In haar twintiger jaren raakt Charity Hasselbaink (30) twee keer zwanger. Beide keren verliest ze haar zwangerschap met respectievelijk 16 en 23 weken.
“Ik kon niet bevatten dat dit mijn leven was”, deelt ze met LINDA.meiden.
In haar twintiger jaren raakt Charity Hasselbaink (30) twee keer zwanger. Beide keren verliest ze haar zwangerschap met respectievelijk 16 en 23 weken.
“Ik kon niet bevatten dat dit mijn leven was”, deelt ze met LINDA.meiden.
Trigger warning: dit artikel bespreekt zelfdoding.
Als Charity Hasselbaink 24 jaar oud is raakt ze voor het eerst zwanger. “Ik kwam er bij week 6 achter en voelde me best goed; moe, maar niet ziek. Dat we uitgerekend een maand later in lockdown gingen, zorgde ervoor dat ik kon thuiswerken en uitrusten wanneer ik het nodig had. Tijdens mijn eerste afspraak bij een verloskundigenpraktijk in Amsterdam was alles goed met de baby.”
In haar 16e week, van zondag op maandag, krijgt ze last van kwaaltjes. “Door de zwangerschap had ik moeite met mijn plas op te houden. Elke paar minuten eruit om naar het toilet te gaan, verstoorde mijn slaap. Ik besloot het die nacht op te houden, maar werd wakker van een nat bed. Ik dacht dat ik in mijn broek geplast had.
Doordat ik het toeschreef aan urineverlies zag ik geen reden om de verloskundige in te lichten. Dat het mogelijk om gebroken vliezen ging, spookte even door mijn hoofd. Maar dan had ik ook weeën gehad, dacht ik. Toen ik dezelfde dag dacht dat ik mijn slijmprop had verloren en daarbij ook een grote hoeveelheid bloed verloor, besloot ik aan de bel te trekken. De verloskundige kwam langs, het hartje klopte toen nog. Als het bloedverlies zou toenemen, moest ik opnieuw contact met haar opnemen.”
De volgende dag nam het bloedverlies af, maar verergerde de pijn. “Ik heb de hele dag met pijn in bed gelegen. Ik wilde doorbijten en hoopte dat het de dag erna beter zou gaan. Dat was niet het geval. Door de pijn kon ik helemaal niks meer. Het was zo erg dat ik aan het begin van de avond toch de verloskundige belde. Tijdens het huisbezoek bleek dat ik drie centimeter ontsluiting had. Ik wist meteen: dit zit niet goed. Diezelfde avond ben ik naar het ziekenhuis gegaan en bevallen. Ik was 16 weken en 6 dagen zwanger. Het kindje was niet levensvatbaar.”
Het verlies van haar dochter, Imani, valt haar zwaar. “We konden ons er niet op voorbereiden. De eerste dagen was ik compleet in shock en besefte ik niet goed wat er was gebeurd. Doordat ik daadwerkelijk was bevallen, had ik last van bloedverlies, naweeën en stuwingen. Terwijl iedereen zich druk maakte en me condoleerde, kon ik niet bevatten dat dit mijn leven was. Na de begrafenis kwam er pas echt binnen wat er was gebeurd. Dat is ook het moment dat ik het rouwproces inging.”
Hetzelfde jaar nog komt Charity erachter dat ze opnieuw zwanger is. “Na de eerste zwangerschap en bevalling wilde ik niks van anticonceptie weten. Ik wilde mijn baarmoeder en mezelf de rust geven om te herstellen. Natuurlijk lette ik op mijn cyclus en zorgde ik ervoor dat mijn partner en ik voorzichtig waren. Toen bleek dat ik opnieuw zwanger was, was ik van slag. Tegelijkertijd was het ook heel welkom en een positieve manier om het zware jaar af te sluiten. Hoewel we Imani waren verloren, had ik geen reden om te denken dat het met deze zwangerschap ook mis zou gaan.”
“Door mijn voorgeschiedenis stond ik onder scherp toezicht van een arts en moest ik naar het ziekenhuis voor routinecontroles, wekelijkse echo’s en bloedtesten. De eerste zwangerschap was namelijk vroegtijdig afgebroken wegens een infectie. Uit onderzoeken konden ze niet opmaken of ik die voor of tijdens de zwangerschap had opgelopen.
Hoe dan ook was het extra belangrijk om mij in de gaten te houden. Rond week 15 van de tweede zwangerschap kreeg ik last van rugweeën en buikpijn. Op de echo zagen ze dat ik last had van funneling (een openstaande baarmoedermond tijdens de zwangerschap, red.) – hoe eerder in de zwangerschap je hiermee te maken krijgt, hoe gevaarlijker. Het kon een momentopname zijn, maar bij mij verergerde de situatie zich in de loop van de tijd. Hierdoor kwam de groei van de baby onder druk te staan.”
In de hoop de zwangerschap te redden, wordt Charity geadviseerd een cerclage (bandje om de baarmoedermond die het gesloten houdt, red.) te laten plaatsen. “De baby heeft de operatie goed doorstaan. Wekenlang ging het goed, maar op 6 mei 2021 braken opnieuw mijn vliezen.
Er werd me op het hart gedrukt dat dit niet meteen het einde van de zwangerschap betekende, maar ik moest wel opgenomen worden in het ziekenhuis. Het belangrijkste was dat ik niet ziek werd. Was dat wel het geval, dan waren artsen genoodzaakt de bevalling op te wekken om het leven van de moeder te redden. Dit gebeurde bij mij. Op 12 mei beviel ik opnieuw van een dochter, Jaeda, ze heeft het niet overleefd.”
Na de grote verliezen kampt Charity met mentale gezondheidsproblemen. “Ik heb echt dagen gehad dat ik er een einde aan wilde maken. Ik zag het allemaal niet meer zitten. Het was zelfs zo zorgwekkend dat mijn moeder niet meer wilde dat ik alleen was.
Ondanks de depressieve gevoelens, heb ik ook rust gevonden in wat me is overkomen. Alles gebeurt met een reden, zelfs als het niet altijd duidelijk is wat die reden is. Op een gegeven moment besefte ik dat ik, los van het verlies, een leuk leven had. Hierdoor kon ik het ook in perspectief plaatsen. Door uit het leven te stappen, loste ik niet écht iets op. Natuurlijk had ik dit liever niet willen meemaken. Ik kan niet geloven dat ik het heb overleefd. Dat was nooit gelukt zonder steun van mijn partner, vrienden en familie.”
“Ik heb ook professionele hulp gezocht, al moet ik toegeven dat het even heeft geduurd. De sessies hielpen me, maar ik had daarna twee weken de tijd nodig om mezelf bij elkaar te rapen. Na een jaar besloot ik te stoppen. Het was too much.” Charity geeft aan dat ze binnenkort weer met een psycholoog gaat praten, omdat ze zich mentaal niet stabiel genoeg voelt.
Tekst gaat verder onder de foto.
“Ik ben die zielige vrouw die haar kinderen is verloren”, zegt ze. “Ik wil niet dat er zo naar mij gekeken wordt. Na het verlies van de meisjes had ik nog steeds een kinderwens, maar er zat geen haast bij. En ik moet eerlijk zeggen dat ik moe was van het zwanger zijn. Mijn prioriteit was om mentaal stabiel te zijn en na te denken over wat ik wilde. Een baby krijgen stond op dat moment niet op nummer één. Mijn partner dacht er hetzelfde over.”
Inmiddels zijn Charity en haar partner uit elkaar. “Dat maakt het realiseren van mijn kinderwens gecompliceerder. Aan mijn ex hoefde ik niks uit te leggen, we hadden dit immers samen meegemaakt. Als ik nu iemand anders leer kennen, moet ik mijn voorgeschiedenis delen. Dat kan afschrikken. Toch weerhoudt het me er niet van. Ik zou het nog één keer willen proberen. Als dat misgaat, denk ik niet dat ik het daarna nog een keer aandurf.”
Charity bezoekt Imani en Jaeda van tijd tot tijd op de begraafplaats. “Eerst ging ik elke 12e en 13e van de maand, maar dat was best zwaar. Als ik het een keer vergat, voelde ik me enorm schuldig. Inmiddels plan ik mijn bezoeken op gevoel. Ik neem dan altijd een bloemetje mee en maak de gedenksteen schoon. Ik vind het belangrijk dat het er mooi uitziet. Als ze hadden geleefd, zou ik ze ook mooi hebben aangekleed.
Ik draag mijn dochters altijd met me mee, maar ik probeer ook door te leven. Thuis heb ik een doos met aandenkens, waaronder hand- en voetafdrukjes en de dekentjes waarin ze gewikkeld waren voor de begrafenis. Het is fijn om te hebben, maar ik kijk er niet dagelijks naar.”
Sinds het overlijden van de meisjes krijgt Charity regelmatig te horen hoe sterk ze is. “Vlak nadat het was gebeurd, stond ik in de overlevingsstand. Ik kan me niet herinneren wat ik heb gedaan om er doorheen te komen. Wat ik me wél herinner is dat ik niet alleen was. En dat wil ik ook anderen meegeven die dit meemaken of iemand kennen die dit heeft meegemaakt: er is altijd iemand die er voor je kan en wil zijn.”
En: “Ga op tijd naar therapie – ik begon er te laat mee, toen mijn staat erg zorgwekkend was. Als ik er eerder mee was begonnen, had ik er waarschijnlijk meer baat bij gehad. Het is een moeilijke periode, dus soms gaat het de ene dag goed en de andere dag minder. Dat is nu eenmaal zo. Uiteindelijk gaat het erom dat lichamelijk en mentaal herstel bovenaan de prioriteitenlijst staan.”
Wat deze ervaringen haar hebben geleerd? “Naar mijn gevoel luisteren. Toen ik tijdens mijn eerste zwangerschap last kreeg van rugpijn, zei de verloskundige dat het waarschijnlijk groeipijn was. Ik geloofde haar niet helemaal. Achteraf heeft het vaak door mijn hoofd gespookt: als ik wel aan de bel had getrokken, had ik de zwangerschap dan kunnen redden? Ik zal het nooit weten.”
Funny columns, persoonlijke verhalen en lekkere deals in je inbox.
Meld aan