Manon ‘The Style Shrink’ Meijers adviseert lezers op stijlgebied in deze rubriek. Heb je zelf een vraag? Kom maar door.
Manon Meijers schreef de bestseller Kleed Jezelf Gelukkig. Haar missie is om zoveel mogelijk vrouwen weer lachend voor hun spiegel en kast te krijgen.
Ik wil het in 2022 anders gaan aanpakken op kledinggebied. New year, new me. Heb je tips voor een plan de campagne? Ik kan met mijn beperkte budget – helemaal zo vlak na de feestdagen – niet in één keer het roer volledig omgooien.
Graag trek ik hiervoor weer eens de vergelijking tussen eten en kleding uit de kast. Twee dingen die we dagelijks in moeten zetten om een beetje fatsoenlijk te kunnen functioneren. Zonder eten geen energie, zonder kleding een hoop kou, behoorlijk ongemakkelijke situaties en een enkeltje politiebureau. Ondanks dat we zeggen ‘je bent wat je eet’, hebben we vaak een iets betere relatie met onze voorraadkast en koelkast dan met onze kledingkast. Als belangrijkste verlengstuk van onze identiteit wordt kleding ineens heel beladen. Ik roep het hier nog maar eens: we leren er ook te weinig en vaak zelfs nog de verkeerde dingen over. Niet zo gek dat we er af en toe van in de kramp schieten. Er zijn een paar dingen die fantastisch werken in de keuken, die we één op één over zouden mogen nemen voor onze kledingkast.
1. Kies je keuken
Een stijl kiezen die bij ons past vinden we het meest ingewikkeld. Waar we in de keuken gewoon voor fusion gaan als we dol zijn op Frans én Aziatisch, zijn we in onze kast doodsbang dat we niet stijlvast zijn wanneer we met meerdere ingrediënten werken. Zelf werk ik graag met drie ‘Stijl Archetypes’ die passen bij je persoonlijkheid (de uitleg daarvan gaat voor hier iets te ver, ik schreef er een compleet boek over) en die je op dagelijkse basis met elkaar mixt. Zo houd je herkenbaarheid, maar ook belangrijk: ruimte voor afwisseling. Iedere dag saké met sashimi is namelijk heel overzichtelijk, maar op een gegeven moment ook gewoon saai.
2. Shop eerst in je voorraadkast
Loop je kasten na om te kijken wat je al hebt. Fotografeer al je kledingstukken en plak ze aan de binnenkant van je kast. Bewaar de foto’s ergens in een mapje op je telefoon. We zien namelijk niet alleen wanneer we voor onze kasten staan de helft van wat we hebben over het hoofd, we vergeten het vaak ook als we in de winkel staan. Ik weet zeker dat ik niet als enige weleens thuis ben gekomen met iets waarvan de net-iets-andere-maar-het-verschil-is-te-verwaarlozen-versie allang in m’n kast hing. In je keukenkast gaat zo’n dubbel pak van iets echt wel op, in je garderobe is het zondegeld.
3. Maak een weekmenu
Wanneer maak je optimaal gebruik van de inhoud van je koelkast en koop je nooit te veel, maar gooi je ook niets weg? Precies. Met een uitgedacht plan voor wat je elke dag gaat eten. Zo’n plan kun je ook prima maken voor je garderobe. Het scheelt je dagelijks een hoop tijd, stress en ja-maar-ik-heb-niks-om-aan-te-trekken’s – en dus waarschijnlijk ook een onverwachtse online shopuitgave.
4. Boodschappenlijstje
Tijdens het maken van zo’n plan kom je er snel achter wat je mist. Alle keren dat je denkt ‘eigenlijk zou ik een zwart rokje/wit truitje/bloemetjesjurk/paarse salopette moeten hebben’, dan schrijf je dat op. Zo ontstaat er een heel overzichtelijke shopping list voor het moment dat je budget het toelaat.
5. Gulden shopregel
De beste ingrediënten in je keukenkast, zijn die waarmee je verschillende gerechten kunt maken. Met alles wat je aanschaft, zou je minstens drie nieuwe outfits in je kast moeten kunnen maken.
Trends, kassakoopjes en dingen die ineens heel hard vanaf het rek lijken te roepen: ‘KOOP MIJ’ zijn vaak die glitterballetjes die zo leuk zijn om pannenkoeken of cakejes mee te versieren. Als je mazzel hebt gebruik je ze één keer, maar waarschijnlijk moet je ze weggooien omdat je ze over de datum hebt laten gaan.
6. Geduld
Oefening baart kunst. Dat geldt niet alleen voor in de keuken, maar ook voor in je kast. Heb een portie lef, heel veel lol en een klein beetje geduld met jezelf.
Ik pak altijd maar hetzelfde uit m’n kast. Hoe zorg ik ervoor dat ik wat meer ga afwisselen?
We hebben bijna allemaal last van garderobe gewenning. Of beter gezegd: kastluiheid. Ook hierbij werkt de tip die ik bij de vraag hiervoor gaf, over garderobeplanning. Neem daar niet alleen telkens je altijd-goed-outfits in mee, maar daag je zelf ook uit om nieuwe combinaties te maken. ’s Ochtends, wanneer je überhaupt blij bent wanneer het je in je hysterische schema gelukt is om op tijd en met twee dezelfde sokken ergens te verschijnen, ga je die nieuwe looks niet bedenken. Als je daar op één, wat rustiger moment in de week, de tijd voor neemt is de kans van slagen een stuk groter. Als je er dan ook nog – daar is’ie weer – foto’s van maakt en die aan de binnenkant van je kast hangt, kun je iedere ochtend vast even wennen aan je nieuwe look.
Nu ik ouder word (47, volgende week) word ik me steeds bewuster van m’n kleding. Ik wil aan alle kanten voorkomen dat ik me – per ongeluk – kleed als een tiener, maar wil er tegelijkertijd ook niet uitzien als een oudere dame.
Als je iets per ongeluk niet wilt doen, moet je weten wat je expres wilt laten. `In jouw geval betekent dat dat het niet onhandig is om de typische tienerlook te ontleden. Eerlijk gezegd is dat tegenwoordig een stuk ingewikkelder dan vroeger. Op het gebied van technologie lijkt de generatiekloof steeds groter te worden, maar qua kleding schurken we steeds dichter tegen elkaar aan. Waar ik op m’n twaalfde in m’n lila-met-fluorgroene-stipjes-Roger-Rabbit-trui liep, verschijnt mijn nichtje van elf in een velvet blazer met bijpassende flared pants en een metallic tailleriempje ten tonele. Kleine meisjes worden niet alleen sneller groot, maar hebben dankzij de Zara’s en de H&M’s van deze wereld ook toegang tot dezelfde soort kleding als hun moeders en tantes. Tegelijkertijd is het zo dat je als vrouw van ergens-rond-de-vijftig jezelf tegenwoordig niet meer – net als onze oma’s – in een bloemetjesjurk hijst.
Wat maakt een tiener nu echt een tiener, wanneer je je iets minder focust op welke kledingstukken daar precies bij horen maar meer kijkt naar hoe ze met kleding omgaan? Tieners beginnen voor het eerst met experimenteren met hun outfits. Ze zijn net in de fase dat ze zelf mogen kiezen wat ze aan willen trekken. Ze kennen zichzelf en hun lichaam nog niet heel goed, zijn makkelijk te beïnvloeden en volgen vaak blind de mode.
Als je er niet uit wilt zien als een tiener, elimineer je dus precies die elementen. Weet wie je bent, wat bij je past en draag je eigen stijl met overtuiging. Dan kun je wat mij betreft á la generatiegenoot J.Lo zelfs in een cropped top op komen dagen. Sowieso kan een stijlicoon van je eigen leeftijd je houvast of richting geven. Vergeet je hakken trouwens niet. Vaak is dat het eerste item wat – uit behoefte aan comfort – door dames-die-geen-achttien-meer-zijn aan de wilgen gehangen wordt.
Dit bericht op Instagram bekijken
De volgende column van Manon Meijers verschijnt op 19 januari.
