsing clausule
Een notariële akte die ervoor zorgt dat het pand gesplitst kan worden in appartementen. In de akte staat beschreven welke appartementsrechten er zijn en hoe groot het aandeel van elk van de appartementsrechten is in de kosten van de VvE.
V
Verkoop op basis van gunning
Als koper ben je niet verplicht om voor het hoogste bod te gaan, maar mag je je huis ook ‘gunnen’ aan iemand met beter passende voorwaarden. Of starters, omdat je het hen – tsja – gunt.
Verspringende woning
Een eengezinswoning die tussen twee huizen instaat, maar waarbij de woningen niet op één rechte lijn liggen. Een springertje.
Vrij op naam
Wanneer de verkoper de kosten van de overdracht voor zijn rekening neemt.
W
WOZ- waarde
De geschatte marktwaarde van jouw woning.
Z
Zadeldak
Het meest voorkomende dak in Nederland: het zadeldak. Twee tegen elkaar geplaatste (hellende) dakschilden. Puntig, vooral.
Lees ook
Huis kopen is huis bewonen: hoe de zelfbewoningsplicht investeerders tegenwerkt