Een goede werk-privébalans? Voor jonge mensen is het een must. Toch vinden veel werkgevers dat Gen Z daarin doorslaat. Uit onderzoek van Ipsos I&O blijkt dat werkgevers snakken naar toegewijd personeel.
It’s giving leven om te werken. Is onze focus op privé echt zo gek?
Het onderzoek
Onder 2127 Nederlanders deed Ipsos I&O onderzoek naar hoe we aankijken tegen werk. De uitkomst: vooral jongeren tussen de 18 en 34 jaar vinden balans tussen werk en hun privéleven belangrijk. En dat vinden sommige bazen maar lastig.
Zes op de tien werkgevers zeggen dat jonge werknemers hun privéleven te veel laten voorgaan. En bijna net zo veel (59 procent) denken dat jongeren niet bereid zijn om fulltime te werken. Bovendien zegt ruim de helft van de werkgevers dat Gen Z te hoge eisen stelt op werkgebied, met name als het aankomt op salaris.
‘Good to know’: van de werkgevers in het onderzoek is tachtig procent vijftig jaar of ouder.
Senior onderzoeker Peter Kanne vat het samen: “Uit de onderzoeksresultaten proef je de irritatie. Dat is best te begrijpen: deze ondernemers hebben een bedrijf te runnen en willen blijven groeien. Daar heb je bevlogen mensen voor nodig en in hun beleving heeft de jonge werknemer wat minder hart voor de zaak.”
Toch hoopt Kanne dat werkgevers constructief met deze kritiek omgaan. “Het zijn wel de medewerkers van de toekomst. Die moeten we op een andere manier benaderen.”
Huh? Hierom vinden werkgevers Gen Z de vervelendste generatie om mee te werken
Ingrid van Tienen, directeur talentontwikkelaar bij Ormit Talent, is juist positief over de nieuwe generatie. “Ze kijken een stuk flexibeler naar werk, vinden dat een werkdag niet per se van 09.00 tot 17.00 uur hoeft te duren. En daar moeten we rekening mee houden.”
Keihard werken vindt Gen Z niet erg volgens haar. “Als het maar niet structureel gebeurt. En als ze de overwerktijd maar mogen compenseren wanneer het hun past. Ze zijn heel erg van het duurzaam volhouden van werk; dat is een heel andere benadering dan hun ouders, die werk altijd centraal stelden.”
Een aantal werkgevers stelt dat jongeren zichzelf snel overschatten. Dat herkent Van Tienen. “Ze zijn misschien wat ongeduldig en onderschatten de toegevoegde waarde van ervaring.”
De nieuwe generatie wil alles meemaken: de droombaan, het droomleven én de droomvakantie. Daar kan dat ongeduld uit voortkomen. “En ondertussen worden ze continu afgeleid door hun telefoon door alle groepen en netwerken waar ze in zitten”, voegt onderzoeker Kanne toe. “Dat maakt dat hun leven niet in balans is, je kunt niet overal evenveel energie in steken.”
Toch hebben de werkgevers uit het onderzoek niet alleen kritiek op de nieuwe generatie. Gen Z staat van alle werknemers wel het meest open voor nieuwe manieren van werken. Oudere werknemers worden als minder flexibel en kneedbaar gezien.
Volgens de werkgever brengen jonge werkenden veel innovatie met zich mee. “Hun creativiteit is echt heel fijn”, deelt van Tienen. “Bovendien zijn ze gewend om met veranderingen om te gaan, mede door de coronacrisis; ze passen zich makkelijk aan. We zouden dit soort vooroordelen over elkaar moeten bespreken.”
Kanne is zelf optimistisch over de nieuwe generatie. “Ik werk alleen maar met jonge mensen, die zien hun werk gewoon anders. Daar moeten oudere werknemers begrip voor leren hebben.”
Van 'quiet quitting' tot harder werken: dít is wat Gen Z'ers en millennials van elkaar willen leren
